Transport en Logistiek Nederland

Vervoerders/verladers teleurgesteld over schijnoplossing overbelading

Transport en Logistiek Nederland, EVO en Koninklijk Nederlands Vervoer zijn diep teleurgesteld in de antwoorden van minister De Boer van Verkeer en Waterstaat en minister Donner van Justitie op schriftelijke vragen van de Tweede Kamer over de verhoging van boetes op aslastoverschrijding. Uit de antwoorden blijkt dat de ministers bereid zijn om de per 1 maart ingevoerde verdubbeling van de boetes nog één jaar uit te stellen, tot 3 maart 2004. Maar dit vinden de vervoerders en verladers niet genoeg. Zij spreken dan ook van een schijnoplossing, te meer daar de verdubbeling aanvankelijk nog was uitgesteld tot 31 juli 2003.

Aslastoverschrijding is een vorm van overbelading waarbij een of meer assen te zwaar zijn beladen, zonder dat het totale gewicht is overschreden. De oorzaak ligt meestal bij een ongelijke gewichtsverdeling, hetgeen veel voorkomt in het distributievervoer. Vervoerders kunnen hier zelf vaak weinig aan doen en er wordt geen economisch voordeel mee behaald.

De ministers schrijven dat ze de "de sector nog enige tijd willen gedogen om hun materieel en hun beladingsprocedures aan te passen". Maar de organisaties willen geen gedoogbeleid. Ze streven naar een daadwerkelijke oplossing voor het probleem in de vorm van een realistische overgangsperiode van meerdere jaren. Vervoerders en verladers hebben niet voor niets gevraagd om een overgangsperiode van zeven jaar om het wagenpark aan te passen.

Algemeen Voorzitter drs. Mich van der Harst van Transport en Logistiek Nederland: "Er wordt nu iets van vervoerders en verladers verwacht waar ze in de verste verte niet aan kunnen voldoen. Technische oplossingen voor aslastoverschrijding zijn nog niet zo lang op de markt. Vervoerders moeten de tijd krijgen hun wagenpark aan te passen en dat, met inachtneming van een normale afschrijvingsperiode. Toch wordt die tijd de branche niet gegund. Tegelijkertijd lopen ze tegen torenhoge boetes aan".

De organisaties betreuren het bovendien dat de communicatie over het boetebeleid minimaal is geweest. Ambtenaren van Justitie en Verkeer en Waterstaat zijn pas na zeer lang aandringen en op het allerlaatste moment bereid geweest om met vervoerders en verladers in overleg te treden, terwijl deze al jaren gezamenlijk naar een oplossing willen zoeken. Alle hoop is nu gevestigd op de Tweede Kamer, die al eerder in de bres is gesprongen. Het is nog onduidelijk wat er met boetes gebeurt die sinds 1 maart jongstleden zijn uitgeschreven.