Landelijke Huisartsen Vereniging

Groot vertrouwen leden in de LHV - Belangenbehartiging en imago van beroep belangrijkste punten van verbetering

De belangenbehartiging is volgens de leden van de LHV verreweg het belangrijkste onderwerp voor de Landelijke Huisartsen Vereniging en meteen ook het onderwerp waaraan het meest valt te verbeteren. Niettemin geven de leden de LHV in haar geheel een voldoende. Dat valt op te maken uit de resultaten van het grote ledenonderzoek, dat in december vorig jaar aan alle leden is toegestuurd.

Ruim eenderde van de leden nam de moeite de lange lijst met vragen te beantwoorden. Uit de antwoorden blijkt ook dat het bestaansrecht van de LHV niet ter discussie staat. Slechts 1 procent van de leden adviseert aankomend huisartsen zeker geen lid van de LHV te worden, tegen 72 procent dit zeker wel te doen. Een ander punt waar volgens de leden serieuze aandacht aan moet worden besteed, is het imago van de huisarts. Veel leden vrezen, dat zo langzamerhand het beeld ontstaat van een geteisterde, overbelaste en onderbetaalde beroepsgroep. De LHV heeft daarom besloten positieve berichtgeving in de media te stimuleren. Met name voor vooruitstrevende en innovatieve ontwikkelingen in het land en de ëmooie kanten van het vakí zal extra aandacht van de media worden gevraagd.

IJkpunt voor verbetering
Het onderzoek past in het streven van de LHV om gerichter te werken aan de kwaliteit van de dienstverlening. Om zeker te weten waar volgens de leden aan moet worden gewerkt, is besloten om alle 9.539 leden (stand in december 2002) uit te nodigen deel te nemen aan het onderzoek. De respons was zeer hoog: ruim 3.557 leden hebben de moeite genomen om de vragenlijst in te vullen. Voor een schriftelijke enquÍte onder een drukbezette, professionele doelgroep is dit een hoge respons; zeker gezien het feit dat geen aanvullende herinneringen zijn verstuurd.
Het onderzoek wijst uit op welke aspecten in de ogen van leden verbetering mogelijk is. De resultaten bieden bovendien een ijkpunt: in de toekomst kan worden onderzocht of verbeteringen, die in gang worden gezet, leiden tot een hogere waardering van de LHV door haar leden.

Onderzoeksmodel
In het onderzoek is gebruik gemaakt van een model dat speciaal is ontwikkeld om de kwaliteit van dienstverlenende organisaties te evalueren (Delivering Quality Service, Zeithaml, Parasuraman, Berry, Free press, New York, 1990). Belangrijk uitgangspunt van dit model is, dat de door ëde klantí ervaren kwaliteit van de dienstverlening wordt bepaald door het verschil tussen verwachtingen en ervaringen.

Waardering LHV
De LHV wordt gemiddeld met een 6,1 beoordeeld. 22 procent van de respondenten geeft een onvoldoende; tien procent geeft een 8 of hoger. Het rapportcijfer dient niet zozeer te worden beschouwd als een absoluut oordeel dat vergeleken kan worden met de rapportcijfers die andere organisaties toebedeeld krijgen. De LHV is immers een unieke organisatie. Het cijfer biedt een ijkpunt: het streven van de LHV is dat de gemiddelde waardering omhoog gaat door verbeteringen te implementeren en dat de leden die nu een onvoldoende geven, hun oordeel bijstellen door de dienstverlening en prestaties beter toe te snijden op hun behoeften.

Beoordeling LHV
De respondenten hebben aan de hand van 33 stellingen de LHV beoordeeld waarbij steeds werd gevraagd naar de gewenste situatie en naar de perceptie van de huidige situatie. De stellingen hadden betrekking op het imago en de organisatie van de LHV, de taken van de LHV en de voorlichting en klantvriendelijkheid. Door te analyseren waar de kloof tussen de gewenste en ervaren situatie het grootst is, wordt duidelijk welke verbeterpunten in de ogen van de leden de hoogste prioriteit hebben. De volgende grafiek geeft als voorbeeld de kloof weer tussen wens en ervaring met betrekking tot de taken van de LHV. Uit de grafiek blijkt dat de meeste winst kan worden geboekt op het gebied van belangenbehartiging, in de ondersteuning van leden en in de positieve beeldvorming van het huisartsenvak in de media. De wijze waarop de LHV taken uitvoert op het gebied van nascholing en deskundigheidsbevordering komt in de ogen van de leden relatief het dichtst bij de gewenste situatie.
Uit de andere stellingen komt onder meer naar voren, dat de klanttevredenheid met name zou verhogen als de LHV slagvaardiger en met meer visie gaat opereren, waarbij een transparante en goed georganiseerde structuur en meer ëfeelingí met de leden moet leiden tot betere prestaties.
Het relatief kleinste verschil tussen de gewenste en ervaren situatie treffen we bij de categorieÎn klantvriendelijkheid en voorlichting. Dit neemt niet weg dat de suggesties die zijn gedaan om de dienstverlening op deze gebieden nog beter toe te snijden op de wensen van de leden zeker ter harte worden genomen.

Voorlichting LHV
De voorlichting van de LHV aan haar leden wordt relatief gunstig beoordeeld: het gemiddelde rapportcijfer is 7,0; ëslechtsí elf procent geeft een onvoldoende; 36 procent geeft een 8 of hoger. De Ledenbrief (tegenwoordig ëPraktijkberichtí) is naast het belangrijkste communicatiemiddel tevens het hoogst gewaardeerd. De website krijgt gemiddeld een 6,2, het tijdschrift De Huisarts een 6,7 en de Ledenbrieven een 7,8. Uit de antwoorden op de stellingen over voorlichting kan wel een verbeterpunt worden gedestilleerd: door de informatie meer gelaagd aan te bieden zullen naar verwachting zowel de ësnelleí lezers als de leden die meer diepgang wensen beter worden bediend.

Loyaliteit
Om een indruk te krijgen van de loyaliteit van de LHV-leden is gevraagd of zij aankomende huisartsen zouden adviseren om van de vereniging lid te worden. Uit de antwoorden blijkt dat de huidige leden een hoge loyaliteit hebben: een minimale minderheid zou waarschijnlijk of zeker niet aanbevelen om lid te worden van de vereniging (zes procent); 22 procent kiest voor de antwoordcategorie ëmisschiení; 72 procent zou zeker een aankomend huisarts adviseren lid te worden van de LHV. Voor een groot deel van de groep respondenten met een kritische houding ten aanzien van de LHV heeft het lidmaatschap van de vereniging blijkbaar toch waarde. De indruk bestaat dat de leden de vertegenwoordiging van de beroepsgroep in politieke onderhandelingsarenaís onontbeerlijk vinden. De criticasters lijken daarbij tot de slotsom te komen: ìbeter vertegenwoordigd door een vereniging met ëgebrekení, dan niet vertegenwoordigd worden.î

Imago van de huisarts
In het onderzoek is bekeken hoe het volgens de leden is gesteld met het huidige imago van de huisarts onder het Nederlandse publiek. Vervolgens is gevraagd of dit imago het afgelopen jaar is verslechterd, verbeterd of hetzelfde is gebleven. Het huidige imago van de huisarts wordt door huisartsen zelf redelijk mild beoordeeld (25 procent: matig tot slecht; tweederde: goed). Bijna de helft (47 procent) meent echter dat het imago van de huisarts onder het Nederlandse publiek het afgelopen jaar is verslechterd. Uit de antwoorden op de open vragen kan worden opgemaakt, dat met name wordt gevreesd dat het beeld ontstaat dat huisartsen een geteisterde, overbelaste en onderbetaalde beroepsgroep vormen. De LHV gaat daarom gericht werken aan positieve berichtgeving in de media over de waarde van huisartsen voor de gezondheidszorg en maatschappij en over de ëmooie kantení van het vak.

Waardering DHV
In de vragenlijst waren twee vragen opgenomen over de Districts Huisartsen Vereniging waar men lid van is: de vraag om deze DHV te beoordelen met een rapportcijfer en een beoordeling van deze DHV aan de hand van stellingen. Het gemiddelde rapportcijfer is 6,1; hetzelfde cijfer dat de LHV kreeg toebedeeld door de totale steekproef. Wat opvalt in vergelijking met de scores van de LHV, is dat meer respondenten een onvoldoende geven (30 procent; LHV: 23 procent) maar ook meer respondenten een 8 of hoger (23 procent; LHV: 10 procent). Een ander opvallende uitkomst is de substantiÎle spreiding van de cijfers: het laagste oordeel is 4,9; de hoogste waardering bedraagt 6,9.

Vergelijking LHV, DHV, KNMG en NHG
Om een referentiekader te hebben, zijn tevens de KNMG en het NHG beoordeeld met een rapportcijfer. De KNMG krijgt van de respondenten een 6,1 toebedeeld - dezelfde gemiddelde waardering als de LHV en DHV. Het NHG scoort aanzienlijk positiever: 7,6. Het is ook interessant om te bekijken hoe de verdeling van rapportcijfers verschilt. De volgende grafiek geeft hiervan een beeld.

Hoe verder?
De resultaten van het onderzoek zijn te vers om voor alle verbeterpunten nu al een pasklare aanpak te hebben. Niettemin wordt door bestuur en directie van de LHV en DHVíen op het ogenblik al volop gewerkt aan veel verbeterpunten. Zo moet het moderniseringstraject van de vereniging en de ambtelijke organisatie nog dit jaar worden afgerond. Over de belangenbehartiging gaat het bestuur binnenkort in gesprek met de leden. Dat zal gebeuren in zeven regionale bijeenkomsten. Ook voor de positieve beÔnvloeding van het imago zijn op korte termijn concrete plannen te verwachten.

Huisarts heeft diverse mogelijkheden voor vrijkomend kapitaal uit Goodwillfonds.