Autopremies houden inflatie niet bij

Het totale premie-inkomen van motorrijtuigenverzekeraars is tussen 1995 en 2001 met ongeveer 35 procent gestegen, maar netto gezien is er bepaald geen sprake van premiegroei. In tegendeel: gecorrigeerd voor inflatie en voor de groei van het totale wagenpark, zijn de netto premie-inkomsten gedaald in deze periode. Dat blijkt uit cijfers van het Centrum voor Verzekeringsstatistiek, onderdeel van het Verbond van Verzekeraars.

De stijging van het premie-inkomen is voor ruim de helft toe te schrijven aan de groei van het wagenpark tussen 1995 en 2001. De premie die per verzekerd motorrijtuig werd betaald, is de laatste zes jaar met 13 procent gestegen. De totale inflatie over dezelfde periode was echter 17 procent. De premies zijn voor de consument in absolute zin dus weliswaar omhooggegaan, maar netto gezien zijn de premie-inkomsten voor verzekeraars juist gedaald.

Een bijkomend aspect is dat de totale door verzekeraars betaalde schade tussen 1995 en 2001 met bijna 40 procent is gestegen. Gecorrigeerd voor de groei van het wagenpark betekent dit dat de schadekosten per verzekerd motorrijtuig met ruim 20 procent zijn gestegen; meer dus dan de inflatie van 17 procent. Samenvattend betekent dit dat verzekeraars per voertuig netto minder premie hebben ontvangen, maar meer schade hebben uitgekeerd.

31 januari 2003

---