Vlaamse overheid

De Vlaamse regering verbindt zich uitdrukkelijk tot het uitvoeren van het Protocol van Kyoto (1997). Daartoe heeft de regering het Vlaams Klimaatplan definitief goedgekeurd, na advies van de MINA-raad en de SERV en bespreking in het Vlaams Parlement. Het Protocol van Kyoto wil dat België tegen uiterlijk 2012 de uitstoot van broeikasgassen reduceert met 7,5 % ten opzichte van 1990. Zonder enige overheidsactie zou die uitstoot verder stijgen. Het Vlaams Klimaatplan telt in totaal 33 maatregelen en projecten die de uitstoot van broeikasgasssen in Vlaanderen moet doen dalen. Zo wil het Plan dat de Vlaamse energie-intensieve bedrijven - via "convenanten-afspraken" en ecologiesteun - straks tot de wereldtop behoren wat betreft efficiënt energiegebruik. Ook de Vlamingen zelf worden warm gemaakt voor een rationeler energiegebruik. Zij kunnen daarvoor rekenen op extra subsidies. De Vlaamse overheid tenslotte wil het goede voorbeeld geven. Zo wordt het energieverbruik in openbare gebouwen geoptimaliseerd en moeten sociale woningen voorbeelden van efficiënt energieverbruik worden.
Voor het zomerreces 2003 wordt een eerste voortgangsrapport van het Vlaams klimaatplan voorgelegd.

Situering
België heeft op 31 mei 2002 het Protocol van Kyoto (1997) definitief geratificeerd en heeft zich daarmee verbonden om de broeikasgasemissies in 2008-2012 met 7,5 % te reduceren ten opzichte van het niveau in 1990. Vlaanderen blijft daarbij aandringen op een gelijkwaardige verdeling van de inspanning tussen de verschillende gewesten, gebaseerd op kostenefficiëntie. Ook van de federale overheid worden aanvullende maatregelen verwacht. Deze maatregelen situeren zich op het vlak van energie, transport, fiscaliteit en productnormering. Tot slot dienen ook op Europees niveau maatregelen te worden genomen.
In 1999 lagen de emissies van broeikasgassen in Vlaanderen 10% hoger dan in 1990. Zonder bijkomende beleidsmaatregelen zou die toename oplopen tot 17% in 2005. De broeikasgasemissies bestaan voor ongeveer 82% uit CO2 (koolstofdioxide), die bijna volledig afkomstig is van het verbruik van fossiele brandstoffen (aardgas, petroleum, stookolie). De andere broeikasgassen zijn methaan, lachgas en de gefluoreerde broeikasgassen. Broeikasgassen zorgen voor de opwarming van de aarde. Indien er niets wordt aan gedaan, dreigt er een mondiale klimaatsverandering veroorzaakt door menselijke activiteiten. Sommige delen van de aarde zullen te maken krijgen met aanhoudende droogte, terwijl andere getroffen zullen worden door overstromingen en frequentere extreme weerfenomenen. Een drastische klimaatverandering zal zeker een grote impact op de Vlaamse economie en samenleving hebben.

Oprichting Taskforce
Om het klimaatbeleid te dynamiseren heeft de Vlaamse regering een 'Taskforce Klimaatbeleid Vlaanderen' opgericht. Die Taskforce is een permanent samenwerkingsorgaan. Een van de opdrachten van deze Taskforce is precies een Vlaams klimaatbeleidsplan op te maken en de uitvoering ervan op te volgen.

Concrete plannen
In deze eerste editie van het Vlaams Klimaatplan zijn zowel projecten met een direct meetbare emissiereductie opgenomen als beleidsondersteunende projecten en sensibiliserende maatregelen. Het betreft een hele waaier van instrumenten: regelgeving, subsidiëring, certificaten en vrijwillige overeenkomsten.

Opvallend hierin zijn:

INDUSTRIE

- convenanten en ecologiesteun voor bedrijven: het Vlaams Klimaatplan biedt een pakket maatregelen aan om de industriële uitstoot van broeikasgassen te beheersen. In eerste instantie komt er geen lineaire CO2 reductieverplichting voor energie-intensieve industrie. Wel worden er met deze bedrijven zogenaamde benchmarkingconvenanten afgesloten. De bedrijven zullen worden verplicht een studie te verrichten aangaande hun energieverbruik en zich daarbij wereldwijd te meten met die bedrijven die wat betreft rationeel energieverbruik het beste presteren. Tegen 2012 zullen ook de Vlaamse ondernemingen die aan het convenant deelnemen, op vlak van energie-efficiëntie, tot die wereldtop moeten behoren. De energie- en milieubeleidsovereenkomsten met de industrie zullen ervoor zorgen dat de uitstoot van koolstofdioxide (CO2) tegen 2005 met bijna een halve megaton daalt; tegen 2010 zelfs met bijna 3 megaton. Ook in de milieuvergunning zal binnenkort op geïntegreerde wijze naar het doelmatig gebruik van energie worden gekeken.


- aanpak van gefluoreerde broeikasgassen: een actieplan moet de uitstoot van gefluoreerde broeikasgassen bij koelinstallaties beperken, een aanvullende reglementering én een erkenningsregeling voor koeltechnici zijn in de maak.


- aanpak van methaan uit stortplaatsen: de regelgeving over de opvang en affakkeling (verbranding) van stortgassen wordt verscherpt. Er komt een principiële verplichting om de energie die vrij komt bij de verbranding om te zetten in elektriciteit.


- reductieplan voor lachgas: de industriële productie van salpeterzuur vormt in Vlaanderen de belangrijkste bron van lachgas. Er komt dan ook een reductieplan voor lachgas bij de productie van salpeterzuur en caprolactam.

TRANSPORT EN LANDBOUW

- Inzet van CO2-arme brandstoffen en energiezuinige rijstijl: transport en wegverkeer blijven in grote mate bijdragen tot de Vlaamse stikstofuitstoot. Het aantal wagens blijft toenemen. Daardoor blijft ook de uitstoot van CO2 stijgen, ondanks het feit dat Vlamingen steeds uitdrukkelijker opteren voor zuinigere wagens. Het Vlaams Mobiliteitsplan zal in het Vlaams Klimaatplan geïntegreerd worden.


- Subsidiëring voor energiebesparingen in de glastuinbouw: de glastuinbouw moet haar uitstoot van broeikasgassen tegen 2005 reduceren met 15 %. Dat zal onder meer gebeuren middels het toekennen van investeringssteun (40%) voor de overschakeling van mazout op aardgas, de aanleg van nieuwe verwarmingsinstallaties, warmtebuffers en energieschermen.

- Klimaatactieplan landbouw: Zowel in de uitstoot van methaan als van lachgas heeft de landbouw- en veeteeltsector een groot aandeel. Een specifiek klimaatactieplan zal de stimulering van aardgasgebruik uitwerken. Aandacht gaat ook naar de aanmoediging van energieteelten.

PARTICULIEREN

- sensibiliseren: het realiseren van de Kyoto- doelstellingen zal geen gemakkelijke opgave zijn. Alle maatschappelijke actoren zullen hun steentje bij moeten dragen.

- Particulieren kunnen danig meehelpen bij het bestrijden van de uitstoot van broeikasgassen. Meteen kunnen ze zo hun energiefactuur inperken. Specifieke acties worden ondernomen met betrekking tot isolatie en dubbele beglazing. Het gebruik van energiezuinige apparaten (spaarlampen, spaardouchekoppen,.), de vernieuwing van oude verwarmingsketels en de vervanging van elektrische apparaten en kolenkachels door aardgas staan eveneens op de agenda.

- een nieuw CO2-REG-decreet (Rationeel Energie Gerbruik) voor subsidiëring van energiebesparing: het blijft evenwel niet bij sensibiliseren. De Vlaamse overheid zal extra middelen ter beschikking stellen voor die burgers die bereid zijn tot energiebesparende maatregelen aan hun woning. Onder meer voor isolatie van woningen, zowel nieuwbouw als renovatie, worden extra middelen vrij gemaakt. Het Vlaams Klimaatplan tekent een actieplan uit waardoor de burgers worden warm gemaakt om ook binnen de eigen woning rationeler om te springen met energie. Dat zal de energiekosten van die burger danig verlichten én Vlaanderen helpen in het halen van de Kyoto- doelstellingen.

OVERHEID

- energie- audits in openbare gebouwen: de overheid wil alvast het goede voorbeeld geven in het halen van de Kyoto- doelstellingen. Tegen 2004 zou er in de 100 meest energieverslindende gebouwen 10% minder energie gebruikt moeten worden.

- residentiële en tertiaire sector: de energieprestatieregelgeving voor gebouwen zal binnenkort goedgekeurd worden. Er komt een actieplan om ervoor te zorgen dat het gebruik van energie in de tertiaire sector, bijvoorbeeld in (kantoor)gebouwen, rationeler kan gebeuren.

- lokale energieplannen: aan de locale besturen, die deelnemen aan de cluster energie van de nieuwe milieuconvenant, zal worden gevraagd zogeheten energieplannen op te maken.

- rationeel energiegebruik in de sociale woningsector: de sector van de sociale woningbouw kan een belangrijke rol spelen bij een rationeler energieverbruik in Vlaanderen. Vooral op het vlak van isolatie en verwarmingsapparaten moeten binnen de sector van de sociale woningbouw concrete maatregelen worden uitgewerkt.

ENERGIE

- actieplan hernieuwbare energie: de hernieuwbare energie krijgt een duw in de rug door de invoering van een systeem met groene stroomcertificaten. De distributienetbeheerders en leveranciers van elektriciteit aan distributieklanten worden verplicht om tegen 2004 groenestroomcertificaten voor minstens 3 % van de geleverde elektriciteit voor te leggen.
- actieplan warmtekrachtkoppeling: ook voor warmtekrachtkoppeling wordt een certificaatsysteem uitgewerkt.

EMISSIEREDUCTIES IN HET BUITENLAND

- flexibiliteitsmechanismen: volgens het Kyoto- protocol mogen landen een deel van de inspanningen voor uitstootvermindering in het buitenland realiseren. Er wordt over drie zogenaamde flexibiliteitsmechanismen gesproken. Ten eerste is er de internationale emissiehandel. Vervolgens zijn er de JI (joint implementation) projecten en CDM (Clean development mechanims). De instrumenten laten landen toe om schone projecten in het buitenland te realiseren en een deel van de daar gereduceerde emissies, onder strikte voorwaarden, aan zichzelf toe te kennen.

- De Europese Unie heeft een richtlijn over verhandelbare emissierechten uitgewerkt. Vlaanderen vindt het belangrijk dat deze richtlijn zo snel mogelijk gerealiseerd wordt, omdat dit tot een meer kostenefficiënt klimaatbeleid zal leiden. De Europese Unie dient wel de nodige voorzieningen te treffen om een mogelijke concurrentieverstoring tussen bedrijven, als gevolg van de omzetting van de richtlijn in de verschillende lidstaten, te voorkomen. Daarom pleit Vlaanderen voor een grondige harmonisatie bij de implementatie van de richtlijn.

Extra maatregelen nodig in de toekomst
Toch is er nog heel wat werk aan de winkel. Extra maatregelen dringen zich dan ook op, zelfs in de zeer nabije toekomst. Vandaar dat het Vlaams Klimaatplan ieder jaar geëvalueerd zal worden. Op basis van die evaluatie zullen de bevoegde ministers het plan jaarlijks uitbreiden met nieuwe projecten die extra, kostenefficiënte bijdragen tot de emissiereductie moeten opleveren. Op die manier krijgt Vlaanderen steeds meer wapens in handen om het Protocol van Kyoto uit te voeren.

persinfo : Ann Bats, woordvoerster van minister Dua - tel. 02 553 27 81
e-mail: persdienst.dua@vlaanderen.be
---