Euregionale Ontwikkelingsvisie Stedelijk Netwerk Limburgse Maasvallei
In het grensoverschrijdende gebied tussen Maastricht Sittard-Geleen Maasmechelen is een grote ruimtedruk die alleen in een Euregionale context kan worden opgelost. Daarbij moet rekening worden gehouden met het verschil in bevoegdheden van de ruimtelijke ordening tussen beide provincies. Mevrouw Gouverneur H. Houben-Bertrand van Belgisch Limburg en Gouverneur mr. B.J.M. Baron van Voorst tot Voorst van Nederlands Limburg hebben op 4 februari jl. een manifest getekend waarmee de opdracht wordt verleend voor het opstellen van een Euregionale ontwikkelingsvisie Stedelijk Netwerk Limburgse Maasvallei.
De ontwikkelingsvisie heeft betrekking op een aantal concrete thema's. Zowel in het Ruimtelijk Structuurplan van Belgisch Limburg als in het Provinciaal Omgevingsplan Limburg is het ontwikkelen van een grensoverschrijdende ontwikkelingsvisie vastgelegd. Bij beide provincies bestaat reeds geruime tijd het besef dat inwoners en bedrijven veel minder de grens als een drempel in de dagelijkse praktijk aanvoelen dan de verschillen die ertussen de beide landen (provincies) bestaan in wet- en regelgeving, in planningsstelsels en beleid. De inwoners van beide provincies maken dan ook gebruik van de voorzieningen over en weer van de grenslijnen. Zeker in het Stedelijk Netwerk Limburgse Maasvallei is er sprake van een gezamenlijke marktplaats, met intensieve relaties van consumenten, studerenden, recreanten en cultuurliefhebbers. Verder kan gemeenschappelijke sociale, culturele en historische achtergrond niet ontkend worden. De beide gedeputeerden voor Ruimtelijke Ordening, Bronckers en Sleypen, willen de voordelen van samenwerking benutten en de nadelen opheffen.
Studie en zoekgebied
Het studiegebied aan Nederlandse kant omvat de gemeenten Maastricht,
Sittard-Geleen, Eijsden, Meerssen, Beek en Stein. Aan Belgische zijde
zijn dit de gemeenten Maasmechelen, Dilsen-Stokkem en Lanaken. Het
zoekgebied voor oplossingen kan zich over een groter gebied
uitstrekken. Dit betekent dat ook gemeenten als Maaseik, Riemst, Echt
en Susteren bij de studie worden betrokken.
Gemeenschappelijke agenda
Drie beleidspunten worden zeker in de ontwikkelingsvisie opgenomen:
* 1. Ruimte voor elkaar. De vraag die de Ontwikkelingsvisie moet
beantwoorden is of beide provincies ruimtelijk gezien iets voor
elkaar kunnen betekenen en via welke afspraken men de woon- en
werkdruk in goede banen kan leiden.
* 2. Bewegen en verbinden. Welke verbeteringen zijn mogelijk en
noodzakelijk om de mobiliteit en de verkeersveiligheid in het
studiegebied te verbeteren? Welke groene verbindingen zijn
mogelijk om de robuuste groengebieden aan weerszijden van de grens
aan elkaar te koppelen, zodat een ecologisch netwerk ontstaat en
recreatieve mogelijkheden worden vergroot?
* 3. Goed nabuurschap. Afspraken op vlak van veiligheid en
gezondheid. Alleen gezamenlijk gedragen opvattingen en duurzame
maatregelen kunnen de algemene leefsituatie voor veiligheid en
gezondheid verbeteren. Ook het thema water kan een rol spelen bij
goed nabuurschap, zowel kwalitatief als kwantitatief.
5-2-2003 11:49