Ministerie van Economische Zaken Berichtnaam: Kamervragen van lid Hessels over de innovatiesubsidies MKB Nummer: 241 Datum: 05-03-2003

Vragen van het lid Hessels (CDA) aan de staatssecretaris van Economische Zaken over de innovatiesubsidies MKB. (Ingezonden 21 februari 2003)

1 Heeft u kennis genomen van de publicatie Miljoenennota MKB 2003 van de ING-bank, gepresenteerd op de MKB-beleidsdag op 17 februari jl.?

2 Deelt u de conclusie van het genoemde rapport met betrekking tot de verwachte daling met 30 procent van de subsidies voor het MKB om innovatie te stimuleren? Zo ja, welke maatregelen bent u voornemens te nemen, teneinde de innovatiekracht van het Nederlandse bedrijfsleven in het algemeen en het MKB in het bijzonder op peil te houden c.q. te verbeteren?

De Staatssecretaris van Economische Zaken, mr.drs. J.G. Wijn, heeft deze vragen als volgt beantwoord. Ministerie van Economische Zaken

1 Ja, ik heb met belangstelling kennis genomen van deze publicatie.

2 De analyse van de ING plaatst de positie van het MKB in het innovatiebeleid terecht in de belangstelling. Dit is ook een belangrijke doelgroep voor het beleid. Uit cijfers van Senter blijkt bijvoorbeeld dat het MKB (tot 250 werknemers) in het jaar 2001 een aandeel van 68% heeft in het door Senter toegekende innovatiebeleidsgeld. Dit aandeel is sinds 1997 gestegen en was destijds 56 procent.

Als gevolg van de taakstelling van het Strategisch Akkoord is inderdaad bezuinigd op het bevorderen van innovatiekracht. Op het innovatiebudget in 2003 wordt ten opzichte van het jaar 2002 euro 70 miljoen bezuinigd. In de periode 2003-2006 is het jaarlijkse verplichtingen subsidiebudget gemiddeld euro 75 miljoen lager dan in 2002. De daling van het budget treft het gehele bedrijfsleven en dus ook het MKB. Het rapport van het Economisch Bureau ING merkt dit in haar conclusies eveneens op.

De vraag of de verwachte daling van de subsidies voor het MKB om innovatie te stimuleren in de periode 2002-2003 6,4 procent is en voor de periode 2003-2006 25,3 procent, zoals in het ING-rapport staat, valt niet eenduidig te beantwoorden. De wijze waarop het innovatiebudget door de ING wordt toegerekend aan het MKB is interessant, maar er vallen wel enkele kanttekeningen bij te plaatsen. Zo wordt bijvoorbeeld de EET volledig toegerekend aan het MKB, terwijl de doelgroep van dit instrument aanmerkelijk breder is.

Het verbeteren en op peil houden van innovatie in het bedrijfsleven (waaronder het MKB) blijft uiteraard wel de kern van het innovatiebeleid van mijn departement. De ambities van het Kabinet op dit terrein zijn groot. Tijdens de Europese topontmoetingen in Lissabon en Barcelona is het doel uitgesproken dat de EU in 2010 tot de meest dynamische kenniseconomie ter wereld wil behoren. Nederland wil daarbij tot de koplopers horen. Ondanks de bezuinigingen wil ik deze ambitie nog niet terzijde leggen.

Hierbij geldt dat innovatie in de eerste plaats de verantwoordelijkheid is van ondernemers en ondernemingen zelf. Daarnaast zullen we goed moeten kijken hoe we het innovatiebeleid slimmer en effectiever kunnen maken. Het IBO-technologiebeleid heeft voorstellen gedaan voor de optimalisering van het innovatie-instrumentarium. In de begroting en de Nota van Wijziging is hiertoe de eerste stap gezet. Er is besloten subsidies af te schaffen of te verlagen die niet of minder effectief waren.

Momenteel wordt gewerkt aan de beleidsplannen omtrent de toekomstgerichte ontwikkeling van de kenniseconomie, mede in het licht van de Lissabon- en Barcelonadoelstellingen.