UNIVERSITEIT TWENTE
De beste medewerker is kritisch op zichzelf en organisatie
Onderzoek naar 'kritisch-reflectief werkgedrag'
Goede werknemer houdt zichzelf èn organisatie voortdurend spiegel
voor
Wat onderscheidt een 'buitengewoon goede' van een 'doorsnee'
medewerker? Volgens promovenda Marianne van Woerkom van de
Universiteit Twente is dat vooral 'kritisch reflectief werkgedrag'.
Het stimuleren van dit gedrag is niet alleen goed voor het individu
maar ook voor de ontwikkeling, efficiency en effectiviteit van de
organisatie. Goede voorspellers voor dit gedrag zijn het vertrouwen in
eigen kunnen en de mate waarin medewerkers de ruimte hebben om echt te
participeren. Anderzijds kan 'schijn-participatie' het averechtse
gevolg hebben dat werknemers cynisch worden en zich juist meer
terugtrekken. Voor de diagnose van kritisch reflectief gedrag heeft
Van Woerkom een vragenlijst ontwikkeld en getest in uiteenlopende
organisaties. Zij promoveert op 17 januari aan de faculteit
Gedragswetenschappen van de Universiteit Twente.
Van Woerkom onderscheidt zeven dimensies van kritisch reflectief werkgedrag. Werknemers die dit gedrag vertonen, reflecteren op zichzelf in relatie tot hun werk, ze gaan bewust om met hun loopbaan, delen hun kritische mening met anderen maar vragen anderen ook om feedback. Ze gaan tegen de stroom in als het moet, leren van fouten en experimenteren zelf met verbeteringen. Op basis van een onderzoek naar de onderscheidende kenmerken van excellente werknemers, in zeven uiteenlopende organisaties, komt Van Woerkom met deze operationalisering van kritisch reflectief werkgedrag. Ze heeft dit vervolgens vertaald naar een diagnose-instrument voor organisaties en medewerkers: in hoeverre vertoont de medewerker dit werkgedrag en in hoeverre wordt het door de organisatie gestimuleerd?
Dialoog
Het ontwikkelde instrument bestaat uit enkele A4-tjes met vragen. Van
Woerkom: 'Het is nadrukkelijk bedoeld als startpunt van de dialoog
tussen medewerker en organisatie, het is geen selectie-instrument. Het
kan knelpunten aan het licht brengen die het gedrag van medewerkers
negatief beïnvloeden. En het is interessant om het periodiek te meten
en aan de orde te laten komen in bijvoorbeeld een
functioneringsgesprek.' Resultaat van de test is een scorepatroon op
kenmerken van het werk en de werkplek, de organisatie en ook over
individuele kenmerken zoals motivatie, zelfvertrouwen en werkgedrag.
Zaken als het leerklimaat, de autonomie, samenwerking en coaching
worden zo in kaart gebracht.
Fabriek en zorginstelling
Van Woerkom heeft het instrument uitgetest bij 742 werknemers werkzaam
in verschillende sectoren, en in twee zeer verschillende organisaties:
een textielfabriek en een zorg-instelling. Voor een productie-omgeving
springt er heel duidelijk uit dat participatiegraad en vertrouwen in
eigen vakmanschap duidelijke voorspellers zijn. Voor de zorginstelling
geldt dat wel voor het vertrouwen in eigen vakmanschap, maar duidelijk
minder voor participatie, aldus Van Woerkom: 'Daar is de
participatiegraad op het eerste gezicht heel hoog maar zien
medewerkers vaak weinig terug van hun uiteindelijke invloed. Het
gevaar is dan eerder dat men cynisch wordt en zich terugtrekt op de
eigen werkzaamheden. Het is dus niet simpel 'hoe meer participatie,
hoe beter'.'
Noot voor de pers
Drs. Marianne van Woerkom (1971, Rotterdam) studeerde tot 1995
onderwijskunde aan de Rijks Universiteit Groningen. Hierna was zij
werkzaam bij Stoas Research in Wageningen en voerde tevens sinds 1997
haar promotie-onderzoek uit bij de leerstoel Curriculumtechnologie
voor Beroep en Bedrijf Universiteit Twente. Bij haar promotie op 17
januari (15.00 uur, Bestuursgebouw) is prof.dr. W.J. Nijhof promotor
en dr. A.F.M. Nieuwenhuis assistent-promotor. Per 1 februari begint
zij als universitair docent bij het departement
Personeelwetenschappen, Universiteit van Tilburg. Haar proefschrift
'Critical reflection at work' is te bestellen bij Monique Kole, tel.
053-4892262. Ook is een samenvatting van het onderzoek beschikbaar.
Contactpersoon voor de pers: ir. Wiebe van der Veen, tel (053)
4894244, e-mail w.r.vanderveen@utwente.nl
09 jan 03 12:27