Greenpeace


Greenpeace en bewoners Bhopal retourneren giftig afval bij Dow Terneuzen

Chemiegigant Dow Chemicals moet giftige erfenis ramp Bhopal opruimen

07 Januari 2003, AMSTERDAM, NETHERLANDS

Twintig actievoerders van Greenpeace en bewoners van Bhopal1 retourneren vandaag 250 kilo ernstig giftig afval afkomstig uit Bhopal, aan de rechtmatige eigenaar: Dow Chemicals. In Bhopal, India, vond achttien jaar geleden de ernstigste chemische ramp ooit plaats en het afval daarvan is nooit opgeruimd. De vaten met afval worden van het Greenpeace-schip Arctic Sunrise, afkomstig uit India, aan land gebracht bij het hoofdkantoor van Dow Benelux in Terneuzen. Tegelijkertijd hangen vier actievoerders acht enorme vaandels met foto's van de slachtoffers van Bhopal op bij Dow Terneuzen. Greenpeace eist samen met mevrouw Rashida Bee, een van de overlevenden van de ramp, dat directeur Van Harten van Dow Terneuzen nu eindelijk verantwoordelijkheid durft te nemen voor het opruimen van de giftige erfenis van Bhopal. In december confronteerde Greenpeace het Dow-kantoor in Bombay al met het afval en zolang Dow weigert het afval op te ruimen, kunnen ook andere Dow-kantoren Bhopal-afval bij hun voordeur verwachten.

De 250 kilo die Dow vandaag ontvangt is een fractie van de honderden tonnen giftig afval die nog altijd over het terrein van de voormalige bestrijdings-middelenfabriek liggen verspreid. Het afval dat met de Artic Sunrise naar Terneuzen is gevaren, is veilig verpakt in waterdichte, shock proof vaten, die zonodig blijven drijven. De eigenaar van de fabriek, Union Carbide (nu Dow Chemicals) vertrok na de ramp uit India en zadelde de bewoners van Bhopal op met de giftige erfenis. Inmiddels lekken die giftige stoffen al achttien jaar lang in de grond en vervuilen daarmee het drinkwater waarvan een groot deel van de bewoners van Bhopal afhankelijk is.

Uit diverse onderzoeken van Greenpeace blijkt dat het achtergebleven afval meerdere soorten gif bevat. Onder andere Sevin, een bestrijdingsmiddel dat vanwege de grote giftigheid in veel landen is verboden en BHC, een mix van giftige chemicaliën dat schade kan veroorzaken aan het zenuwgestel, lever en nieren. Dow weigert echter halsstarrig het terrein te saneren en verwijst naar een overeenkomst die Union Carbide na de ramp met de Indiase regering, zonder dat de bewoners van Bhopal daarbij waren betrokken, heeft gesloten. Die destijds overeengekomen vergoeding blijkt neer te komen op zo'n 300 a 500 dollar per geregistreerd slachtoffer, hoogstens genoeg voor enkele jaren medische verzorging.

In de Zeeuwse media adverteert Dow met de slogan: 'Betere voeding, beter water, betere huisvesting, beter transport. Voor de hele wereld'. Maar in een recente advertentie van Dow Terneuzen als reactie op acties van Greenpeace zegt Dow nooit de verantwoordelijkheid te accepteren voor de ramp in Bhopal. Rashida Bee zegt hierover: "Omdat Dow blijft weigeren verantwoordelijkheid voor het afval van Bhopal te nemen, wordt de toch al getraumatiseerde samenleving in Bhopal steeds verder vergiftigd. De humanitaire hulp die Dow inmiddels zegt te willen geven is welkom, maar absoluut geen oplossing voor het probleem: zolang het afval niet wordt opgeruimd blijft het dweilen met de kraan open."

In de nacht van 2 op 3 december 1984 lekte 40 ton methyl isocyanaat en andere dodelijke gassen weg uit de bestrijdingsmiddelenfabriek van Union Carbide in Bhopal. Als gevolg van directe blootstelling aan het gas is het aantal doden inmiddels opgelopen tot 20.000 en zijn ruim 120.000 mensen chronisch ziek; vrouwen hebben voortplantings-problemen, er worden kinderen geboren met misvormingen en steeds meer overlevenden krijgen kanker en tbc.

De mensen in Bhopal hebben, net als de omwonenden van Dow in Terneuzen, recht op een schone leefomgeving. Greenpeace en de bewoners van Bhopal eisen van Dow dat zij het vervuilde fabrieksterrein saneert naar westerse maatstaven, ervoor zorgt dat alle bewoners over schoon drinkwater kunnen beschikken en een compensatie regelt voor de getroffen bewoners en hun gezinnen.