Openbaar Ministerie

Handhaving 30-km-zones staand beleid

---

In 30-kilometerzones, waarin geen infrastructurele maatregelen zijn genomen, vindt geen extra handhavingstoezicht plaats door de politie. Dit beleid is al in maart 1999 ingezet en kenbaar gemaakt in regionale en lokale driehoeksoverleggen.
Het Openbaar Ministerie stelt zich op het standpunt dat 30 kilometer zones slechts in worden gesteld op wegvakken waar zodanige infrastructurele maatregelen zijn getroffen dat deze zones "zelfhandhavend" zijn. Dat wil zeggen dat er bijvoorbeeld (hoge) drempels gelegd kunnen worden, bochten, minirotondes, bloembakken, et cetera. De maatregelen moeten ervoor zorgen dat minstens 80 procent zich aan de limiet houdt. Als de wegbeheerder een 30-km-zone instelt zonder deze infrastructurele aanpassingen, wordt door politie en OM geen extra handhavingstoezicht in deze gebieden toegezegd. Overigens kan de politie - als ze tegen een snelheidsovertreder aanloopt in een dergelijke zone - zo'n bestuurder wel degelijk bekeuren. Als een weggedeelte wel zelfhandhavend is ingericht, kunnen er voor de politie redenen zijn om in een dergelijke zones extra op snelheidsovertredingen te letten, bijvoorbeeld structurele klachten, notoire snelheidsovertreders of ongevallen.