Aan de Voorzitter van de
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Binnenhof 4
DEN HAAG
Directie Integratie Europa
Bezuidenhoutseweg 67
2594 AC Den Haag
Datum
20 maart 2003
Auteur
M.Th. Crucq
Kenmerk
DIE-144/03
Telefoon
070 348 48 76
Blad
1/4
Fax
070 348 40 86
Bijlage(n)
2
E-mail
die-in@minbuza.nl
Betreft
Informatievoorziening aan de Tweede Kamer over nieuwe Commissievoorstellen
C.c.
Overeenkomstig de bestaande afspraken heb ik de eer u hierbij twee fiches aan te bieden die werden opgesteld door de Werkgroep Beoordeling Nieuwe Commissievoorstellen (BNC):
1. Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad inzake minimale veiligheidseisen voor tunnels in het trans-Europese wegennet.
2. Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 417/2002 betreffende het versneld invoeren van de vereisten inzake een dubbelwandige uitvoering of een gelijkwaardig ontwerp voor enkelwandige olietankschepen en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 2978/94 van de Raad
De Minister van Buitenlandse Zaken
mr J.G. de Hoop Scheffer
Fiche 1: Richtlijn veiligheidseisen tunnels
Titel:
Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad inzake minimale veiligheidseisen voor tunnels in het trans-Europese wegennet.
Datum Raadsdocument: 14 januari 2003
nr. Raadsdocument: 5207/03
nr. Commissiedocument: COM(2002)769 def.
Eerstverantwoordelijke ministerie: V&W i.o.m. V&W, BZK, VROM, FIN
Behandelingstraject in Brussel: Raadswerkgroep Vervoer, Transportraad
Consequenties voor EG-begroting in EURO (per jaar):
¤ 106.000 per jaar voor personele inzet (vergaderingen en toezichthoudend ambtenaar.) De financiering van het voorstel van de Commissie loopt door tot na 2006. Nederland wil op dit moment niet vooruitlopen op de nieuwe financiële perspectieven die vanaf dat jaar in werking zullen treden. Financiering zal zich dan ook moeten beperken tot de periode tot en met 2006.
Er bestaat een mogelijkheid dat een beroep gedaan wordt op subsidies uit het budget voor trans-Europese netwerken.
Korte inhoud en doelstelling van het voorstel:
De Commissie wil met het voorstel minimum veiligheidseisen vaststellen voor alle tunnels langer dan 500 meter die deel uitmaken van het trans-Europese wegennet. Het voorstel bevat regels voor het beheer, uitrusting en onderhoud van tunnels. Ook aan voertuigen die door deze tunnels rijden worden veiligheidseisen gesteld. Zo moeten bussen en vrachtwagens uitgerust zijn met brandblusapparatuur.
Het voorstel bevat allereerst maatregelen gericht op het voorkomen van ongelukken, en als ze toch plaatsvinden dienen mensen in de tunnel zichzelf beter te kunnen redden.
De ontwerp-richtlijn heeft betrekking op bestaande en op nieuwe tunnels.
Overgangsregelingen
Binnen 10 jaar moeten alle bestaande tunnels aan de veiligheidseisen voldoen. Gezien de vele tunnels in Italië en Oostenrijk wil de Commissie deze landen 5 jaar extra geven.
Rechtsbasis van het voorstel:
artikel 71 van het EG-verdrag (gekwalificeerde meerderheidsbesluitvorming)
Comitologie: Regelgevend comité
Subsidiariteit, proportionaliteit, deregulering:
Subsidiariteit: positief: krachtig gemeenschappelijk en uniform handelen is geboden na de reeks van ongevallen in het verleden.
Proportionaliteit: twijfelachtig. In de Ad-hoc expertgroep tunnelveiligheid van de VN/ECE op 21-22 januari 2003 is door deze werkgroep geconstateerd dat het voorstel een zeer hoog detailniveau heeft. De toepassing van het voorstel wordt daarmee nogal inflexibel en kostbaar, m.n. voor de Alpenlanden.
Nederlandse belangen:
De veiligheid van de tunnels in het trans-Europese wegennet is van belang voor zowel het personenverkeer als voor het (inter-)nationale wegtransport. Voor het personenvervoer door tunnels in Nederland ligt het belang bij een betere waarborging van het veiligheidsniveau in de gebruiksfase (en met name de oefenverplichting) en door buitenlandse tunnels ligt het belang bij een verbeterde veiligheid voor het vakantieverkeer. Voor het wegtransport "onder Nederlandse vlag" is de continue
beschikbaarheid van tunnels in het trans-Europese wegennet van groot economisch belang.
Consequenties voor nationale regelgeving/beleid c.q. decentrale overheden (betrokkenheid IPO/VNG)
De toedeling van taken en verantwoordelijkheden zoals nu voorgesteld wordt kan gevolgen hebben voor de bestaande bestuurlijke verhoudingen in Nederland.
Het voorstel kan geheel worden verwerkt in de beleidsvoornemens voor de Nederlandse wet voor tunnelveiligheid.
Bij de consultatie van de Nederlandse beleidsvoornemens is IPO/VNG betrokken.
Rol EP in de besluitvormingsprocedure: Co-decisie
Fiche 2: Verordening dubbelwandige olietankers
Titel:
Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 417/2002 betreffende het versneld invoeren van de vereisten inzake een dubbelwandige uitvoering of een gelijkwaardig ontwerp voor enkelwandige olietankschepen en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 2978/94 van de Raad
Datum Raadsdocument: 8 januari 2003
nr. Raadsdocument: 5111/03
nr. Commissiedocument: COM(2002)780 def
Eerstverantwoordelijke ministerie: V&W i.o.m. VROM, EZ
Behandelingstraject in Brussel: Raadswerkgroep vervoer, Transportraad
Consequenties voor EG-begroting in EURO (per jaar): geen
Korte inhoud en doelstelling van het voorstel:
Naar aanleiding van het ongeval met de olietanker Prestige voor de Spaanse kust in november 2002 zijn in EU-kader in zeer snel tempo diverse acties ondernomen. Met name moeten hier genoemd worden de Raadsconclusies die naar aanleiding van de 'Prestige'ramp tijdens de Transportraad van december jl. zijn vastgesteld. Het voorstel tot wijziging van Verordening 417/2002 vormt een uitvloeisel van deze Raadsconclusies. In het voorstel wordt voorgesteld Verordening 417/2002 op een drietal punten te
wijzigen:
· verder versnelde uitfasering van enkelwandige tankers;
· vervoersverbod voor zware oliesoorten in enkelwandige tankers; ook olietankers met een tonnage tussen de 600 en de 5000 ton vallen onder dit verbod. De huidige internationale toepassingsgrens voor dubbelwandige tankers ligt op 5000 ton;
· toepassing van speciale keuringen voor enkelwandige tankers ouder dan 15 jaar.
Rechtsbasis van het voorstel:
art. 80 lid 2 EG-verdrag (gekwalificeerde meerderheidsbesluitvorming)
Comitologie: geen
Subsidiariteit, proportionaliteit, deregulering:
Positief. Optreden op communautair niveau levert op alle onderdelen van het voorstel voordelen op ten opzichte van nationaal optreden. Wel worden nog vraagtekens gezet bij de ruimte voor nationale besluitvorming als het gaat om het vervoersvoorschrift van persistente oliën in dubbelwandige tankers tussen 600 en 5000 ton.
Nederlandse belangen
· Een adequate bescherming van het mariene milieu.
· De ongestoorde aan- en afvoer van olie naar Nederlandse havens, zowel vanuit het oogpunt van energievoorziening voor Nederland zelf als in de rol van doorvoerhaven.
· De economische belangen van Rotterdam en de continuïteit van het vervoer van Noordzee-olie.
· De goede relaties met derde landen in het kader van de Internationale Maritieme Organisatie (IMO) vanwege grote Nederlandse belangen bij andere milieu- en veiligheidsdossiers
Consequenties voor nationale regelgeving/beleid c.q. decentrale overheden (betrokkenheid IPO/VNG)
Wettelijke basis voor het weren van bepaalde typen schepen is nog in voorbereiding; het voorstel heeft potentieel grote invloed op de handelspositie van Rotterdam.
Rol EP in de besluitvormingsprocedure: Co-decisie
===