Gemeente Rotterdam

Verkeer -en Vervoersplan Rotterdam 2003-2020

Bereikbare stad en betere doorstroming

(07-03) Het College van B en W heeft het Verkeer- en Vervoersplan Rotterdam 2003-2020 vastgesteld en vrijgegeven voor inspraak. Centraal in het plan staan de bereikbaarheid van de stad en de leefbaarheid in de wijken. De ambities zijn samengevat onder de noemer "versterking van de concurrentiepositie van de Rotterdamse haven, versterking van de stedelijke economie en verbetering van het woon- en leefklimaat". In aansluiting op het collegeprogramma "Het nieuwe elan van Rotterdam ,. en zo gaan we dat doen" wordt de nadruk gelegd op de uitvoering van maatregelen.

Om de ambities op het gebied van economische ontwikkeling en een aantrekkelijke woonstad waar te maken is een goed vervoerssysteem onontbeerlijk. Rotterdam moet vanuit de regio, de randstad en (inter)nationaal bereikbaar zijn en blijven. Het College kiest daarbij voor een aanpak met maatregelen voor de korte en de lange termijn.

Uitgangspunten

In het Verkeers- en Vervoersplan Rotterdam geldt als centraal uitgangspunt dat mobiliteit mag. Burgers moeten kunnen kiezen hoe ze zich willen verplaatsen binnen de grenzen die schaarste aan geld en ruimte stellen. Tegen deze achtergrond streeft het College naar een samenhangend vervoersnet, zodat mensen worden verleid maximaal gebruik te maken van de fiets en het openbaar vervoer, zeker als ze op meerdere plekken in de stad moeten zijn. Het parkeerbeleid en de parkeertarieven ondersteunen deze inzet. De verbetering van de bereikbaarheid is door het College vertaald in verkorting van de reistijden en het garanderen van gewenste rijsnelheden.

Betere doorstroming, minder verkeershinder

Op de korte termijn ligt het accent op concrete acties die de doorstroming en de veiligheid bevorderen en de verkeershinder verminderen. Het gaat om relatief eenvoudige en snel uit te voeren maatregelen zoals vernieuwing van het parkeergeleidingssysteem, invoering van parkeer- en routegeleiding (dynamisch verkeersmanagement), vervanging van verkeerslichten die een betere afstemming mogelijk maakt (groene golven), het tegengaan van sluipverkeer in de wijken en het bevorderen van de verkeersveiligheid. Verder wordt deze collegeperiode het fundament gelegd voor de gewenste toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen, zoals de intensivering van de binnenstad, de plannen voor de Noordrand en het gebied rond Kralingse Zoom. Met het oog daarop wordt een pakket aan maatregelen in voorbereiding genomen die het gebruik van het openbaar vervoer en Park&Ride-voorzieningen bevorderen.

Daarnaast worden in deze collegeperiode de infrastructuurprojecten die al in gang zijn gezet afgemaakt, zoals de metrodoortrekking naar Nesselande, RandstadRail, tramplus Carnisselande en de Parklane

Bundelen, ordenen, inpassen

In het Verkeer- en Vervoersplan wordt uitgegaan van een vervoersstructuur die de stad als geheel, en de economische centra in het bijzonder, versterkt en die is gebaseerd op de gedachte van de stadsleefgebieden. Het gaat daarbij om gebieden met een herkenbare stedenbouwkundige structuur, waar alle dagelijkse voorzieningen aanwezig zijn en waar doorgaand autoverkeer zoveel mogelijk ontbreekt.

Deze structuur wordt ontwikkeld volgens het concept Bundelen, Ordenen, Inpassen. Zeven hoofdroutes door de stad hebben de status van verkeersbundel. Ze zorgen ervoor dat de autobereikbaarheid van het centrum op peil blijft en voorkomen dat een deel van datzelfde autoverkeer dwars door de wijken gaat rijden. Het gaat om de Parklane, Stadhoudersweg-Statenweg, Schieweg-Schiekade, Maasboulevard, Stadionweg-Laan op Zuid, Vaanweg-Pleinweg, Dorpsweg. Om de gewenste doorstroming en leefkwaliteit te bereiken wordt voor 2010 ingezet op één structurele ingreep in Rotterdam- Zuid en één in Rotterdam-Noord.

Het College heeft nog niet voor alle maatregelen die in het Verkeer- en Vervoersplan worden voorgesteld financiële dekking. Hierover zal het gemeentebestuur in de loop van het jaar besluiten nemen.