Nieuwe compacte Fiats: dieselautos van de toekomst
Het herstel is begonnen: investeringen van 2.6 miljard euro per jaar
van 2003 tot 2005 plus een extra 150 miljoen euro per jaar bestemd
voor upgrading van het dealernetwerk in Europa. Bovendien 21 nieuwe
producten voor het einde van 2005: dat zijn de hoofdpunten van het
Fiat Auto startplan waar de Business Units gedurende vier maanden met
grote inzet aan hebben gewerkt.
De brede en gevarieerde herstelstrategie richt zich vanzelfsprekend op
reorganiseren om kwaliteitsverbetering te garanderen. Boven alles
echter, concentreert het zich op de nieuwe modellen, de enige echte
manier waarop de merken Fiat, Lancia en Alfa Romeo in staat zullen
zijn om de harten van hun klanten terug te winnen. Betrouwbare
value-for-money producten stellen Fiat Auto in staat om de belangrijke
waarden terug te winnen die zijn historie kenmerken en het concern de
toekomst in zullen dragen.
Twee nieuwe Fiat modellen in Genève Over een maand zullen bezoekers en
journalisten van de Geneva International Motor Show getrakteerd worden
op de wereldpremière van de compact car van de toekomst. Dit
veelzijdige product zal een grote doelgroep aanspreken: klanten die
een auto nodig hebben om zich makkelijk te verplaatsen door de stad,
klanten die een auto met een sterke persoonlijkheid zoeken en klanten
die een veilige auto verlangen. Het MPV-segment zal eveneens een nieuw
lid verwelkomen. Een auto die aan de buitenzijde compact genoeg is om
tot het B-segment te worden gerekend, maar voldoende kwaliteiten,
zitruimte en aandacht voor detail bezit om een nieuwe doelgroep te
bereiken, alsmede automobilisten aan te spreken die tot op heden
slechts een C-segment MPV zouden hebben overwogen. Maar daarmee houden
de verrassingen van de nieuwe Fiat-range niet op. De komende jaren
zullen nog vele nieuwe modellen volgen. Ze stellen Fiat in staat om
zijn rechtmatige rol op te eisen: een fabrikant goed in het maken van
compacte autos en stadsmodellen met een overvloed aan binnenruimte, en
bovendien een belangrijke innovator qua modeldesign.
Fire motor van het derde millennium is een diesel: de 1.3 JTD 16v
Multi-jet
De dieselversies van beide nieuwe modellen worden geleverd met een
motor die eveneens slechts beschreven kan worden als revolutionair en
die de bekende voordelen van common rail turbodiesel technologie (een
betere verhouding tussen prestaties en brandstofverbruik en meer
respect voor het milieu) bereikbaar maken voor een groter publiek.
Deze krachtbron zal het grote publiek tevens herinneren aan een andere
vaardigheid van Fiat: het bouwen van excellente motoren die
betrouwbaar, solide en onvermoeibaar zijn. Dit is bijvoorbeeld bewezen
op het vlak van benzinemotoren: sinds 1984 produceerde Fiat meer dan
12 miljoen Fire motoren!
Maar we hebben het hier natuurlijk over de 1.3 JTD 16v Multi-jet, de
tweede generatie common rail motor die om minstens drie redenen mag
worden beschouwd als de troefkaart van Fiat. Ten eerste omdat hij
enkele van de modellen zal aandrijven die verantwoordelijk zullen zijn
voor de herintroductie van het merk. Ten tweede omdat het de eerste
krachtbron is die werd ontwikkeld door Fiat-GM Powertrain, opgericht
als onderdeel van de joint-venture tussen Fiat Auto en General Motors
en van cruciaal belang met een productie van tenminste 500.000 motoren
per jaar. Tenslotte omdat hij een nieuw hoofdstuk vormt in de boeiende
geschiedenis van de dieseltechnologie. Een nieuwe doorbraak waarin
Fiat wederom een leidende rol speelt. Net zoals zij dat deed in 1988,
met de introductie van de Croma 1.9 TDI, de eerste standaard
productieauto ter wereld die werd uitgerust met een dieselmotor met
directe injectie. En tien jaar later met de introductie van de 1.9
JTD, de eerste directe injectie dieselmotor die gebruik maakte van de
common rail technologie die alle fabrikanten nu omarmen.
Multi-jet: wat is er veranderd en waarom
Tot voor kort vormden krachtbronnen met Uni-jet common rail
technologie the final frontier in de dieselontwikkeling. Ondanks de
naam uni-jet doen deze motoren niet één maar twee inspuitingen in de
verbrandingskamer: een kleine voorinspuiting en een grotere
hoofdinspuiting. Maar dit is totaal veranderd, nu Fiat-GM Powertrain
ingenieurs de tweede generatie common rail krachtbronnen hebben
ontwikkeld met zogenaamde Multi-jet techniek, oftewel in staat tot
meervoudige injecties (3 tot 5).
Het principe achter beide systemen is hetzelfde. Reeds in de Uni-jet
versie zorgde de voorinjectie voor een hogere temperatuur en druk in
de cilinder, om de verbranding ten tijde van de verbrandingsslag te
verbeteren. Doordat de hoofdinspuiting nu kan worden verdeeld in
kleinere injecties, verloopt de verbranding nog vollediger en
geleidelijker bij een gelijkblijvende hoeveelheid brandstof. Dit maakt
verdere vorderingen mogelijk op het gebied van stillere verbranding,
lagere emissies en verbeterde prestaties.
Multi-jet common rail motoren verschillen van Uni-jet common rail
krachtbronnen op twee essentiële punten: de injectoren en de
elektronische regeleenheid. Injectoren die de tijd tussen twee
inspuitingen konden verkorten waren noodzakelijk om het aantal
inspuitingen te kunnen verhogen. Daarom is deze tussentijd verkort van
1500 tot slechts 150 microseconden! Vervolgens brachten de ingenieurs
de minimaal geïnjecteerde hoeveelheid dieselbrandstof terug van twee
tot minder dan een kubieke millimeter. Daarvoor was een slimmere
regeleenheid nodig; één die in staat was om de inspuitstrategie
constant aan te passen aan drie parameters: het motortoerental, het
door de berijder gevraagde koppel en de temperatuur van de
koelvloeistof.
Wanneer de nieuwe 1.3 JTD 16v Multi-jet draait, past de regeleenheid
constant het aantal inspuitingen en de hoeveelheid geïnjecteerde
diesel aan. Wanneer de koelvloeistoftemperatuur onder de 60°C ligt en
de vraag naar koppel gering is, worden zeer kort na elkaar twee kleine
en één grote injectie uitgevoerd. Wanneer het koppel toeneemt, wordt
het aantal inspuitingen teruggebracht tot twee: één kleine en één
grote. Bij hoge toerentallen en een grote vraag naar koppel wordt
slechts één inspuiting gedaan. Als de koelwatertemperatuur boven de
60°C komt, verandert het systeem. Om de emissies te minimaliseren
wordt de injectiesamenstelling dan: éénmaal klein, éénmaal groot,
éénmaal klein.
De kleinste
Zoals de Fire motor destijds, is de 1.3 JTD 16v Multi-jet ontwikkeld
voor optimale efficiency en betrouwbaarheid. Voor de klanten betekent
dat concurrerende kosten, uitmuntende prestaties en een grote
betrouwbaarheid met minimaal onderhoud. De 1.3 JTD 16v Multi-jet biedt
verfijnde technologie, verpakt in een motorblok uit één stuk dat
minder dan 50 centimeter lang en 65 centimeter hoog is. Deze
afmetingen én zijn geringe gewicht maken hem de meest compacte
viercilinder common rail dieselmotor op de markt. Het is de enige
krachtbron die niet minder dan zes componenten van normale afmetingen
weet te herbergen in een cilinder met een boring van minder dan 70
millimeter, namelijk vier kleppen, een injector en een gloeibougie.
Dankzij dit minimale formaat kan de krachtbron perfect worden
toegepast in B-segment superminis en in A-segment stadsautos.
De krachtigste
Ondanks zijn minimale cilinderinhoud van 1251 cc kan de kleine
Multi-jet motor de vergelijking met iedere andere dieselmotor met
vaste turbogeometrie doorstaan. In harde cijfers biedt hij een hoger
specifiek vermogen (per liter cilinderinhoud) dan elke andere
dieselmotor met een capaciteit tussen 800 en 1500 cc: 41 kW (56
pk)/liter vermogen en 144 Nm/liter koppel.
De meest robuuste
Compact, technisch verfijnd, in staat tot uitmuntende prestaties en
een leven lang praktisch onderhoudsvrij. Het zegt genoeg dat de 1.3
JTD 16v Multi-jet is ontwikkeld om 250.000 km mee te gaan, in plaats
van de gebruikelijke 150.000. Gedurende dit lange leven behoeft de
krachtbron geen onderhoud aan zijn mechanische delen. Zelfs de
gangbare V-snaar wissel bij 80.000 km is niet nodig. De
olieverversingsintervallen zijn verlengd van 20.000 naar 30.000 km. De
olie heeft een lage viscositeit, ontwikkeld om brandstofbesparing te
bevorderen. Het oliefilter is eveneens milieuvriendelijk: bij een
beurt wordt alleen het filterpapier vervangen en niet het hele filter.
De schoonste
De 1.3 JTD 16v Multi-jet is ook de milieuvriendelijkste omdat hij nu
al voldoet aan de Euro 4 emissie-eisen die pas in 2005 van kracht
worden. Het is een van de zeer weinige motoren ter wereld die dit
resultaat bereikt zonder een gecompliceerde nabehandeling van het
uitlaatgas, zoals een roetfilter. Dus een van nature al schone auto:
de roetuitstoot is lager dan de norm die wordt gesteld in de
toekomstige Euro 4 norm.
De 1.3 JTD 16v Multi-jet in detail
De 1.3 JTD 16v Multi-jet is een 1251 cc viercilinder lijnmotor met een
boring van slechts 69,6 millimeter en een lange 82 millimeter slag. De
vier kleppen per cilinder worden direct bediend door een dubbele
bovenliggende nokkenas. Het maximale vermogen is 51 kW (70 pk) bij
4000 toeren per minuut en het koppel bedraagt 180 Nm bij slechts 1750
tpm. Enkele technische kenmerken van de nieuwe krachtbron:
* ketting-aangedreven nokkenassen met tuimelaars (een
onderhoudsvrije oplossing)
* hydraulische klepstoters
* gietijzeren cilinderblok met aluminium bodem
* aluminium cilinderkop
* stalen krukas en zuigerpennen
De cilinderkop is voorzien van efficiënt vormgegeven inlaatpoorten om
een optimale brandstofvermenging te bewerkstelligen, ondanks de kleine
boring. De brandstof- en verbrandingssystemen zijn ontworpen om te
werken bij zeer hoge drukken, die variëren van 1400 bar diesel in de
common rail toevoerleiding tot 160 bar mengsel in de cilinder. De 1.3
JTD 16v Multi-jet krijgt drukvulling van een turbolader met
overdrukventiel en intercooler. Een uitvoering met variabele
schoepengeometrie zal spoedig beschikbaar zijn. Deze kan een nog hoger
vermogen en koppel realiseren. Tenslotte beschikt de 1.3 JTD 16v
Multi-jet over een elektronisch geregeld EGR (exhaust gas
recirculation) systeem en een uitlaatgaskoelsysteem.
Technologisch meesterwerk in miniatuur
Het resultaat is een krachtbron die slechts 130 kg weegt, inclusief
alle toebehoren. Hij is klein van afmetingen en de componenten zijn zo
gerangschikt dat de motor een minimum aan ruimte nodig heeft. Hij
garandeert dezelfde voordelen van een grotere motor omdat hij niet
zomaar verkleind is, maar geminiaturiseerd om alle technische
kwaliteiten te behouden.
Waarom Multi-jet beter is dan Uni-jet
Het Multi-jet systeem dat wordt gebruikt op de compacte 1.3 JTD 16v
Multi-jet is een doorontwikkeling van het common rail principe dat
werd toegepast op de eerste generatie JTD motoren. De motor maakt
gebruik van verder verfijnde injectoren en regelsysteem (elektronisch
motormanagement) om meer inspuitingen dan de huidige twee per
verbranding te kunnen uitvoeren. De verbranding verloopt nu
geleidelijker doordat de druk en temperatuur in de verbrandingskamer
beter onder controle gehouden kunnen worden en er optimaler gebruik
wordt gemaakt van de lucht die in de cilinder is gebracht. De
voordelen op een rijtje:
* lager geluidsniveau
* meer comfort
* soepele, aangename rijervaring
* snelle respons op gaspedaal
* milieuvriendelijke toepassingen
Voordelen voor de klant
Voor de klant betekent alle technologie, verpakt in de kleine 1.3 JTD
16v Multi-jet een reductie in brandstofverbruik. De besparing loopt op
tot 10% in vergelijking met de huidige 1.9 JTD motor (bij een gelijk
gewicht) terwijl de emissies maar liefst 50% lager zijn. Dit alles in
combinatie met:
* lagere geluidsniveaus (stel verbrandingen voor als drumslagen:
drie tikken op een kleine trommel maken niet zoveel lawaai als een
slag op een grote trommel)
* verbeterd comfort: minder zware lastwisselingen betekenen minder
vibraties
* een soepele, aangename rijervaring met dank aan de geleidelijke
koppelafgave (op zijn beurt bewerkstelligd door de verbeterde
controle over de verbranding van moment tot moment)
* alle flexibiliteit en snelle response van een diesel die denkt dat
hij een benzinemotor is, met dank aan zijn grote toerenbereik (de
toerenbegrenzing bij iets meer dan 4000 tpm is bijvoorbeeld
nauwelijks waarneembaar)
* de groene toepassingen die deze motor in staat stellen om beter te
profiteren van het voornaamste milieuvoordeel van een dieselmotor
een laag brandstofverbruik door zijn grootste minpunt
(roetuitstoot) terug te brengen.
In lijn met de traditie
Gedurende heel zijn lange geschiedenis is Fiats grote kracht
altijd gebaseerd geweest op twee aspecten: zijn vermogen om
innovaties te brengen voor de compacte auto en de zoektocht naar
nieuwe technologieën en productieprocessen en de nieuwe processen
die nodig zijn om dit mogelijk te maken. Al Fiats succesvolle
modellen werden gewaardeerd om hun praktische inslag, redelijke
prijs, creatieve oplossingen en hun vermogen om hun tijd vooruit
te zijn. De compacte 1.3 JTD 16v Multi-jet stelt Fiat in staat om
deze rol met vernieuwde energie opnieuw op te eisen. Het Uni-jet
systeem heeft de weg bereid voor een nieuwe generatie
dieselmotoren in de midden- en hogere klasse. De 1.3 JTD 16v
Multi-jet is voorbestemd om dezelfde revolutie te weeg te brengen
in het mini- en stadsauto segment.
Anderhalf miljoen kleine diesels
Alle schattingen wijzen erop dat de dieselmarkt fors zal groeien
tussen nu en 2006. Dit zal met name gelden voor kleine
dieselmotoren. Deze vooruitzichten zijn gebaseerd op het feit dat
dieselmotoren de mensen meer en meer aanspreken, zelfs in
stadsautos. Kopers worden aangetrokken door hun soepele werking en
hoge koppel bij lage snelheden. De komst van motoren met een
kleinere inhoud dan de types die momenteel verkrijgbaar zijn, zal
de laatste psychologische grens (die van de cilinderinhoud)
afbreken en veel meer mensen tot een dieselmotor verleiden. Met
zijn revolutionaire 1.3 JTD 16v Multi-jet motor is Fiat klaar om
een aanzienlijk aandeel te veroveren van de markt die zij zelf
heeft geholpen te creëren en die naar schatting zon anderhalf
miljoen autos per jaar groot zal zijn.
De markt voor kleine diesels
Vroeger vond iedereen dieselmotoren te vies, luidruchtig en rauw
om vergeleken te kunnen worden met hun benzineneefjes. Dieselautos
werden alleen gekocht door mensen die vele tienduizenden
kilometers per jaar moesten rijden, bereid waren een auto met meer
dan 2000 cc inhoud aan te schaffen en die tevreden waren met
slechte prestaties en een gebrek aan aantrekkingskracht. Het enige
voordeel was de besparing die ze bereikten aan de benzinepomp.
Toen, in 1997, verwelkomde de wereld de eerste common rail motor
met directe injectie ter wereld: the Alfa 156 1.9 JTD. En het
lelijke eendje werd een zwaan. Dit revolutionaire systeem,
ontwikkeld door Fiat en gefabriceerd door Bosch, stelde diesels in
staat tot een gemiddelde prestatietoename van 12% en een
gemiddelde verlaging van het brandstofverbruik met 15 procent. Om
maar niet te spreken van de lagere geluidsniveaus en
uitlaatemissies. Vanaf dat moment adopteerden alle fabrikanten het
nieuwe systeem waarbij de inspuitdruk van de diesel niet langer
afhankelijk is van het motortoerental, en een elektronisch
managementsysteem de motor aanstuurt. Doordat vraag en aanbod
toenamen, begonnen de dieselverkopen een groter deel van de totale
markt uit te maken en verdubbelde hun aandeel in iets meer dan
vijf jaar, groeiend van twintig naar ongeveer veertig procent. Al
met al waren de nieuwe krachtbronnen een grote hit. Daardoor is
ook het imago van de dieselmotor verbeterd. Nu beschouwt de
consument hem als even stil als een benzinemotor, flexibeler en
prettiger om mee te rijden bij lage snelheden, beslist
milieuvriendelijk en in staat tot een betere verbruiks/prestatie
verhouding. Dit wordt bewezen door de opkomst van de diesel in
alle klassen, inclusief luxe en sportieve segmenten.
De 1.3 JTD 16v Multi-jet brengt de dieselmotor een stap dichter
bij marktdominantie doordat de nieuwe krachtbron nu kan worden
toegepast in compacte autos en zelfs stadsautos in het A-segment.
Een kleine inhoud en gewicht, lage emissies en een verbeterde
verhouding tussen prestaties en brandstofverbruik zorgen ervoor
dat het aandeel diesels in de lagere segmenten duidelijk toeneemt.
Het aandeel was vijf procent in 1997, ligt momenteel op twintig
procent en zou in de komende jaren moeten toenemen tot 30 à 40%.
Deze getallen betekenen dat de markt voor dit type motor snel zal
toenemen tot 1.500.000 units. Compacte Fiats voorzien van de
geavanceerde 1.3 JTD 16v Multi-jet motor kunnen een significant
deel van deze markt opeisen. De geschiedenis van de diesel wijst
erop dat deze markt productgestuurd is. Als dat klopt, zit Fiat
wederom in de voorhoede van de verandering en is zij klaar voor de
introductie van nieuwe modellen om optimaal te profiteren van de
revolutie die zij zelf mede in gang heeft gezet.
Nieuwe producten voor een nieuwe markt
De 1.3 JTD 16v Multi-jet is dus een revolutionaire motor die nog
aantrekkelijker zal worden doordat hij wordt toegepast in volledig
nieuwe modellen die een vervolg zullen geven aan Fiats rijke
traditie in het mini segment. Autos met een grote
aantrekkingskracht die passen bij sterke, winnende markttrends en
tegelijkertijd in lijn zijn met Fiats geschiedenis en
doelstellingen. De nieuwe stadsauto zal compact van afmetingen
zijn (3,54 x 1,58 m), verrassend ruim, slim dankzij toepassingen
zoals een nieuwe gerobotiseerde versnellingsbak met gerobotiseerde
koppeling, een sleutel tot besparing door maximale zuinigheid,
redelijke aanschafprijs en onderhoudskosten, en voorzien van een
veelomvattende uitrusting: van climate control tot ABS, ESP,
satellietnavigatie en een doorzichtig Sky Window lamellendak.
Het andere, even indrukwekkende model zal een echte MPV zijn met
grote interieurruimte maar buitenafmetingen in overeenkomst met
die van een auto uit het B-segment. De nieuweling zal traditionele
marktsegmenten doorkruisen en klanten uit hogere klassen
aantrekken om een nieuw segment voor zichzelf te creëren. Dit zal
hij bereiken door zijn aansprekende up-to-date voorkomen, keus uit
niet minder dan vijf benzine- en dieselmotoren en
producteigenschappen zoals een gerobotiseerde versnellingsbak, zes
airbags en een automatisch multizone climate control systeem.
Diesels met directe injectie: een Fiat verhaal
Het nieuwe Multi-jet systeem heeft de Fiat Groep in staat gesteld
om een belangrijke nieuwe mijlpaal te slaan op het gebied van
dieselmotoren. Dit werd mogelijk door de opgebouwde kennis sinds
1988, het jaar waarin de Croma TDI werd voorgesteld, de eerste
directe injectie-diesel ter wereld. Deze Croma motor was een
prachtig resultaat voor die tijd en de eerste grote stap richting
dieselmotoren met een efficiëntere verbranding. Deze ontwikkeling,
nadien gekopieerd door andere fabrikanten, betekende dat
dieselautos betere prestaties konden leveren bij een lager
brandstofverbruik. Eén probleem bleef: bovenmatig motorgeluid bij
lage toerentallen en bij het accelereren. Dit was het startsein
voor het Uni-jet verhaal, de zoektocht naar een geavanceerd
directe injectie-systeem dat het probleem van bovenmatige
verbrandingsgeluiden kon terugbrengen. Enkele jaren later bracht
deze onderzoeksinspanning het Uni-jet systeem en significante
voordelen op het gebied van efficiency en brandstofverbruik.
Allereerst werd vastgesteld dat het probleem op twee manieren kon
worden aangepakt: men zou tevreden kunnen zijn met een passief
systeem en de motor eenvoudig isoleren om te voorkomen dat de
geluidsgolven het passagierscompartiment zouden bereiken, of er
kon actief worden getracht om het probleem aan te pakken bij de
bron door een injectiesysteem te ontwikkelen dat het
verbrandingsgeluid echt zou terugbrengen. Fiat Groep koos voor de
tweede optie en ging al snel voor het common rail principe; na
andere hogedruk injectiesystemen overwogen en afgekeurd te hebben.
Bij deze andere systemen kon de druk niet onafhankelijk van het
toerental en de motorbelasting worden geregeld en bovendien boden
zij niet de mogelijkheid van een voorinjectie, twee essentiële
eigenschappen van het Uni-jet systeem.
De theorie achter de research is oorspronkelijk ontwikkeld door
onderzoekers van de universiteit van Zürich maar was nooit eerder
toegepast op een auto. De eenvoudige maar mooie theorie is
gebaseerd op de veronderstelling dat als je continu diesel in een
tank duwt, de druk binnenin zal stijgen en de tank zelf een
hydraulische opslagplaats (of leiding) wordt voor brandstof onder
druk, klaar voor gebruik. Drie jaar later, in 1990, bereikte het
Uni-jet systeem ontwikkeld door Magneti Marelli, Fiat Research
Centre en Elasis op basis van het common rail principe de
pre-productie fase. Deze werd afgerond in 1994, toen Fiat Auto op
zoek ging naar een partner met een leidende rol in de kennis van
diesel injectiesystemen. De laatste fase van het project, het
afronden van de ontwikkeling en de industriële productie, werd
uiteindelijk toevertrouwd aan Robert Bosch. In oktober 1997, elf
jaar na de Croma TDI, verwelkomde de markt opnieuw een ongekende
noviteit: de Alfa 156 1.9 JTD. Het nieuwe model was uitgerust met
een revolutionaire turbodieselmotor die prestaties leverde die
voorheen ondenkbaar waren. Autos uitgerust met deze motor zijn
ongelofelijk stil en hebben alle kenmerken van een benzinemotor.
Ze presteren gemiddeld 12 procent beter dan een vergelijkbare
voorkamerdiesel en verbruiken zon 15 procent minder brandstof. De
Alfa 156 met JTD motor werd onmiddellijk een succes, vergelijkbare
krachtbronnen verschenen al snel in andere modellen van Fiat Auto
en werden geadopteerd door vele andere motorfabrikanten.
Nu is de tijd gekomen voor een tweede generatie van JTD motoren,
zestienkleppen motoren met meervoudige injectie die hun debuut
vorig jaar herfst maakten in Parijs in de gedaante van de 1.9 JTD
motor in de Alfa 156 en 147. Die familie is nu uitgebreid met de
zakformaat 1.3 JTD 16v Multi-jet.