Vlaamse overheid

Sportvisserij is een belangrijke vrijetijdsbesteding in Vlaanderen. Met respect voor de natuur brengen ruim 63.000 sportvissers vrijwel wekelijks het grootste deel van hun vrije tijd langs en op het water door. Zij hebben er alle belang bij dat de vispopulatie in Vlaanderen gezond wordt en blijft.
Precies daarom wil Vlaams minister van leefmilieu en landbouw Vera Dua een aantal maatregelen nemen die zowel de natuur als de sportvissers tegemoet komt. Daar waar de natuur zich al voldoende hersteld heeft, komt er een versoepeling voor de sportvissers. Op plaatsen waar natuurherstel het nog altijd heel moeilijk heeft, komen er strengere maatregelen.

Meer vissen door betere waterkwaliteit

De belangrijke inspanningen om de kwaliteit van de Vlaamse waterlopen te verbeteren, levert duidelijk resultaat op. Dit is ondermeer te merken aan de opvallende toename van de vispopulatie in onze grote rivieren.

Bovendien komen in rivieren die tot voor kort biologisch zo goed als dood waren, opnieuw vissoorten voor. Het gaat hier ondermeer om de Dender en op de toeristische Leie tussen Gent en Deinze. Recent werden op diverse plaatsen opnieuw zeldzame en beschermde soorten gevangen en na onderzoek opnieuw vrijgelaten. Op de Bovenschelde kon de aanwezigheid van beschermde soorten zoals beekforel, rivierprik en serpeling aangetoond worden. Ook op de Gentse ringvaart werd in januari 2001 voor het eerst een rivierprik gevangen. In 2002 werden er reeds meer dan 200 van deze zeldzame vissen waargenomen. Op de IJzer en de Demer werd dan weer de door de Europese habitatrichtlijn beschermde kleine modderkruiper gevangen. Op de Schelde werden ter hoogte van het Sint Annabos ook zeeforellen en zelfs een zeeprik gevangen. Het is meer dan honderd jaar geleden dat die laatste soort nog in de Schelde werd waargenomen.

Na meer dan een eeuw met sterke afnames keren de kansen van de vissen in onze rivieren. De situatie is zeker nog niet ideaal. Er zullen nog belangrijke inspanningen moeten geleverd worden om onze rivieren terug gezond te maken. Toch wil de minister met de maatregelen die ze vandaag ten gunste van de riviervissers voorstelt, aantonen dat het milieubeleid wel degelijk tot resultaat leidt. Meteen wil ze het signaal geven dat ook de mensen, vandaag in het bijzonder de vissers, hier beter van worden.

Meer ruimte voor vissers waar de natuur dit toelaat

? Openstellen van de nachtvisserij:
De opvallendste maatregel die de minister in het voordeel van de sportvissers voorstelt, is het opnieuw openstellen van de nachtvisserij. Vooral de karpervissers zullen hiervan profiteren omdat de zwaarste en grootste exemplaren zich 's nachts iets makkelijker laten verschalken. Deze maatregel zal niet tot een grote daling van het aantal karpers leiden omdat de meeste vissers de dieren na de vangst onmiddellijk terug vrijlaten.

? Opheffen van de gesloten tijd tijdens paaiperiodes op bepaalde plaatsen:
Tot op heden mocht er nergens gevist worden tussen 16 april en 31 mei (de gesloten tijd). Dit komt overeen met de paaitijd van een groot aantal vissoorten. Zeker op kanalen en op waterwegen met een drukke scheepvaart is het visverbod tijdens deze periode niet echt zinvol. Kanalen zijn omwille van hun kunstmatig karakter niet geschikt als paaigebied en de scheepvaart verstoort de rust die de vissen nodig hebben om te paaien.

? Aanleg van speciale paaiplaatsen naast kanalen: Omdat kanalen op zich niet geschikt zijn als paaigebied, wil minister Dua nog meer specifieke paaiplaatsen naast de kunstmatige waterlopen voorzien. In praktijk betekent dit dat naast kanalen vijvers worden gegraven die in verbinding staan met de waterloop. In deze vijvers kunnen waterplanten groeien en vissen vinden er een rustige plek om hun eieren af te zetten. Dergelijke paaiplaatsen werden recent reeds aangelegd op het kanaal Bocholt-Herentals nabij Geel en langsheen het kanaal Bocholt-Herentals nabij Lommel. De minister rekent hier op de verdere medewerking van de AWZ.

? Meer mogelijkheden voor paaiplaatsen:
Minister Vera Dua wil de mogelijkheid om paaiplaatsen aan te duiden door de bevoegde administratie afdeling Bos en Groen versoepelen. Op deze plaatsen geldt een visverbod omdat absolute rust een belangrijke voorwaarde is voor een succesvolle voortplanting. De minister wil wel nagaan of het visverbod op bepaalde plaatsen buiten bv. de paaiperiode kan versoepeld worden.

In de praktijk gaan beide maatregelen in voor een 30- tal kanalen en rivieren. De locaties liggen mooi verspreid over Vlaanderen zodat elke sportvisser van deze versoepeling zal kunnen profiteren. Het lijstje van deze plaatsen, vindt u in bijlage.
Het vliegvissen op zalmachtigen op de twee grensriviertjes de Voer en de Berwijn zal voortaan ook toegestaan worden tussen 16 april en 31 mei. Door deze afstemming op de Waalse reglementering moeten de Vlaamse vissers niet langer een Waals visverlof aanschaffen om hun hobby te kunnen beoefenen.

Bijkomende bescherming voor zeldzame vissen

? Een aantal zeldzame vissen krijgt een bijkomende bescherming. Het gaat vooral om soorten die voor de sportvisser niet belangrijk zijn zoals elft, fint, gestippelde alver, grote marene, houting, vetje en vlagzalm.
? In de Schelde tussen Antwerpen en de Nederlandse grens worden bijkomende maatregelen getroffen om de kraamkamerfunctie van het gebied verder te vrijwaren. Binnen Europa is het Schelde-estuarium een van de weinige overgebleven gebieden met een omvangrijk zout-, brak- en zoetwatergetijdensysteem. Vooral het zoetwatergetijdensysteem is op Europese schaal bijzonder zeldzaam. De Schelde heeft een zeer belangrijke functie als opgroeigebied en als overwinteringsplaats voor jonge (zee)vis, waaronder vooral haring, sprot, grijze garnaal, tong, bot, kleine zeenaald, brakwatergrondel en dikkopje. Het gebruik van netten wordt verboden omdat die schade toebrengen aan de jonge vispopulaties. Er zal dus enkel nog met de hengel en maximum vijf fuiken per visser kunnen gevist worden. Voor de fuiken moet een vergunning aangevraagd worden.

? Er wordt ook tot 2006 een meeneemverbod ingesteld op de snoek. Dit moet deze roofvis de mogelijkheid bieden om zich te herstellen. Het meeneemverbod komt er trouwens op vraag van de vissers zelf. Hiermee tonen de vissers aan dat ze hun verantwoordelijkheid willen en kunnen opnemen.

Beperkingen voor zeehengelaars

Het is dramatisch gesteld met het kabeljauwbestand in de Noordzee. Dit is de reden waarom beroepsvissers dit jaar slechts ongeveer de helft mogen vissen van wat in 2002 was toegestaan. Ook wat betreft het aantal zeedagen bestaan zware beperkingen. Naast de beroepsvissers wordt ook van de zeehengelaars een inspanning gevraagd om het kabeljauwbestand in de Noordzee terug op peil te brengen. Een zeehengelaar mag maximum 20 kg zeebaars en kabeljauw vangen, waarvan maximum 15 kg kabeljauw per dag per ingescheepte persoon. Tijdens een overlegvergadering (met de afgevaardigden van de zeehengelaars) op 13 februari jl. bleek dat iedereen zich kan vinden in deze beperkingen. Momenteel lopen met Nederland en Frankrijk besprekingen omtrent een uniforme regeling inzake de sportvisserj.

Vissen krijgen overal vrije doorgang

Ondertussen heeft minister Dua haar administratie de opdracht gegeven om de vrije vismigratie in Vlaanderen opnieuw mogelijk te maken. Nu worden vissen immers gehinderd door stuwen, sluizen, turbines en andere barrières in hun natuurlijke trekbewegingen. Voor diverse soorten vormt dit een belangrijke hinderpaal voor hun voortplanting: de paling, de zalm en de forel zijn hiervan bekende voorbeelden. Sinds vorig jaar zijn de belangrijkste knelpunten in kaart gebracht - terug te vinden op de website vismigratie.instnat.be - en is er een prioriteitenkaart opgemaakt om de hoofdmigratiewegen opnieuw open te stellen voor vissen. AMINAL afdeling Water heeft hierrond al een hele reeks projecten opgezet, waarvan er ondertussen 18 gerealiseerd werden.
Via de nieuwe samenwerkingsovereenkomsten kunnen gemeenten en provincies ook subsidies krijgen voor het wegwerken van migratieknelpunten op waterlopen die tot hun bevoegdheid behoren.

Minister Dua wil dit pakket maatregelen zo snel mogelijk ter goedkeuring aan de Vlaamse regering voorleggen. De maatregelen zullen van kracht worden na advies van de Raad van State en de definitieve goedkeuring door de Vlaamse Regering.

Actievere rol voor vissers bij het visstand- en visserijbeheer

Tot slot wil minister Vera Dua de vissers een actievere rol laten spelen bij het beheer van de viswaters.
In opdracht van het Vlaams Gewest voerden het Centrum voor Milieukunde van het Limburgs Universitair Centrum en het Educatief Bosbouwcentrum Groenendaal een studie uit over regiowerking. Regiowerking is het overleg rond visstand- en visserijbeheer op de openbare wateren. De bedoeling van de regiowerking is om vissers en vissersverenigingen een overlegplatform te geven in verband met het visstandbeheer in openbare wateren.
In elke provincie worden door de Visserijcommissie hoorzittingen georganiseerd rond medebeheer. Er komt ook een speciale hoorzitting voor hengelsportverbonden en -federaties. Rekening houdend met de resultaten van die hoorzittingen zal in de toekomst de regiowerking verder worden uitgebouwd. Door de visser nauwer te betrekken bij de werking van de openbare visserij zal het draagvlak voor het milieu- en natuurbeleid alleen maar vergroten.

info : Ann Bats, woordvoerder van
minister Dua - tel. (02) 553 27 81
e-mail: persdienst.dua@vlaanderen.be


---