Gemeente Utrecht

UTRECHT MONITOR 2003

Op het gebied van veiligheid maakt Utrecht gunstige ontwikkelingen door. Steeg de geregistreerde criminaliteit de afgelopen vijf jaar, in 2002 daalde deze met drie procent. Ook het aandeel van de 'harde kern' onder jeugdige criminelen neemt af. Dit zijn enkele resultaten uit de Utrecht Monitor 2003.

De Utrecht Monitor 2003, de zesde jaargang, geeft de nieuwste cijfers op het gebied van onder meer bevolking, economie, veiligheid, onderwijs, openbare ruimte, wonen en verkeer. Hiervoor wordt een veelheid aan bestaande bronnen van zowel binnen als buiten de gemeente geraadpleegd, waaronder de in 2002 gehouden bevolkingspeiling naar leefbaarheid en veiligheid. Speciale aandacht is er deze keer voor de ontwikkelingen in de Vinex-locatie Leidsche Rijn. Anders dan voorgaande jaren heeft dit stadsdeel zijn eigen hoofdstuk.

Veiligheid

De door de politie geregistreerde criminaliteit is in 2002 met drie procent afgenomen. Dit is met name het gevolg van de daling van het aantal autokraken, ook waren er minder woninginbraken dan in 2001. Daarnaast steeg het aantal aanhoudingen door de politie de laatste twee jaar met een kwart.

Ook wordt er vooruitgang geboekt bij de aanpak van de jeugdcriminaliteit, één van de speerpunten van het gemeentelijk veiligheidsbeleid. Het aandeel van de 'harde kern' onder jeugdige criminelen is in 2000 gedaald naar 14 procent. In 1998 was dit nog 19 procent. Door landelijke bewerkingsslagen, nodig voor betrouwbare vergelijkingen, gaat het hier om een niet geheel actueel cijfer.

Niet op alle gebieden van veiligheid is sprake van een verbetering. Het geweld neemt niet af en Utrechters geven aan zich minder veilig te voelen dan enkele jaren geleden.

Economie

De algeheel verslechterende economische omstandigheden het afgelopen jaar treffen ook Utrecht. Na ruim tien jaar aanhoudende groei van de werkgelegenheid, was er in 2002 sprake van een teruggang van ruim twee procent. Dit komt vooral doordat de ICT-sector zware klappen krijgt.

Ook de werkloosheid stijgt. Begin 2003 staat er bijna een kwart meer werkzoekenden ingeschreven bij het Centrum voor Werk en Inkomen (CWI) dan een jaar geleden. Opmerkelijk is dat in Nederland deze toename half zo groot was. Opvallend is dat onder lager opgeleiden, allochtonen en langdurig werklozen (doelgroepen van het gemeentelijk beleid) de werkloosheid in 2001 meer dan gemiddeld in Utrecht afnam en in 2002 minder dan gemiddeld in de stad toenam. Deze relatief gunstige ontwikkeling heeft zich zeker in de laatste tien jaar niet eerder voorgedaan.

Vinex-locatie Leidsche Rijn

Op dit moment is een vijfde van het totale woningbouwprogramma gerealiseerd. Het programma loopt tot 2015. Van de woningen is tot op heden 27 procent in de sociale sector gebouwd. Dit is conform het gewenste eindbeeld. De grote bouwstroom in Leidsche Rijn heeft tot nu toe niet geleid tot leegstand in de naoorlogse wijken. De druk op de locale woningmarkt blijft onverminderd hoog.

Ruim 85 procent van de nieuwe Leidsche Rijn-bewoners komt uit stad en regio. Relatief veel van hen zijn afkomstig uit de wijken Overvecht en Kanaleneiland. De huidige bewoners van Leidsche Rijn kennen een zeer hoog autobezit. Slechts 8% van de huishoudens heeft geen auto.

Overige ontwikkelingen

Een greep uit de vele andere signalen van de Utrecht Monitor 2003 levert een mengeling van positieve en negatieve ontwikkelingen op:
* Volgens de Atlas voor gemeenten 2003 van Nyfer staat Utrecht op de 3e plaats van de zogenoemde 'aantrekkelijkheidsindex', na Amstelveen en Amsterdam. Uit dezelfde Atlas blijkt dat Utrecht 7e staat op de sociaal-economische index, tegen Den Haag 25e, Amsterdam 26e en Rotterdam 42e.

* Onderwijs: de Cito-scores van Utrechtse leerlingen - ook van de allochtone leerlingen daaronder - in het basisonderwijs gaan elk jaar omhoog en komen dichter bij het Nederlands gemiddelde; het aandeel achterstandsleerlingen in het basisonderwijs neemt af.


* Openbare ruimte: volgens de Utrechter neemt de netheid van de buurt af, met name door de ervaren toename van vernielingen.


* Wonen: er is een tekort aan (betaalbare) zelfstandige woonruimte voor jonge starters op de woningmarkt.

* Verkeer: het gebruik van het HOV door de binnenstad is op een gemiddelde werkdag met 21 procent gegroeid. Het totale woon-werkverkeer groeide in de afgelopen vijf jaar met 25%. De dalende lijn bij de verkeersongevallen zet ook in 2002 door.
* Parkeren: in de elf openbare parkeergarages is op werkdagen overdag nog voldoende reservecapaciteit aanwezig. Tijdens piektijden (zaterdag en koopavonden) worden de elf openbare parkeergarages zeer intensief gebruikt.

* Inkomen: het aandeel huishoudens met een laag inkomen neemt af.

* Integratie: meer dan tweederde van zowel nieuw- als oudkomers haalt op het moment van uitstroom niet het gewenste minimumniveau van zelfredzaamheid.


* Gezondheid: Turken en Marokkanen maken relatief weinig gebruik van Loket 1. Dit loket behandelt aanvragen voor zorg en aangepast wonen.

* Milieu: het aandeel Utrechters dat stankoverlast ervaart is sterk afgenomen. Dit is mede te danken van de sluiting van Cereol; de cijfers in Oog in Al en omgeving blijken namelijk aanzienlijk gedaald.

* Afvalinzameling: het afgelopen jaar is de hoeveelheid afval in de stad behoorlijk gegroeid, restafval met 6,6% en GFT-afval met 5,5%.

* Toekomst van de stad: Utrechters zijn in 2002 wat minder optimistisch over de toekomst van hun stad.

Utrecht, 26 maart 2003.