CBS

Geringe consumptiegroei in november

In november 2002 is het volume van de binnenlandse consumptie 0,5 procent groter dan in dezelfde maand van 2001. Deze geringe groei is tot stand gekomen ondanks een relatief gunstige samenstelling van de koopdagen. Aan duurzame goederen is, voor prijsverandering gecorrigeerd, 1,2 procent minder uitgegeven dan een jaar eerder. De toename van de consumptieve bestedingen van huishoudens is al geruime tijd gematigd. De volumegroei ligt nu bijna twee jaar rond de één procent, zo blijkt uit cijfers van het CBS.

Minder besteed aan duurzame goederen
In november is, voor prijsveranderingen gecorrigeerd, 1,2 procent minder besteed aan duurzame goederen. Met uitzondering van elektronica en vervoermiddelen zijn bij deze consumptiecategorie de bestedingen aan alle artikelgroepen fors lager. De sterkste terugval doet zich voor bij de aankoop van lederwaren, schoenen en woninginrichtingsartikelen. Door incidentele factoren werd de aankoop van vervoermiddelen in de laatste maanden van 2002 positief beïnvloed. Met ingang van 1 januari 2003 zijn de regelingen die het gebruik van schone en zuinige auto's stimuleren beëindigd. Tegen deze achtergrond is de verkoop van nieuwe personenauto's aan particulieren in de laatste maanden van 2002 sterk aangetrokken. De consumptie van voedings- en genotmiddelen is in november 2002 1,5 procent hoger dan in dezelfde maand een jaar eerder. De bestedingen aan deze consumptiecategorie hebben zich in 2002 hersteld van de stagnatie in 2001. In de eerste elf maanden ligt de toename met een volumegroei van 1,5 procent weer in dezelfde orde van grootte als vóór 2001.

Groei bestedingen aan diensten 0,5 procent
De bestedingen aan diensten zijn in november 2002, gecorrigeerd voor prijsveranderingen, maar weinig gegroeid (0,5 procent). Bestedingen aan diensten reageren minder direct op schommelingen in de conjunctuur. Toch is de volumegroei na een top van 4,8 procent in 1999 voortdurend teruggevallen. De helft van de binnenlandse consumptie heeft betrekking op bestedingen aan diensten. Het gaat onder meer om huisvesting, medische zorg, cultuur, recreatie en om uitgaven van consumenten aan vervoer en communicatie en bij de horeca.

Technische toelichting
Dit persbericht beschrijft de ontwikkeling van de binnenlandse Consumptie door huishoudens (inclusief IZWh). In de conjunctuurberichtgeving van het CBS staat deze benadering centraal. Naast deze cijfers zijn ook maandelijkse gegevens beschikbaar over de ontwikkeling van de Werkelijke Individuele Consumptie. Die cijfers vindt u samen met de Consumptie door huishoudens in de CBS-databank Statline. (De uitkomsten over november zijn daar vanaf 31 januari zichtbaar.) Het verschil tussen beide reeksen wordt gevormd door de overheidsuitgaven waar huishoudens wel van profiteren maar niet rechtstreeks zelf voor betalen, zoals kosten voor medische zorg en onderwijs. Deze bestedingen zijn niet inbegrepen in de consumptie door huishoudens maar maken wèl deel uit van het ruimere, meer welvaartgerichte begrip werkelijke individuele consumptie. De Consumptie door huishoudens omvat naast alle bestedingen aan goederen en diensten waarvoor huishoudens zelf betalen ook een relatief klein bedrag aan consumptie van Instellingen Zonder Winstoogmerk, werkzaam ten behoeve van huishoudens (IZWh). Hieronder vallen bijvoorbeeld sportverenigingen, vakbonden en organisaties op religieuze grondslag. Zij financieren hun activiteiten hoofdzakelijk uit contributies van leden en donaties van sympathisanten. De binnenlandse consumptieve bestedingen zijn verdeeld in vier hoofdcategorieën: voedings- en genotmiddelen (in 2001 aandeel 14%), duurzame goederen (22%), overige goederen (14%) en diensten (50%). Het gaat bij de binnenlandse consumptie om de uitgaven op Nederlands grondgebied: dus ook de uitgaven van buitenlandse ingezetenen in Nederland. De uitgaven van Nederlandse ingezetenen in het buitenland zijn niet in dit cijfer opgenomen. Het in de tabel opgenomen begrip 'nationale consumptie' bevat in tegenstelling tot de term 'binnenlandse consumptie' wel de bestedingen van Nederlandse ingezetenen in het buitenland, maar niet de uitgaven van buitenlandse ingezetenen in Nederland. De groeicijfers zijn steeds gebaseerd op een vergelijking met de overeenkomstige periode een jaar eerder. De volumemutaties zijn voor prijsveranderingen gecorrigeerd. Voor het berekenen van de prijsontwikkeling is gebruik gemaakt van het basismateriaal van de consumentenprijsindex (CPI) van het CBS. Weersomstandigheden en de samenstelling van de koopdagen kunnen van invloed zijn op de uitkomsten van de maandcijfers. Zo wordt op een vrijdag of zaterdag meer uitgegeven dan op een maandag of dinsdag. Voor deze effecten is niet gecorrigeerd.

Deze macro-economische consumptiecijfers sluiten aan bij de uitkomsten van de Nationale rekeningen 2001 en de bijbehorende reguliere Kwartaal- rekeningen. De uitkomsten voldoen aan de internationale richtlijnen voor het samenstellen van Nationale rekeningen (ESR'95).

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de persdienst van het CBS. Tel. (070) 337 58 16 Fax (070) 337 59 71 E-mail: persdienst@cbs.nl

PB03-018
30 januari 2003
9.30 uur

Centraal Bureau voor de Statistiek
Persbericht