Katholieke Universiteit Nijmegen Pleidooi voor kenniscentra chronische vermoeidheid

In navolging van andere kenniscentra in de gezondheidszorg zouden er in Nederland kenniscentra voor chronische vermoeidheid moeten komen. Dit om te bevorderen dat de kennis op dit gebied beter kan worden overgedragen en toegepast en tevens kan worden uitgebreid. Hiervoor pleit prof.dr. Gijs Bleijenberg van het Universitair Medisch Centrum St Radboud (UMC St Radboud) in zijn oratie als hoogleraar in de psychologische aspecten van chronische vermoeidheid.

Erkenning

Het komt nog te vaak voor dat patiënten die kampen met extreme vermoeidheid, door hun arts of andere hulpverlener onvoldoende serieus worden genomen, stelt Bleijenberg. Hun vermoeidheid wordt niet herkend, laat staan erkend. Erkenning van de klachten is de eerste stap naar een effectieve behandeling. Daar komt bij, dat de klachten nog toenemen als de patiënt veel energie moet steken in het krijgen van erkenning.

Kenniscentra voor chronische vermoeidheid kunnen bijdragen aan het erkennen en herkennen van de problemen. Dit kan onder andere via gericht onderwijs aan studenten en het aanbieden van bij- en nascholing aan professionals in de gezondheidszorg. Verder kunnen kenniscentra behandelingen implementeren in de regionale gezondheidszorg en een bijdrage leveren aan het uitbreiden van de bestaande kennis over chronische vermoeidheid. Op het ogenblik fungeert vrijwel alleen bij het UMC St Radboud een kenniscentrum op dit gebied. Dat is ontoereikend om kennis over chronische vermoeidheid landelijk doelmatig te verspreiden en toe te passen.

De ene vermoeidheid is de andere niet

Bleijenberg benadrukt in z´n rede, dat er meerdere vormen van chronische vermoeidheid zijn, elk met een eigen beginpunt en met verschillende factoren die de klachten bevorderen of instandhouden: de ene vermoeidheid is dus de andere niet. Naast patiënten die te kampen hebben met het chronisch vermoeidheidssyndroom (CVS) zijn er patiënten die chronisch vermoeid zijn geraakt na een geslaagde behandeling tegen kanker, of bij wie er een verband is met een andere ziekte of syndroom. In Nederland lijden ongeveer 27.000 mensen aan CVS; daarnaast zijn er naar schatting 62.000 Nederlanders chronisch vermoeid in samenhang met bijvoorbeeld kanker, een spierziekte, een hersenbloeding of een chronische darmziekte.

Behandeling

Tot nu toe is de enige behandeling van CVS die effectief is gebleken, de cognitieve gedragstherapie. Deze therapie is erop gericht de aan CVS gekoppelde opvattingen en gedragingen van de patiënt te veranderen. Patiënten met CVS hebben vaak het idee dat ze geen controle hebben over hun klachten en dat er lichamelijk iets mis moet zijn. In de cognitieve gedragstherapie leren patiënten helpende en niet-helpende gedachten te onderscheiden en vervolgens vooral helpende gedachten te hanteren. Ook leren de patiënten hun activiteiten beter te reguleren met behulp van een individueel activiteitenprogramma. Allemaal gemakkelijker gezegd dan gedaan. Bij een goede indicatiestelling heeft 70 procent van de CVS-patiënten baat bij deze behandeling.

Bleijenberg meldt ook enkele nieuwe ontwikkelingen wat betreft de psychologische behandeling van CVS. Zo heeft zijn afdeling een zelfbehandelingsprogramma opgesteld. Dit loopt pas kort, dus resultaten ervan zijn nog niet bekend. Daarnaast is er een groepsbehandeling voor patiënten die dit willen en ervoor geschikt zijn. Tenslotte is er voor jongeren met CVS een cognitieve gedragstherapie ontwikkeld, waarvan de effectiviteit ondertussen is aangetoond.

Voor chronische vermoeidheid na kanker wordt op basis van metingen van de bewegingsactiviteit gewerkt met een individueel behandelplan. Voorlopige resultaten van een interventiestudie bij deze groep wijzen uit dat ook vermoeidheid na kanker succesvol behandeld kan worden.

Voordat een effectieve behandeling voor chronische vermoeidheid die samenhangt met andere ziekten en syndromen kan worden ontwikkeld, moet er eerst meer onderzoek gedaan worden naar de factoren die de vermoeidheid bij deze patiënten in stand houden.

Contactpersonen: PR en Voorlichting UMC St Radboud, Joke Groeneveld, tel 024-3610625, of Anselien School, tel 024-3610624. E-mail: info@prv.umcn.nl