Gemeente Haarlem


Geachte redactie

Vanuit het land zijn veel vragen over de uitvaart van de drie omgekomen brandweermensen.
Vanuit de wens van de familieleden kunnen wij u het volgende mededelen.


Data en tijden

Vrijdag 28 maart zal de uitvaart van Renz Knipper plaatsvinden.
De kerkplechtigheid vindt plaats in de Grote Kerk aan de Grote Markt in Haarlem. De dienst begint om 11.30 uur. De teraarde bestelling zal om 14.00 uur plaatsvinden op de Algemene Begraafplaats aan de Bergweg in Bloemendaal.

Zaterdag 29 maart zal de uitvaart van Douwe van Kooten plaatsvinden.
De kerkplechtigheid vindt plaats in de Grote Kerk aan de Grote Markt in Haarlem. De dienst begint om 11.30 uur. De teraarde bestelling zal om 13.30 uur plaatsvinden op de Algemene Begraafplaats aan de Vergierdeweg te Haarlem.

Zaterdag 29 maart zal de uitvaart van Ben Hannenberg plaatsvinden.
De kerkplechtigheid vindt plaats in de Adelbertuskerk aan de Rijksstraatweg in Haarlem. De dienst begint om 14.00 uur. De teraarde bestelling zal om 15.30 uur plaatsvinden op de RK Begraafplaats St. Jozef aan de Vergierdeweg te Haarlem.


Regels voor de media

Gelet op de wensen van de familie worden de volgende spelregels gehanteerd.
In de beide kerken mag niet worden gefilmd, gefotografeerd of geluidsopnamen worden gemaakt. Deze zelfde regels gelden op de onderscheidende begraafplaatsen. Op de locaties zullen voorlichters aanwezig zijn. Gelet op de plechtigheden zullen zij slechts herkenbaar zijn aan een naambordje.

Buiten bij de verschillende locaties is er sprake van 'vrije' nieuwsgaring. Het verzoek is echter wel rekening te houden met de emoties van de aanwezigen en de nodige piëteit in acht te nemen. Het aanspreken van mensen wordt niet gewaardeerd.


Rij routes rouwstoet

Op vrijdag 28 maart zal de rouwstoet de volgende route rijden.
Vanaf de kerk aan de Grote Markt naar de:
Jansstraat - Jansweg - Parklaan - Kinderhuisvest - Zijlweg - Westelijke Randweg - Kleverlaan - Korte Kleverlaan - Mollaan - Brederodelaan - Bergweg.

Op zaterdag 29 maart rijdt de rouwstoet van Douwe van Kooten vanaf de kerk aan de Grote Markt naar de: Jansstraat - Jansweg - Prinsen Bolwerk - Oudeweg - Waarderweg - Industrieweg - Spaarndamseweg - Vondelweg - Vergierdeweg.

De stoet van Ben Hannenberg rijdt vanaf de Adelbertuskerk als volgt:
Zaanenstraat - Spaarndamseweg - Vondelweg - Vergierdeweg.


Advies aan het publiek

Gelet op de verwachte belangstelling adviseert de brandweer mensen uit Haarlem en omgeving vooral gebruik te maken van de fiets en openbaar vervoer. Rondom de kerken en de begrafenisplaatsen in Haarlem is een zeer beperkte parkeergelegenheid.


Brandweerzorg

Het verzorgingsgebied van de brandweer Haarlem wordt vanaf donderdagmorgen 27 maart vanaf 08.00 uur tot zondagmorgen 08.00 uur waargenomen door de brandweerkorpsen Zaanstreek Waterland en Amsterdam. Zij zullen de brandweerkazernes aan de Zijlweg en de Floris Adrichemlaan bemensen.

Protocol rondom de begrafenis.
Bijgaand treft u het protocol aan zoals dit tijdens de verschillende uitvaarten zal worden gehanteerd. U krijgt dit protocol ter informatie, opdat u in staat bent hierover verslag te doen. Het is niet bedoeld voor publicatie!

Lisa Dempsey
Voorlichtster brandweer Haarlem
Tel 023 - 5159763
Kees Jongh
Begrafenis bijstands team


---- --

Draaiboek Begrafenissen met korpseer

1. Inleiding 2
2. Het ondersteuningsteam 3
2.1. Taken leden ondersteuningsteam 4
2.2. Samenwerking tussen het korps en het ondersteuningsteam 5
3. Alarmering, organisatie en inzet team 6
4. Afronding 6
5. Nazorg, evaluatie en continuïteit 6


BIJLAGEN





Bijlage 1 checklist begrafenisofficier


Bijlage 2 Uitwerkingaandachtspunten en taken ondersteuningsteam


Bijlage 3 Ceremonieel in verband met overlijden

Bijlage 4 Vlaggenprotocol
Bijlage 5 Gedragsregels
Bijlage 6 Uitgaanstenue






1. Inleiding

Ook in de afgelopen jaren is het voorgekomen dat brandweermensen tijdens de uitvoering van hun taken om het leven komen. Het werken bij de brandweer is immers werk met een risico. Dat maakt het overlijden van een brandweerman of -vrouw niet minder dramatisch en verdrietig.
Zeker bij het overlijden tijdens de uitoefening van het werk wordt vaak door de nabestaanden gekozen voor een begrafenis of crematie met korpseer.
Dit draaiboek vindt zijn oorsprong in de behoefte om deze emotionele gebeurtenis op een goede en passende wijze te laten plaatsvinden. In de eerste plaats wordt de begrafenis of crematie georganiseerd voor de direct nabestaanden. De ervaring leert dat er bij dergelijke plechtigheden sprake is van een grote belangstelling van de media, de brandweer en burgers.
Daarnaast is het van belang om ook aandacht te besteden aan de situatie van de directe collega's en de organisatie(s) waar de overledene werkzaam was.
Dit draaiboek wil voorzien in een overzichtelijke weergave van activiteiten, een ondersteuningsteam en voorstellen voor samenwerking en organisatie. Een draaiboek is van belang omdat de impact van het overlijden van een collega groot is en alles wat geregeld moet worden gelukkig geen routine is.
Het genoemde ondersteuningsteam is in opdracht van de commandant dienend voor de familie.
Het draaiboek is modulair qua opbouw. Er zijn "modules" beschreven over de nazorg, onderzoek en de media. Afhankelijk van de situatie kunnen 1 of meerdere modules van toepassing zijn.

Uitgangspunten

Bij het opstellen van dit draaiboek is een aantal uitgangspunten gehanteerd:
+ er is een landelijk ondersteuningsteam, wat direct gealarmeerd kan worden.
+ het team kent een formele status i.v.m. de positie van de leden van het team;
+ één of twee leden van het team gaan direct ter plaatste, oriënteren zich en zorgen ervoor dat zij gemachtigd worden door de commandant om in opdracht van hem de af te spreken zaken te regelen. Tevens regelen zij de bestuurlijke afdekking;
het team organiseert de plechtigheden in eerste plaats voor de direct nabestaanden;
+ het team met aanvulling komt zo snel mogelijk bij elkaar;

Aanbod van het ondersteuningsteam

Het ondersteuningsteam kan de volgende 'modules' regelen:
+ Organisatie begrafenis/crematie
+ Communicatie
+ Onderzoeksbegeleiding
+ Logistiek
+ Opvang en nazorg
+ Secretariële ondersteuning















2. Het ondersteuningsteam

Het ondersteuningsteam heeft een werkwijze ontwikkeld, gebaseerd op verschillende praktijkervaringen. Dit draaiboek gaat met name over de organisatie van crematie/ begrafenis met korpseer.Kernwoorden bij een dergelijke plechtigheid zijn sober, perfect en respectvol. Dit zijn voor het ondersteuningsteam essentiële uitgangspunten.

Er kunnen vier categorieën onderscheiden worden:
+ het dragen van alleen het uniform door het eigen korps bij een begrafenis/crematie;
+ het afvaardigen van een deputatie, samengesteld door de commandant, bij een begrafenis of een crematie;
+ het begeleiden van de kist naar de laatste rustplaats;
+ het begraven/cremeren van een omgekomen collega in en door de dienst.

Dit draaiboek/de checklist gaat met name over de laatste categorie.

Naast de in dit draaiboek te noemen leden van het ondersteuningsteam zijn aanvullend mensen nodig, die specialist zijn op het gebied van:
- politie taken (contact met regiokorps)
- gemeentelijke taken (contacten met kabinet Burgemeester)
- inkoop
Deze mensen dienen bij voorkeur uit de betreffende gemeente of regio te komen

In dit hoofdstuk worden de taken van de verschillende leden van het ondersteuningsteam beschreven. Meer gedetailleerde informatie is opgenomen in de bijlage.

Organigram


Bovenstaand organigram geeft de organisatie van het ondersteuningsteam weer
Afhankelijk van de grootte en de complexiteit van het incident wordt bekeken hoeveel ondersteunende officieren noodzakelijk zijn om de modules en werkzaamheden te regelen. In alle situaties is er minimaal sprake van een inzet van twee mensen: een binnencoördinator en een begrafenisofficier.

2.1 Taken leden ondersteuningsteam

Begrafenisofficier

Algemene doelstelling
Deze functionaris is de leider van het ondersteuningsteam en de eindverantwoordelijke voor het resultaat. De officier is de contactpersoon voor de commandant en de burgemeester.
De leden van het ondersteuningsteam werken onder zijn verantwoordelijkheid.

Globale taakomschrijving
De begrafenisofficier legt het eerste contact met de commandant en de burgemeester. Nadat de ondersteuning formeel is bevestigd, wordt de rest van het team 'ingevlogen'. De activiteiten van deze teamleden worden verder gecoördineerd door de plaatsvervangend begrafenisofficier.
De begrafenisofficier legt het eerste contact met de familie, inventariseert en informeert omtrent de begrafenis/crematie met korpseer. Zodra de wensen van de familie en de mogelijkheden van tijdstip en locatie bekend zijn, worden de taken binnen het team verdeeld.


Plaatsvervangend begrafenisofficier


Algemene doelstelling
Tijdens de inzet is deze functionaris verantwoordelijk voor het coördineren en de continuïteit van de werkzaamheden van de teamleden en de samenwerking tussen het ondersteuningsteam en het korps.
Op initiatief van de begrafenisofficier kunnen taken naar de plaatsvervanger gedelegeerd worden.

Globale taakomschrijving
De plv begrafenisofficier is de spil in de contacten met andere hulpverleningsdiensten en de gemeente. De functionaris is verantwoordelijk voor een optimale informatievoorziening binne het team, het korps en tussen de verschillende betrokken groepen cq personen.


Communicatieadviseur


Algemene doelstelling
Regelt informatievoorziening intern en extern.

Globale taakomschrijving
Onderhouden van contacten met alle betrokkenen, zowel intern als extern. De functionaris regelt contacten tussen de pers en de organisatie. Ook na de afronding van de plechtigheden blijft deze functionaris aanspreekpunt voor derden.

Taken secretariaat

Algemene doelstelling
De ondersteuning op secretarieel gebied is een gecombineerde inzet van het korps en ondersteuningsteam.

Globale taakomschrijving
Zorgdragen voor de verslaglegging en coördineren inhoud logboek. Het regelen van kantoor- en verblijffaciliteiten.

Taken officier logistiek

Algemene doelstelling
Het op logistieke en vervoerstechnisch gebied regelingen treffen rondom de crematie of begrafenis.

Globale taakomschrijving
Het regelen van vervoer in de ruimste zin. Het onderhouden van contacten met de politie en het opzetten van een transportplan voor de specifieke crematie/begrafenis


Taken Officier onderzoek en begeleiding


Algemene doelstelling
Het afstemmen en begeleiden van interne en externe onderzoeken.

Globale taakomschrijving
Advisering aan de commandant over de aanpak van de onderzoeken en het omgaan met de instanties die onderzoeken willen uitvoeren. Het opzetten van een systeem ter ondersteuning van de onderzoeken zoals het toegankelijk maken en houden van gegevens.

Taken Coordinator opvang en nazorg

Algemen doelstelling
Adviseert de begrafenisofficier en/of de commandant op het terrein van opvang en nazorg. Coordineert alle activiteiten op het gebied van opvang en nazorg

Globale taakomschrijving
Geeft voorlichting, informatie en begeleiding ten aanzien van nazorg, regelt de nazorg op langere termijn. Organiseren van bijeenkosmt ter verwerking, ook in relatie tot de andere hulpdiensten.
Regelt en/of geeft psychologische ondersteuning voor de opvangers van getroffen familie en BOT-team.

Taken Officier Politie

Aan het team dient een politie-officier van het betreffende regiokorps toegevoegd te worden. Deze heeft in ieder geval de volgende taken:
+ stelt de route vast tussen plaats religieuze plechtigheid en begraafplaats/crematorium
+ regelt een commando-orgaan, motorescorte en personeel voor de afzetting
+ regelt parkeerterreinen (evt. met gemeentelijke diensten)
+ stelt tijdelijke verkeersmaatregelen in
+ stemt de activiteiten af met transportofficier.

2.2. Samenwerking tussen het korps en het ondersteuningsteam

Taken korps
In de situatie dat een of meerdere medewerkers van een korps overlijden tijdens een inzet is het van belang de commandant vrij te stellen van de reguliere werkzaamheden. Op deze wijze kan hij ondersteuning bieden aan en contact houden met familie en bestuur. Daarnaast is het belangrijk om als boegbeeld te functioneren.
De interne bevoegdheden worden tijdelijk overgedragen aan de korpscoordinator. Deze wordt het aanspreekpunt voor de korps, draagt zorg van de continuditeit in de dienstverlening en tijdige aflossing.

Het verdient aanbeveling dat het korps de volgende aanvullingen regelt:
- beschikbaarstellen van ondersteuning, fysieke werkruimten en apparatuur
- interne organisatie regelen
- regelen van informatievoorziening aan organisatie
- in samenwerking en overleg met het ondersteuningsteam regelen van de plechtigheden
- realiseren optimale dekking verzorgingsgebied.

Zie voor verdere uitwerking bijlage.

3. Alarmering, organisatie en inzet team

Het ondersteuningsteam werkt volgens de volgende fasering:
+ alarmering
+ inzet en organisatie
+ afronding en overdracht
+ nazorg

Alarmeringsregeling
Een commandant, die gebruik wil maken van het bijstandsteam neemt contact op met de alarmcentrale van de regionale brandweer IJssel en Vecht te Zwolle (tel. 038-4982518) en doet het verzoek om bijstand. Ter verificatie geeft de commandant zijn naam door en het telefoonnummer waar hij bereikbaar is. De alarmcentrale te Zwolle belt terug en geeft aan dat de begrafenisofficier op zeer korte termijn contact opneemt.

De alarmcentrale Zwolle alarmeert, na de verificatie, één van de begrafenisofficieren en geeft de verkregen informatie door. Daarna belt de begrafenisofficier met de commandant en spreekt een ontmoetingsplek en- tijdstip af.
De alarmcentrale waarschuwt de andere teamleden met het verzoek zich beschikbaar te houden. Daarna geeft de alarmcentrale aan de begrafenisofficier door welke teamleden beschikbaar zijn.

4. Afronding

Na de crematie/begrafenis vindt afronding van het werk van het ondersteuningsteam plaats. Werkzaamheden moeten nu gericht zijn op herstel, en terugkeer naar het normale. De inzet wordt afgerond met de volgende acties:
+ overdragen activiteiten.
Logboek, financiele verplichtingen, gestarte onderzoeksbegeleiding, enzovoorts. In overleg met het korps wordt gezocht naar geschikte ondersteuning, bij voorkeur vanuit de regio.
+ afscheid nemen van het korps
+ intern teamafscheid door middel van een aparte bijeenkomst.

5. Nazorg, evaluatie en continuiteit

Een maand na de afronding komt het team bij elkaar. Tijdens deze bijeenkomst staat het volgende op de agenda
- napraten in het kader van het eigen verwerkingsproces en nazorg teamleden
- evaluatie, gevolgd door mogelijke bijstelling van checklisten, protocol, werkmethoven en samenwerking.
- Raportage richting korps, BZK en NVBK en CCRB.

De ingezette teamleden zijn altijd benaderbaar voor vragen en nadere toelichting tijdens herstelfase van korps.
Het team komt minimaal één keer per jaar bij elkaar voor bijscholing, instructie nieuwe leden, bijpraten etc..


BIJLAGE 1


| |
|CHECKLIST (PLAATSVERVANGEND) BEGRAFENISOFFICIER |
|ACTIE| |OPMERKINGEN |
|1. BESPREKEN MET COMMANDANT/BURGEMEESTER | |
|O |Mandaat Burgemeester | |
|O |Opdracht begrafenis/crematie | |
|O |Overname activiteiten | |
|O |Wijze van organisatie | |
| |begrafenis/crematie | |
|O |Starten opvang en nazorg | |
|O |Korpsbijeenkomst s'avonds | |
|O |Familibegeleider | |
|O |Liaison politie | |
|O |Voorlichter | |
|O |Huishoudelijke ploeg formeren | |
|O |Transport ploeg formeren | |
|O |Ceremoniele ploeg formeren | |
|O |Logies/vervoer externen | |
|O |Externe catering | |
|O |Afgescheiden ruimte(n) voor | |
| |ondersteuningsteam | |
|O |Tijdstip bezoeken familie | |
|O |Onderzoeksopzet/begeleiding | |
| | | |
|2. BESPREKEN MET BEGRAFENISONDERNEMER | |
| |Overname polissen familie ivm treden in | |
| |de rechten van de familie | |
|3. ORGANISATIE TEAM | |
|O |Teambijeenkomst organiseren | |
| |( aanwezig zijn plv begrafenisofficier, | |
| |liaison politie, voorlichter, hoofd | |
| |huishoudelijke dienst, liaison | |
| |onderzoeker, begeleider opvang en nazorg,| |
| |officier logisitiek) | |
|O |Voorstelronde | |
|O |Sitrap | |
|O |Acties uitzetten | |
|O |Bereikbaarheid | |
|O |Nazorg korps/direct betrokkenen | |
|O |Afspraak volgende bijeenkomst | |
|4. BEZOEK FAMILIE | |
|O |Overnemen rechten en plichten | |
|O |Groot protocol/uitleggen, wijzen op | |
| |indrukwekkendheid, vertrouwen opbouwen | |
|O |Vertellen aandacht pers, foto | |
|O |Vertellen mogelijkheid officieel | |
| |onderzoek politie | |
|O |Keuze geven in dodewake, bloemen | |
|O |Duidelijk maken dat het geen circus is en| |
| |vast protocol | |
|O |(Gedwongen) keuze begrafenisdag | |







BIJLAGE 2 UITWERKING AANDACHTSPUNTEN EN TAKEN ONDERSTEUNINGSTEAM






Algemene aandachtspunten voor het team


- Houdt rekening met wet openbaarheid bestuur. Na schriftelijk verzoek pers is actie vereist. Koppel in ieder geval terug naar driehoek. Mogelijkheden om tbv justitieel onderzoek AC-banden in beslag te laten nemen.
- Maak afspraken over bezoek incidentterrein door pers; hoogwaardigheidsbekleders,; bewoners; professioneel ramptoerisme
- Voorkom een eigen onderzoek naar de ongevalsoorzaak door het korps. Dit werkt verstorend op de gang van zaken, en levert over het algemeen niet de juiste (aanvaarde) oorzaak op. Informeel debriefen is natuurlijk wel toegestaan.
- In contacten met pers en derden, voorkom speculaties over ongevalsonderzoek. Doe geen specifieke mededelingen over de inzet door het korps en de overwegingen van de bevelvoerder(s). Algemeenheden kunnen wel bekend worden gemaakt.
- De namen van de slachtoffers worden officieel bekend gemaakt op een persconferentie door de cdt of de burgemeester, nadat de identificatie voltooid is en de familie is geinformeerd.
- Inkoop is een moeilijk punt. Regel zo veel als mogelijk op papier. Check rekeningen na afloop. Houdt rekening met hoge kosten voor busvervoer, tenthuur, bloemen, advertenties, uniformen, catering, foto / video, geluid,


Taken begrafenisofficier


De begrafenisofficier zorgt voor witte handschoenen en maximaal twee brandweervlaggen. Verder neemt hij het draaiboek, een protocolvoorschrift en een uniformvoorschrift mee.
Daarna wordt contact opgenomen met de begrafenisondernemer (vergt diplomatie en rekening houden met de controverse en "zakelijkheid" in de uitvaartwereld). De begrafenisofficier:
+ regisseert de begrafenis of crematie;
+ ziet toe op naleving van protocol;
+ organiseert één of meer kisten met onderstellen om te oefenen (te leveren door begrafenisondernemer(s))
+ organiseert de oefeningen met kist en vlag.
+ contact met de uitvaartleider);
+ spreekt met de protocolploeg af wanneer zij voor de eerste keer samenkomen
+ bij eerste samenkomst wijzen op:
- belastend werk;
- eigen emoties;
- emoties omstanders.
+ traint de protocolploeg (is vrijgesteld), deelt de protocolploeg in en neemt alles door wat zij moeten doen en wat zij kunnen verwachten (zie bijlage A)
+ regelt de religieuze plechtigheden met de pastor/dominee of rabbi;
+ regelt een stoelenplan (voor de familie, de protocolploeg en een deputatie van het korps);
+ stemt filmen in de kerk/moskee af;
+ regelt de strakke toegang tot de kerk/moskee/crematorium;
regelt de begeleiding van de VIP's
grijpt direct in bij onverwachte complicaties
ondersteunt de grafwacht
sluit het graf
bedankt de familie
geeft de opdracht terug aan de commandant en meldt zich af
Taken plaatsvervangend begrafenisofficier

+ contact houden met de liaisons politie en gemeente
+ organiseren teambriefings
+ toezien op voortgang, maken en naleven van afspraken
+ taakverdeling binnen het team en de inzet van middelen regelen
+ organisatie korpsinformatiebijeenkomst
+ ziet toe op verslaglegging
+ stuurt secretariele ondersteuning op proces aan
+ coordineert inkoop
+ controleert de checklisten
+ regelt overdracht
+ organiseert de nazorg in overleg met de Coördinator Opvang en Nazorg;


Taken communicatie-adviseur


+ coördineert rouwadvertentie kranten
+ stemt de toespraken af
+ informeert brandweer Nederland
+ informeert het "gezag" (BZK, Provincie, regio)
+ organiseert persconferenties (niet onderschatten en achtergrond feiten hebben)
+ is het vaste aanspreekpunt voor externen (ook nà de begrafenis)
+ onderhoudt intensief contact met de pers
+ informeert mensen over de gang van zaken/begeleiden gasten
+ regelt de bedankbrieven
+ regelt het condoléance register
+ regelt de foto/filmopnamen

Taken secretariaat

De volgende taken moeten in ieder geval worden geregeld:
+ verslaglegging bijeenkomsten
+ bijhouden (mobiele) telefoonlijst
+ logboek en logvoorschriften organiseren
+ archivering
+ plannen afspraken bijeenkomsten
+ regelen werkplekken en gespreksruimtes
+ beschikbaar stellen van PC's
+ contactpunt receptionisten (telefoon, fax, e-mail, etc.)
+ logies bijstandsteam
+ belast met het openbaar vlagvertoon
+ legt contacten met begrafenisofficier


Officier Logistiek


+ regelt bussen voor vervoer naar begraafplaats/crematorium;
(Bepalend is de geografische afstand. Is de begraafplaats/crematorium niet op loopafstand van de plaats van religieuze handeling verwijderd, dan moeten bussen ingezet worden)
+ regelt pendeldienst als parkeerterrein ver weg ligt
+ legt financiële afspraken vast
+ stemt af met de politie-officier voor wat betreft de bewegwijzering, parkeergelegenheid, wegafzetting en escorte
maakt een transportplan voor de plechtigheid zELF

Op de dag van de plechtigheid houdt hij alleen het routesysteem in gang, daarnaast is een
tweekoppig ondersteuningsteam actief op de kazerne om bij te springen, mensen op te vangen, door
te verwijzen, enzovoorts
Opmerking:
De eerste dag moeten er 15-20 bussen geregeld worden. Dit is mede afhankelijk van de tijd tussen overlijden en begrafenis/crematie en de dag van de plechtigheid zèlf.


Taken officier onderzoek en begeleiding


+ introduceert zich in het korps en legt zijn taak uit;
+ controleert welke instanties eventueel een onderzoek willen instellen en adviseert de commandant eventueel aanvullende instanties te waarschuwen ;
+ tracht deze onderzoeken op elkaar af te stemmen en te begeleiden (zie bijlage F);
+ probeert de onderzoeken zo te begeleiden/organiseren dat de (emotionele) belasting van de getuigen minimaal is (o.a. door aantal interviews te beperken);
+ bereidt samen met begeleider opvang en nazorg de getuigen voor op verhoor;
+ woont interviews/getuigenverklaringen bij;
+ rapporteert over gang van zaken onderzoek aan de commandant;


Taken coordinator opvang en nazorg


+ schat tijdens de inzet van het team de emotionele situatie van de korpsleden in;
+ geeft op basis van die informatie advies aan de begrafenisofficier;
+ is tot en met de begrafenis/crematie aanwezig en beschikbaar voor het korps om op verzoek van betrokkenen of leiding gesprekken te voeren met de mensen;
+ rapporteert dagelijks aan de begrafenisofficier;
+ doet de groepsopvang van de getroffen ploeg(en);
+ voorbereiding van directe collega's, bevelvoerder en OvD op verhoor door de politie. Dit gaat in samenspraak met de onderzoeksbegeleider ;
+ geeft voorlichting over de te verwachten reacties en normalisering van deze reacties;
+ regelt voldoende deskundige mensen voor psychologische ondersteuning;
+ geeft supervisie en ondersteuning aan het bedrijfsopvangteam (indien aanwezig);
+ koppelt 1 à 2 opvangers (collega's) aan de getroffen familie;
+ onderhoudt contact en geeft psychologische ondersteuning aan de opvangers;
+ onderhoudt contact en geeft ondersteuning aan de commandant;
+ overlegt met de bedrijfsarts en hulpverleners;
+ maakt een plan voor nazorg personeel en regelt de overdracht aan de lokale hulpverlening;
+ plant en begeleidt een bijeenkomst voor de partners van de korpsleden;
+ is op de dag van de plechtigheid belast met het regelen van de nazorg;
+ onderhoudt op de dag van de plechtigheid contact met de eerste hulp/medische post
+ draagt zorg voor de verslaglegging over opvang en nazorg;
+ overlegt met de commandant van de overige bij de inzet betrokken korpsen, over de noodzaak voor opvang en nazorg;
+ zorgt voor de folders "niemand is van steen" (BZK, 1993) of vergelijkbare informatie;

Voor de opvangprotocollen wordt verwezen naar het boekje van BZK "nazorg brandweerpersoneel (1993)"


Taken brandweerkorps


+ aanwijzen familiebegeleider(s)
+ beschikbaarstellen voorlichter, al dan niet van de gemeente
+ organiseren interne taakverdeling en aansturing
+ organisatie BOT (voor zover aanwezig)
+ aanwijzen kistdragers
+ aanwijzen overig ondersteunend personeel
+ bijdragen in secretariële ondersteuning
+ beschikbaar stellen van werkplekken, PC's, gespreksruimtes, enz.
+ ondersteuning bij het organiseren condoleance-register, krantenknipsels, verzamelen brieven, faxen, boeken met showmappen, opbergen post in boeken enzovoorts;
+ ontvangst begeleiding bezoekers en familieleden
+ dekking verzorgingsgebied regelen
+ regelen eigen briefings / infobijeenkomsten
+ bijdragen aan korpsinformatie-avonden
+ introduceren ondersteuningsteam
+ inrichten ontmoetingsruimte in de kazerne met professionele geluidinstallatie en catering ondersteuning bij het regelen herdenkingsdienst (Indien gewenst)
+ ondersteuning van de sectie Logistiek
+ regelen uniformkleding
+ dienstvervoer regelen
+ oefenruimte maken
+ eventueel een vlaggenmast bij kazerne plaatsen


BIJLAGE 3 Ceremonieel in verband met overlijden


In dit ceremonieel dient in het geval van een crematie voor 'begrafenis' 'crematie' gelezen te worden, behalve bij het kopje "plechtigheden bij de begraafplaats"

Het brandweerceremonieel is als volgt ingedeeld.

- begrafenissen met korpseer (korps /regio identiek)
- begrafenissen met beperkt ceremonieel
- openbaar vlagvertoon
- ceremonieel voor geüniformeerde deputaties
- ceremonieel voor individuele geüniformeerde(n)

Welk ceremonieel van toepassing is wordt bepaald door de commandant van de organisatie waartoe de overledene behoorde, na noodzakelijk overleg met de familie en het bevoegd gezag.

Een begrafenis met korpseer kan plaatsvinden voor in actieve dienst zijnde, geüniformeerde brandweerfunctionarissen . Een begrafenis met beperkt ceremonieel kan plaatsvinden voor niet meer in actieve dienst zijnde geüniformeerde brandweerfunctionarissen of anderen als daar door de commandant toe wordt besloten. Openbaar vlagvertoon kan ook plaatsvinden bij het overlijden van andere dan de hierboven genoemde functionarissen/ personen. Het vertoon vindt plaats op aanwijzing van de commandant en/ of indien daarvoor een Rijksregeling van kracht is (zie bijlage B)

Onderdeel van het ceremonieel vormen:
1. de burgemeester
2. de commandant (van het korps c.q de regionaal commandant van de overledene)
3. de begrafenisofficier
4. de dodenwacht
5. de draagploeg
6. de kransdragers
7. de vlaggenwacht
8. de commandant van de grafwacht en ingedeeld personeel
9. ingedeeld politiepersoneel
10. de familieleden
11. de genodigden
12. ingedeeld personeel van de begrafenisondernemer
13. kerkelijke/ religieuze ambtsdragers

Voor begrafenissen met korpseer zijn de onderdelen 1-13 van toepassing.
Voor begrafenissen met beperkt ceremonieel zijn aangewezen/ overeengekomen onderdelen van toepassing.
Voor geüniformeerde deputaties of geüniformeerde functionarissen zijn de onderdelen 2 en 11 van toepassing

1.
Na het overlijden van een brandweerfunctionaris wordt de brandweervlag in top gehesen, waarna hij tot de helft wordt gestreken en wel (nadat zekerheid bestaat dat de direct nabestaanden op de hoogte zijn van het overlijden): vanaf de eerste werkdag nadat het overlijden heeft plaatsgevonden tot en met de dag van de begrafenis. De vlag wordt een uur na zonsopgang gehesen en een uur voor zonsondergang gestreken (zie bijlage B).

2.
Er kan worden besloten tot het betrekken van een dodenwacht
De dodenwacht wordt betrokken gedurende de periode die aangekondigd is dat afscheid genomen kan worden in een rouwcentrum of een andere locatie die daarvoor is aangewezen

3.
Een commandant en vier brandweermensen vormen de dodenwacht.

4.
Ingedeelden bij de dodenwacht dragen de uitgaanstenue met witte handschoenen . Zij betrekken de wacht blootshoofds.

5.
De dodenwacht wordt betrokken rechts en links van het hoofdeinde en rechts en links van het voeteneinde met het front naar het voeteneinde. De wachten hebben hun posities ingenomen voordat de ruimte geopend wordt voor afscheidnemers. Nadat de posities zijn ingenomen wordt door de commandant het commando "op de plaats rust" gegeven (zie tekening).

6.
De commandant kiest een zodanige positie dat een goed zicht op de dodenwacht verzekerd is. Hij draagt zorg voor een tijdige aflossing.

7.
De aflossing geschiedt, op aanwijzing van de commandant, als volgt:
- de dodenwacht neemt de houding aan;
- de nieuwe wacht neemt de positie in, achter de af te lossen wacht
- de nieuwe wacht neemt de houding aan;
- de af te lossen wacht treedt weg van de ingenomen positie
- de nieuwe wacht neemt de positie in van de afgeloste wacht
- de nieuwe wacht gaat "op de plaats rust" staan
Het geven van commando's blijft achterwege

8.
Voordat het stoffelijk overschot uit het vertrek wordt gedragen stellen alle bij de dodenwacht ingedeelde functionarissen zich bij de uitgang van dat vertrek op in twee tegenover elkaar staande linies met het front naar elkaar . Op het commando "geeft acht" van de commandant wordt de houding aangenomen. Nadat het stoffelijk overschot is uitgedragen wordt de dodenwacht ontbonden.

9.
Alle commando's worden op gedempte toon gegeven


Begrafenis of crematie met brandweerceremonieel.


Bevelvoering

De begrafenisofficier is belast met de algehele leiding.

Ingedeelde brandweereenheden


Bij het ceremonieel zijn de volgende brandweereenheden betrokken:


+ De begrafenisofficier;
+ De krans- en bloemendragers (aantal nader te bepalen);
+ De draagploeg bestaande uit de commandant, acht dragers, één opsluiter;
+ Een erehaag


Niet ingedeelde geuniformeerden

De niet ingedeelde geuniformeerden dienen de aanwijzingen te volgen van de begrafenisofficier.

Tenue

De geuniformeerden dragen het uitgaanstenue met pet, zonder handschoenen. Binnen wordt géén pet gedragen. De pet wordt tijdens het in- en uitgaan van de kerk onder de linker arm met de klep naar voren gedragen.
Buiten dient te allen tijde een pet gedragen te worden.

Het afvlaggen van de lijkkist


De lijkkist wordt gedekt met de brandweervlag (zie bijlage)

Op de kist wordt geplaatst:

A de pet van het uitgaanstenue van overledene;
B de op een zwart of paars kussen gespelde versierselen van ridderorden en verdere eretekenen, welke de overledene gerechtigd was te dragen;
C bloemen van directe nabestaanden.

Samenstelling van de stoet

De volgorde van de stoet:
a een politie-escorte
b de bloemen(dragers of wagens)
c. de draagploeg met de kist
d. de familieleden
e. de commandant en autoriteiten
f overigen
g. een politie-escorte

De kerkelijke plechtigheden

De ceremonie begint op het moment dat de begrafenisofficier het stoffelijke overschot ophaalt van de plaats, waar de overledene is opgebaard.

Bij de kerk staat de draagploeg opgesteld. De bloemen zijn in de kerkzaal geschikt.
Familie en overigen bevinden zich dan al in de kerkzaal. Bij het in zicht zijn van de lijkwagen wordt door alle geuniformeerden de houding aangenomen,
De draagploeg haalt de kist uit de lijkwagen en brengt de kist op de schouders. Daarna draagt zij de kist in "langzame pas" de kerk in. Alle aanwezige geuniformeerden buiten de kerk beëindigen de houding nadat de lijkkist de kerk is binnengedragen.
In de kerk wordt een erehaag gevormd door geuniformeerden, die op de hoeken van de banken van het middenpad staan opgesteld (zie tekening). Bij het binnendragen van de kist wordt front naar het middenpad gemaakt, waarna de houding wordt aangenomen.
De kist wordt met de voeten in de looprichting meegedragen.

Op teken van de begrafenisofficier dragen de bloemendragers de bloemen de kerk uit. De geuniformeerden op de hoeken van de banken vormen weer een erehaag, maken front naar het middenpad en nemen de houding aan. Daarna neemt de draagploeg de positie in, neemt de kist weer op de schouders en draagt deze in "langzame pas" de kerk uit (met de voeten in de looprichting). De familie sluit direct achter de kist aan. Hierna volgen de autoriteiten.
Op het moment dat de kist de kerk wordt uitgedragen, nemen de buiten aanwezige geuniformeerden de houding aan. Deze wordt beeindigd na het vertrek van de volgwagens van familie en genodigden.
De verplaatsing van de stoet begint op aanwijzing van de begrafenisofficier.

Plechtigheden op de begraafplaats

Bij de begraafplaats aangekomen houdt de stoet halt en worden de bloemendragers geformeerd, die de kist voorafgaan. Het geheel verplaatst zich in langzame pas naar een door de begrafenisofficier aangegeven punt, waar een ieder halt houdt. Op aanwijzing van de begrafenisofficier worden de bloemen rondom het graf geschikt, waarna de draagploeg de kist boven het graf plaatst. De kist wordt achterwaarts op het graf gebracht. De dragers nemen de positie in aan beide zijden van het graf. Zij worden op dat moment voorzien van hun pet. De commandant staat bij het hoofdeinde van de kist of als dat niet mogelijk is aan de rechterzijde van het graf. (zie tekening)
Nadat het graf in gereedheid is gebracht nodigt de begrafenisofficier de familieleden en overigen aanwezigen uit, zich te verzamelen bij het graf.

Nadat de eventuele kerkelijke plechtigheden bij het graf hebben plaatsgevonden, kan door of namens de familie worden bedankt. Vervolgens wordt door de aanwezigen afscheid genomen. Geuniformeerden doen dat door halt en front te maken voor het graf, de houding aan te nemen en de groet te brengen. Daarna treedt men weg.

Nadat familie en genodigden de begraafplaats hebben verlaten, wordt onder leiding van de begrafenisofficier het graf gesloten. Daartoe worden de op de kist aanwezige pet, versierselen en eventuele bloemen van de vlag genomen. De vlag wordt daarna opgevouwen, waarna de kist neergelaten. De wacht brengt daarna de laatste groet en treedt weg.
De begrafenisofficier brengt daarna tezamen met de draagploeg de vlag, pet en versierselen bij de partner van de overledene.

Plechtigheden bij het crematorium

Als er voorafgaand aan de crematie geen kerkelijke plechtigheid plaatsvindt, wordt de kist voor aanvang van de plechtigheden in het crematorium geplaatst en de dodenwacht betrokken. Daarna nodigt de begrafenisofficier de familie en overige genodigden uit plaats te nemen op de voor hen bestemde plaatsen.

Als er wèl een kerkelijke plechtigheid wordt gehouden, is de handelwijze als volgt:
Bij het crematorium aangekomen houdt de stoet halt en worden de bloemendragers geformeerd, die de bloemen in het crematorium brengen. Op aanwijzing van de begrafenisofficier worden de bloemen rondom de kist geschikt. De lijkwagen met draagploeg verplaatst zich in langzame pas naar een door de begrafenisofficier aangegeven punt, waar een ieder halt houdt. Er wordt een dodenwacht betrokken naast de kist. Hierna nodigt de begrafenisofficier de familieleden en overigen aanwezigen uit, zich te verzamelen in de zaal waar de kist staat.
Nadat de eventuele kerkelijke plechtigheden hebben plaatsgevonden, kan door of namens de familie worden bedankt.

Als de kist blijft staan, wordt door de aanwezigen afscheid genomen. Geuniformeerden doen dat door bij het naderen van de kist de pet op te zetten, halt en front te maken voor de kist en de laatste groet te brengen. Daarna treedt men weg.

Nadat familie en genodigden de zaal hebben verlaten, worden onder leiding van de begrafenisofficier, de op de kist aanwezige pet, versierselen en eventuele bloemen van de vlag genomen. De vlag wordt daarna opgevouwen. De wacht brengt daarna de laatste groet en treedt weg.
De begrafenisofficier brengt daarna tezamen met de draagploeg de vlag, pet en versierselen bij de partner van de overledene.

Als de kist eerst aan het oog wordt onttrokken, voordat de familie en overigen de zaal hebben verlaten, nemen de geuniformeerden na de toespraken de houding aan tot het moment dat de kist volledig aan het oog is onttrokken.



BIJLAGE 4 Vlaggenprotocol


(over te nemen uit Rijksvoorschrift)


bijlage 5 Gedragsregels


Een begrafenis of crematie met korpseer moet stijlvol en met repect verlopen. De plechtigheden worden uitgevoerd volgens vaste lijnen en afspraken, waarbij op brandweermensen gelet wordt. Voor de nabestaanden zijn de aanwezige brandweermensen collega's van wie zij steun ervaren. Voor de media staan brandweermensen op dat moment letterlijk en figuurlijk in de 'picture'. Daarom moeten brandweermensen, die een dergelijke plechtigheid bezoeken, weten op welke wijze zij zich moeten gedragen tijdens de plechtigheden:


1. de plechtigheden hebben een serieus karakter. Wees je daarvan bewust op het moment dat je met elkaar spreekt. Gedraag je zo dat je respect toont voor de overledene(n) en de nabestaanden, Praat gedempt, schreeuw niet en besef dat als je lacht op het verkeerde moment dit verkeerd kan overkomen en pijnlijk kan zijn. Loop met gepaste snelheid;


2. de brandweermensen dragen uniform, overeenkomstig de voorschriften (zie bijlage 6). Let er op dat je dit correct draagt en dat het uniform niet voorzien is van speldjes, vreemde emblemen, enzovoorts. Draag een effen zwarte stropdas en geen das met emblemen.


3. buiten heb je altijd je pet op, ook als de lijkwagen met het stoffelijk overschot de erehaag of brandweermensen passeert;


4. volg de aanwijzingen van de begrafenisofficier altijd op; hij heeft de leiding en je staat onder zijn gezag! Soms moet er geïmproviseerd worden of is een correctie op zijn plaats, doe dan wat van je gevraagd wordt;


5. als het regent draagt een geuniformeerde géén paraplu ter bescherming tegen de regen;


6. binnen in een kerk, kathedraal, aula en/of een crematorium dien je altijd je pet af te zetten. Je draagt hem dan met de klep naar voren onder je linker arm;



BIJLAGE 6 Uitgaanstenue


De brandweer heeft geen landelijk vastgesteld kleding voorschrift. Om verwarring te voorkomen meent het Begrafenis Bijstands Team dat het goed is het onderstaande voorschrift te hanteren bij uitvaartplechtigheden met korpseer.


Een geuniformeerde man dient het volgende uitgaanstenue te dragen:


= pantalon
= overhemd met lange mouwen en randonderscheidingstekens
= stropdas (effen, dus zonder (korps)emblemen)
= uniformjas (in zelfde kleur als pantalon)
= lage zwarte schoenen
= zwarte sokken
= pet
= géén witte handschoenen

Indien er te weinig uniformjasjes beschikbaar zijn, kan de uniformjas vervangen worden door een jack met rangonderscheidingstekens of een trui met rangonderscheidingstekens.

De uniformkleding voor dames verschilt per korps. Zij kunnen het door het korps verstrekte uniform dragen. Het is wel van belang dat zij een hoofddeksel dragen en dat zij zich gepast kleden. Soms hebben zij géén stropdas; zij dragen dan een shwal.


---- --