Ministerie van Buitenlandse Zaken
Aan de Voorzitter van de TweedeKamerderStaten-Generaal
Binnenhof4
Den Haag
Directie Westelijk Halfrond
Afdeling Noord-Amerika
Bezuidenhoutseweg 67
Postbus 20061
2500 EB Den Haag
Datum
31 maart 2003
Behandeld
Taco Westerhuis
Kenmerk
DWH/NM 051/03
Telefoon
070-348 6267
Blad
1/4
Fax
070-348 5748
Bijlage(n)
1
E-Mail
te.westerhuis@minbuza.nl
Betreft
Vragen van het lid De Graaf over de werving van Nederlandse staatsburgers met een Irakese achtergrond door het Amerikaanse leger.
Graag bied ik u hierbij, mede namens de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie, de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid De Graaf over de werving van Nederlandse staatsburgers met een Irakese achtergrond door het Amerikaanse leger. Deze vragen werden ingezonden op 27 februari 2003 met het kenmerk 2020308020.
De Minister van Buitenlandse Zaken
Mr. J.G. de Hoop Scheffer
Antwoorden van de heer De Hoop Scheffer, minister van Buitenlandse Zaken, mede namens de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie, op vragen van het lid De Graaf (D66) over de werving van Nederlandse staatsburgers met een Irakese achtergrond door het Amerikaanse leger.
Vraag 1
Heeft de Amerikaanse overheid, al dan niet door bemiddeling van het Irakese Nationale Congres, Nederlandse staatsburgers geworven voor diensten als tolk en gids ten behoeve van het Amerikaanse leger bij een eventuele oorlog tegen en in Irak?
Antwoord
Het Amerikaanse voornemen om in Nederland verblijvende Irakezen te trainen voor taken als tolk en gids is mij bekend. Daarbij gaat het ook om Nederlandse staatsburgers van Irakese afkomst.
Vraag 2
Worden deze Nederlandse staatsburgers door het Amerikaanse leger op een basis in Hongarije getraind in het gebruik van lichte wapens?
Antwoord
Bij de aankondiging van het Amerikaanse voornemen om in Nederland woonachtige Irakezen te trainen, is bekend gemaakt dat betrokkenen in het kader van die training worden voorzien van lichte wapens.
Vraag 3
Is de ambassade van de Verenigde Staten in Nederland op enigerlei wijze betrokken bij deze werving, training en inzet van Nederlandse staatsburgers?
Antwoord
Ja, bij de werving.
Vraag 4
Bent u tevoren of tijdens deze wervingsacties hierover van de zijde van de Amerikaanse overheid geïnformeerd? Zo neen, acht u het gepast dat deze werving plaatsvindt zonder uw medeweten en instemming? Zo ja, hoe verhoudt zich dat tot de geldende beleidslijn dat Nederland niet meewerkt aan offensieve planning en voorbereiding van een militair optreden tegen Irak.
Antwoord
De Amerikaanse overheid heeft Nederland geïnformeerd over het voornemen om in Nederland woonachtige Irakezen te trainen voor civiele taken. De Nederlandse regering is niet betrokken geweest bij deze werving.
Instemming van de Nederlandse regering is niet vereist. De beslissing omtrent de inzet van geworven personen is aan de Amerikaanse regering en aan henzelf, en raakt dus niet enige door de Nederlandse regering geformuleerde beleidslijn.
Vraag 5
Is er overigens sprake geweest van enige betrokkenheid van of ondersteuning door Nederlandse overheidsinstanties bij deze werving, bijvoorbeeld door middel van de AIVD?
Antwoord
Van actieve betrokkenheid of ondersteuning door de Nederlandse overheid bij deze werving is geen sprake geweest. De Amerikaanse overheid heeft bij de werving geen beroep gedaan op de AIVD. Wel heeft de AIVD, overeenkomstig de WIV 2002, op basis van eigen wetenschap waarover de dienst in dit verband beschikte, de bevoegde Nederlandse autoriteiten ingelicht en de Amerikaanse autoriteiten op bepaalde operationele risico's gewezen. De Commissie IVD is hierover ingelicht.
Vraag 6
Zijn ook personen die in Nederland een asielverzoek hebben ingediend en in asielzoekerscentra verbleven, bij deze werving betrokken? Zo ja, wat betekent dit voor hun asielaanvraag?
Antwoord
Er is een zeer beperkt aantal (twee) Irakese asielzoekers betrokken bij deze wervingsacties. Deelname van deze personen heeft geen bijzondere consequenties voor de asielaanvraag.