De Unie


ING Groep: 2e ronde CAO-onderhandelingen

20 maart 2003 - Op dinsdag 18 maart 2003 heeft in Den Haag de tweede ronde onderhandelingen plaatsgevonden over de nieuwe CAO per 1 mei 2003. Nadat in de eerste ronde is geïnventariseerd welke punten besproken moeten worden, zijn eerst een aantal tekstuele wijzigingen behandeld. Na het vaststellen van de volgorde van de te bespreken onderwerpen zijn we echt inhoudelijk aan de slag gegaan.

Tijdens deze CAO-onderhandelingen pakken we maar gelijk één van de belangrijkste onderwerpen bij de kop: de pensioenlasten. ING heeft middels een presentatie nader aangegeven, waarom zij de stijgende lasten als een probleem zien en hoe deze lasten zijn opgebouwd.

Feit is dat in de afgelopen jaren de pensioenlasten voor ING zijn gestegen en dat de financiering via het pensioenfonds de nodige ontwikkelingen heeft gekend. Belangrijke oorzaken voor een toename van de kosten zijn de invoering van vroegpensioen, de slechte beleggingsresultaten en de (soms) gewijzigde regelgeving omtrent fiscaliteit en financiering. Dat de pensioenlasten een wezenlijk onderdeel vormen van de totale kosten van het ING-concern was ons natuurlijk al wel bekend.

In een eerste voorstel zijn door ING een aantal denkrichtingen aangegeven langs welke weg mogelijke oplossingen gevonden kunnen worden. U moet hierbij denken aan zaken als versobering van de regeling, een bijdrage in de kosten middels premieheffing of een beperkte contractloonstijging. U begrijpt dat wij niet echt warmlopen voor dit soort ingrepen, omdat in alle drie de scenario's (of combinaties hiervan) onze leden het in de portemonnee zullen voelen.

Echter voordat we hierover met ING afspraken kunnen (en willen) maken, hebben de gezamenlijke vakbonden er behoefte aan om het probleem (en daarbij ook de oplossingen) nader te analyseren en te bekijken op welke wijze wij de problemen op een structurele wijze (dus op lange termijn) het beste het hoofd kunnen bieden. Een dergelijke aanpak vereist een zorgvuldige en weldoordachte aanpak en wij hebben dan ook onze twijfels uitgesproken over het feit of we dit tijdens het CAO-overleg al kunnen realiseren. ING wil dit wel, omdat ze op korte termijn al resultaten wil zien op het gebied van kostenbesparing. Over het tempo waarin een en ander dient te geschieden zijn we het dus niet eens.

Verder hebben wij aangegeven dat wij, naast de analyse van ING, ook nog de volgende standpunten innemen:

* Het premievrij pensioen is een uitonderhandelde arbeidsvoorwaarde. Hier tegenover stond (en staat) een reële arbeidsprestatie. De premie voor de regeling wordt dan weliswaar rechtstreeks betaald door de werkgever, maar maakt deel uit van het arbeidsvoorwaardenpakket;

* Een gedeelte van de ontstane problematiek is veroorzaakt door de gekozen wijze van financiering. Hierin hebben de medewerkers geen invloed gehad. Bij een nadere analyse en een mogelijke oplossing zullen ook de financiële voordelen die ING in het verleden heeft gehad, in de discussie betrokken moeten worden;
* Wij opteren voor een structurele lange termijn oplossing. Dit vereist een gedegen communicatie en voldoende draagvlak;
* Uitgangspunt van het door werkgevers en werknemers gesloten centraal akkoord was een gematigde loonontwikkeling, dit onder meer om de pensioenlasten te temperen. Door onze loonvraag van 2,5% hebben we dus al gedeeltelijk een bijdrage geleverd aan de tempering van pensioenlasten.

Er ligt dus een complex probleem voor, daar zijn partijen het wel over eens. Feit is toch dat de (prima) pensioenregeling op langere termijn betaalbaar moet blijven en dat de kosten hiervan de werkgelegenheid niet in gevaar mogen brengen. Uiteraard moet ook De Unie hierin haar verantwoordelijkheid nemen. Uitgangspunt is wel dat er gezocht wordt naar een structurele oplossing. Suggesties en opmerkingen van uw zijde zijn welkom via: inggroep@unie.nl.

Met vriendelijke groet,
Uw onderhandelingsdelegatie

Robert Schuurman
Jan Kuijper
Rick Eijsackers


* Intropagina ING Groep

donderdag, 20 maart 2003