Erasmus Universiteit Rotterdam

23 januari 2003

De chaos van openheid: op weg naar 22 januari

Op weg naar de Kamerverkiezingen van 22 januari blijft de roep om meer openheid luid klinken. Toch is de kans groot dat geslotenheid bij de komende verkiezingen en de periode daarna de boventoon gaat voeren. Dit voorspelt Monique Esselbrugge op basis van haar promotieonderzoek 'Openheid en geslotenheid: Een kwestie van combineren'. Zij verdedigt haar dissertatie op donderdag 23 januari 2003 aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.

Het politiek ongenoegen over de in zichzelf gekeerde overheid heeft afgelopen Kamerverkiezingen een ware aardverschuiving teweeggebracht. De LPF beloofde meer openheid en transparantie, won daarmee 26 kamerzetels en belandde in het kabinet. Openheid wordt gezien als de panacee voor veel kwalen. Ook bij de PvdA waar - na de dreun van 15 mei - harde kritiek is geuit op de eigen gesloten cultuur wordt van openheid veel goeds verwacht. Dit valt echter te betwijfelen.

Na de dampende ruzies binnen de LPF-gelederen is het kabinet-Balkenende immers alweer ter ziele. De beproefde openheid, bijvoorbeeld door het oplaten van proefballonnen door menig LPF-bewindspersoon, heeft niet gebracht wat het leek te beloven. Sterker nog, de openheid heeft voor veel chaos gezorgd.

Wanneer de nadelen van openheid zich manifesteren kiest men vaak abrupt weer voor geslotenheid. Dit was al zichtbaar bij de kabinetsformatie die de meest besloten, in de achterkamer geregelde formatie van het laatste decennia betrof. Ook kampioen openheid 'LPF' greep bij cruciale vergaderingen zoals over het voortbestaan van het kabinet terug op geslotenheid door de media te weren.

Dit heen en weer slingeren tussen openheid en geslotenheid heeft vooralsnog niet geleid tot het herwinnen van het vertrouwen van de burger. De overheid lijkt daarmee in een spagaat te zijn geraakt, waarbij ze aan de ene kant geprikkeld wordt om meer open te staan voor de burger, maatschappelijke organisaties en het bedrijfsleven, maar aan de andere kant ook ambieert boven deze partijen te staan.

Op allerlei manieren proberen overheden de burgers, maatschappelijke groeperingen en het bedrijfsleven een meer vooraanstaande plaats te geven in besluitvorming. Hoewel openheid terrein wint, is de neiging tot geslotenheid ook groot. In diverse processen, ook als ze interactief zijn of streven naar partnerschap, zien we dat de overheid terugschrikt en weer teruggrijpt op traditionele methoden. Hieruit mag niet worden afgeleid dat geslotenheid per definitie fout is. Integendeel, een goed gekozen mate van geslotenheid is voorwaarde voor een bevredigende en succesvolle toepassing van openheid. Geslotenheid en openheid zijn derhalve tot elkaar veroordeeld.

Promotor: prof.dr.ing. G.R. Teisman, Bestuurskunde, in het bijzonder complexe besluitvorming & procesmanagement

Noot voor de pers
Promotie 23 januari 2003, 13.30 uur
Plaats: Woudestein, Senaatszaal
Info: mw. M. Kooistra, facultaire voorlichter FSW, tel. (010) 408 2135 of bij de promovenda, via e-mail esselbrugge@fsw.eur.nl

INLINE]