Verdere liberalisering is verdere verslechtering
NAV over hervorming landbouwbeleid: verdere liberalisering, verdere
VERSLECHTERING
Het voorstel van de Europese Commissie voor hervorming van het
Gemeenschappelijk Landbouw Beleid zal uiteindelijk alleen maar
verliezers opleveren, met uitzondering van de multinationale handel en
industrie. Hoog tijd voor de verschillende maatschappelijke
groeperingen om de handen ineen te slaan en gezamenlijk het tij te
keren.
Gevolgen voor de grondgebonden landbouw desastreus
De kern van de hervormingsvoorstellen., zoals gepresenteerd door
EU-commissaris Fischler, is verdere liberalisering. Prijsverlaging,
ontkoppeling van de inkomenssteun en verhoging van quota betekent
minder sturing van aanbod en prijzen voor de grondgebonden landbouw.
De Nederlandse Akkerbouw Vakbond heeft eerder gewezen op de gevolgen
van prijsverlaging voor graan en ontkoppeling: slagveld dreigt voor
marktordeningsgewassen en vrije teelten (zie bijlage). Ook de
hervorming voor melk zal leiden tot een slagveld. Prijsverlaging en
quotumverhoging hebben de bedoeling het quotumstelsel op den duur als
overbodig te kunnen verklaren.
Fischler kan deze voorstellen doen, omdat hij zich in de kern gedekt
weet door de opstelling van LTO en haar zusterorganisaties. Die
verklaren liberalisatie immers als onvermijdelijk en zetten in op
behoud van de inkomensstoeslagen. Zo ging LTO indertijd akkoord met
een SER-rapport over de gevolgen van liberalisering, hoewel het
alternatief kostendekkende prijzen in ruil voor productiebeheersing
niet onderzocht was. (Die kant gaat het toch niet op, Doornbos). Op
initiatief van de NAV is dat onderzoek er toen alsnog gekomen (LEI-DLO
Publicatie 1.32 Productiebeheersing als alternatief voor het
EU-landbouwbeleid).
De voorstellen van Fischler en de Europese Commissie zijn desastreus
voor de grondgebonden landbouw. De negatieve gevolgen voor milieu en
Derde Wereld worden ook steeds zichtbaarder.
Dumpen in de derde wereld zal toenemen
In plaats van te streven naar een hogere wereldmarktprijs voor de
verschillende producten, gaat de Europese Commissie onverdroten voort
met het verlagen van de interventieprijs (en het verhogen van quota).
Dit kan alleen maar leiden tot een toename van dumping, zeker wanneer
derde wereld landen onder het motto van de WTO-vrijhandel gedwongen
blijven hun grenzen voor (landbouw)producten open te houden. Dus: de
multinationale handel kan dankzij de belastingbetaler in het rijke
westen hier goedkope grondstoffen krijgen, daarmee markten elders
openbreken en daarbij de lokale landbouw om zeep helpen. Trouwens, ook
het zomaar openstellen van onze grenzen voor importen uit de derde
wereld werkt lang niet altijd in het voordeel van de mensen daar. In
het gros van de gevallen zijn het ook hier weer de multinationals die
daarvan profiteren. Op die manier blijven we armoede en honger
temidden van overproductie en overvloed houden in ons werelddorpje
(global village).
Het milieu trekt ook aan het kortste eind
Het pakket aan voorstellen verleent uitgebreid lippendienst aan het
milieu. Maar niet alleen milieuorganisaties hebben milieubezwaren bij
de voorstellen, ook de NAV heeft het nodige aan te merken.
- Het voorstel van vaste braak (hoewel in de nieuwe voorstellen iets
genuanceerd) is zowel uit landbouwkundig als milieu oogpunt verkeerd.
- De Europese Commissie houdt vast aan het indertijd met de VS
overeengekomen maximum areaal van 1,4 miljoen hectare van eiwit- en
oliehoudende gewassen. Dat heeft ook negatieve gevolgen voor het
milieu: het verschraalt de rotatie in de bouwplannen van de
akkerbouwer, het ontmoedigt extensieve veeteelt ten gunste van
intensieve gebaseerd op goedkoop veevoer. De motor achter de
intensivering van de veehouderij en dus het mestoverschot is het (te)
goedkope aanbod van graan, graanvervangers en olie- en eiwithoudende
zaden En hoeveel verspilde energie kost het onnodig - importeren van
55 miljoen ton graanvervangers, eiwit- en oliehoudende gewassen en het
ten gevolge daarvan exporteren van 25 miljoen ton graan, wel niet?
- Boeren doen niets liever dan gezond en milieuvriendelijk voedsel
produceren, maar daar moeten ze wel toe in staat gesteld worden. En
dat lukt niet wanneer zij aan de ene kant tot armoede veroordeeld
worden en hen aan de andere kant het mes op de keel wordt gezet door
milieuvoorwaarden te verbinden aan het verstrekken van EU-aalmoezen
die hoogstens het lijden verlengen. De NAV blijft daarom onverkort
pleiten voor kostendekkende prijzen, maar heeft er geen enkel bezwaar
tegen wanneer daarna ook milieuvoorwaarden aan de productie gesteld
worden (zolang die terecht en uitvoerbaar zijn).
Burgers, consumenten en boeren hebben profijt van een radicaal ander
landbouwbeleid
Te vaak wordt nog beweerd dat boeren profiteurs zijn en een goed leven
leiden op kosten van de belastingbetaler. Maar die EU-gelden leiden er
volgens de NAV toe dat de prijs die de boeren ontvangen extra laag
gehouden kan worden, wat alleen in het voordeel werkt van handel en
industrie. Het eerder vermelde LEI-onderzoek heeft aangetoond dat
afschaffen van exportsubsidies en inkomenstoeslagen, gepaard aan een
kostendekkende prijs en productiebeheersing, nauwelijks tot een
verhoging van de uitgaven van de consument zal leiden. En bovendien
heeft het ook nog gunstige effecten voor het milieu en derde wereld.
Burgers, boeren en consumenten moeten weigeren zich nog langer tegen
elkaar uit te laten spelen. Dat was alleen mogelijk bij de huidige
spelregels van vrijhandel. Het is hard nodig dat we die spelregels
gaan veranderen en bewuste consumenten kunnen daar een hele
belangrijke rol in spelen.
De tijd van slogans en algemeenheden is voorbij
Het blindelings aanhangen van het vrijhandelsprincipe is zeer
gevaarlijk en levert meestal alleen voordeel voor de grote jongens in
handel en industrie op. Daarom wordt het door hen ook zo hard
gepromoot (waar het hen uitkomt). Het GLB, de nieuwe voorstellen van
de Europese Commissie, maar ook de opstelling van de Nederlandse
regering zitten vol tegenstrijdigheden omdat zij enerzijds het
vrijhandelsprincipe aanhangen, anderzijds weer niet en tegelijk
ontkennen dat vrijhandel heel gevaarlijke kanten voor mens en milieu
heeft.
De wereld is dermate gevarieerd en complex dat een simpele oplossing
voor alle gevallen zoals vrijhandel domweg niet bestaat. Per land en
per product moet iedere keer weer de situatie geanalyseerd worden en
gekeken welke specifieke aanpak de beste is, bekeken vanuit het belang
van producenten, consumenten en het milieu hier en in de derde wereld.
En niet vanuit het kortzichtige eigen winstbelang van enkele grote
bedrijven. Wanneer we dat gaan doen, zal blijken dat de lange termijn
belangen van gewone mensen (boeren en consumenten) vaak helemaal niet
zo ver uit elkaar liggen als we denken.
Zolang onze vertegenwoordigers in de EU, WTO etc. dat niet begrijpen
of niet willen, zullen we hen tot een betere opstelling moeten
brengen. Daarvoor moeten we met velen zijn. Ook in Nederland dienen
daarom boeren, consumenten, milieu- en derde wereld activisten om de
tafel te gaan zitten, te kijken waar zij gezamenlijke belangen hebben
en hun krachten bundelen om het tij te keren. Dat zou pas echte
globalisatie in positieve zin zijn.
Het hoofdbestuur van de Nederlandse Akkerbouw Vakbond
Standdaarbuiten, 24 januari 2003
Nadere inlichtingen: 0111 691581
06 12784009
024 3661833