Ingezonden persbericht


Uit onderzoek blijkt dat gemengd leren leidt tot
maximaal 163 procent verhoging van prestaties

Verbetering productiviteit en prestaties bij juiste inzet van blended learning programma's

Amsterdam, 25 maart 2003 - NETg, wereldwijd de grootste producent van leeroplossingen voor ondernemingen en onderdeel van de Thomson Corporation (NYSE: TOC, TSX: TOC), heeft vandaag de resultaten bekend gemaakt uit de tweede fase van een onderzoeksreeks, getiteld 'Thomson Job Impact Study, The Next Generation of Corporate Learning'. De studie toont aan dat blended learning (gemengd leren), bestaande uit een combinatie van verschillende leermethoden zoals e-Learning, simulaties, on-line instructies en klassikale lesprogramma's, leidt tot een significante productiviteitsverhoging bij medewerkers. Deze bevindingen volgen op eerdere onderzoeksresultaten waaruit bleek dat blended learning een veel doeltreffendere vorm van educatie is dan een niet-gemengd educatieprogramma.

De Thomson Job Impact Study is een unieke manier om de effectiviteit te meten van blended learning ten opzichte van niet-gemengde leerprogramma's. Hieraan is recent een zeer belangrijk aspect toegevoegd, namelijk het exact kunnen vaststellen welke kritieke componenten absoluut noodzakelijk zijn voor een succesvol blended learning programma.
Het onderzoek is uitgevoerd in samenwerking met een groep gerenommeerde organisaties uit het bedrijfsleven en de onderwijssector, zoals Lockheed-Martin, NCR, de staatsuniversiteit van Utah, de universiteit van Limerick (Ierland), het Anoka-Ramsey Community College (Minnesota), het Executive Service Corps uit Chicago en KnowledgePool.

De eerste fase van het onderzoek - vorig jaar gepubliceerd - moest bepalen of er significante verschillen vastgesteld konden worden in de nauwkeurigheid en benodigde tijd om praktijkgerichte taken uit te voeren na het volgen van een blended learning programma, een e-Learning programma of na geen enkele training. Uit de eerder gepubliceerde resultaten bleek dat een gestructureerd curriculum van blended learning resulteert in een stijging van de uitvoeringsnauwkeurigheid met 30 procent en een 41 procent stijging van de uitvoeringssnelheid ten opzichte van niet-gemengde varianten.

De tweede fase van het onderzoek was gericht op het vinden van essentiële componenten waaruit een goed blended learning programma moet bestaan. Er werden vijf groepen cursisten bestudeerd. Daarbij werd e-Learning vergeleken met drie verschillende typen blended learning programma's: training met docent, een zuiver op tekst gebaseerd cursusprogramma en oefeningen op basis van scenario's. De groep die een cursus volgde onder leiding van een docent (de Instructor-Led Training (ILT) Blend groep), kreeg een blended learning programma met scenario-oefeningen (Scenario-Based Exercises of SBE's) in klassikale context. De Text Blend groep kreeg SBE's met gebruik van tekstobjecten. De SBE Blend groep (Scenario-Based Exercise) kreeg SBE's met gebruik van NETg Learning Objects (NLO's). De e-Learning groep volgde een standaard e-Learning cursus. Voor een goede vergelijking van de resultaten werd een controlegroep samengesteld, die geen enkele training volgde. Alle groepen voerden een eindtest en drie praktijkgerichte taken uit.

Net als in de eerste fase van het onderzoek geven ook de nieuwe resultaten aan dat een duidelijk omlijnd gemengd programma de totale praktijkprestaties verhoogt ten opzichte van enkel e-Learning en dat zowel een blended learning programma als een niet-gemengd programma effectiever is dan helemaal geen training. Ten opzichte van de groep die geen enkele training kreeg, behaalde de e-Learning groep een stijging van 99 procent in de nauwkeurigheid bij uitvoering van de praktijkgerichte taken. Voor de ILT Blend groep was dat 163 procent, voor de Text Blend groep 153 procent en de SBE Blend groep 159 procent. Vergeleken met de e-Learning groep waren de groepen met een gemengd programma 27 tot 32 procent nauwkeuriger in de uitvoering van hun taken. Bovendien voerden zij de taken 41 tot 51 procent sneller uit.

De analyse van de resultaten wijst verder uit dat een goed gedefinieerd blended learning programma resulteert in een grotere productiviteit van de werknemers. De Thomson Job Impact Study is gericht op het vinden van het optimale blended learning model. Daarnaast verschaft het inzicht in welke componenten essentieel voor succes lijken en welke componenten uitwisselbaar zouden kunnen zijn. De drie groepen met een gemengd programma presteerden vrijwel gelijk, waaruit te concluderen valt dat de componenten die de drie groepen gemeen hebben, de essentiële componenten zijn van een succesvol blended learning model. De drie basiskenmerken zijn: het gebruik van oefeningen op basis van scenario's als basis voor leersoftware, werkelijke ervaring met behulp van de software en authentieke assessments ontworpen als equivalent voor praktijkgerichte taken.

Andere instructiecomponenten van blended learning hebben soortgelijke niveaus van doeltreffendheid laten zien en lijken daardoor inwisselbaar. Hierdoor heeft de gebruiker de flexibiliteit om de gewenste tools te selecteren op basis van beschikbaarheid, budget of andere (zakelijke) behoeften. Deze inwisselbare componenten zijn integratie van live-instructies, introductie van tekstobjecten of elektronische leerobjecten in praktijkgerichte scenario's en continue toegang tot begeleiders tijdens de opleiding.

"Cursussen samenstellen en diensten op dit gebied aanbieden die aan de eisen en wensen van de individuele cursist tegemoetkomen, zijn de belangrijkste doelstellingen van NETg", aldus Joe Dougherty, president van NETg. "Het onderzoek bevestigt dat blended learning programma's doeltreffend werken. Uiteindelijk willen wij niet alleen cursussen op basis van e-Learning aanbieden, wij willen de cursist ook steunen met diverse tools en oplossingen die ervoor zorgen dat de training een meetbare verbetering van de prestaties oplevert, in lijn met de strategische doelen van het bedrijf."

Over NETg
Thomson Corporation (www.thomson.com) boekte in 2001 een omzet van $7,2 miljard en is een gerenommeerd aanbieder van geïntegreerde informatieoplossingen voor bedrijven en professionals over de hele wereld. De gewone aandelen van Thomson staan genoteerd aan de beurs van New York en Toronto (NYSE, TSX: TOC). Het aanbod van Thomson is gericht op de behoeften van particulieren, instellingen en bedrijven, en omvat een breed portfolio van producten en diensten voor uiteenlopende leeromgevingen.

NETg is een onderdeel van Thomson, met een compleet aanbod geïntegreerde producten en diensten voor educatieve doeleinden. Het aanbod van NETg heeft betrekking op het aanleren van zakelijke, persoonlijke en technische vaardigheden, en wordt aangeboden via een mengeling van leermethoden, van e-Learning tot cursussen onder leiding van een docent. Hiermee kan worden ingespeeld op de unieke behoeften van iedere afzonderlijke persoon. In februari 2002 is NETg met Wave and Course Technology gefuseerd tot één Thomson Learning-onderneming. Het bedrijf kan meer dan 2000 cursussen aanbieden. Dankzij het aanbod in elf verschillende talen heeft een bedrijf een internationaal klantenbestand, met klanten als Nestlé, Cap Gemini Ernst&Young, Konica en Scottish Power.

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met:
Text 100 B.V.
Dennis Doodeman
Tel: 020 530 4345
E-mail: dennisd@text100.nl

De volledige onderzoeksresultaten kunt u downloaden via de volgende weblink:
.