3 april 2003
Scan brengt glaucoom sneller aan het licht
De scanning laser polarimeter van het merk GDx levert snelle
objectieve data over de dikte van de zenuwvezellaag in het netvlies
van glaucoompatiënten. De metingen zijn gebruikers- en
patiëntvriendelijk. Voor het opsporen van glaucoom is het apparaat
weliswaar nog ontoereikend, maar vormt een veelbelovende en zeer
waardevolle aanvulling is bij glaucoomdiagnostiek. Voor de manier van
scans interpreteren ontwierp Thomas Colen een speciale cursus, de
zogenaamde Rotterdam GDx Course. Deze cursus werd in de loop van de
laatste jaren aan honderden oogartsen, assistenten en paramedisch
personeel gegeven, tot in de Verenigde Staten toe. Hierdoor kunnen
steeds meer artsen van deze techniek gebruik maken. Thomas Colen
verdedigt op donderdag 3 april 2003 aan de Erasmus Universiteit
Rotterdam zijn proefschrift 'Klinische studies in Scanning Laser
Polarimetrie'.
Met 66.8 miljoen patiënten neemt glaucoom wereldwijd de tweede plaats
in van meest voorkomende oorzaken van blindheid. Glaucoom is een
progressieve aandoening van de oogzenuw, veroorzaakt door verlies van
ganglion cellen in het netvlies. Het is niet precies bekend waarom
deze cellen afsterven. Normaal wordt de zenuwvezellaag in het netvlies
gevormd door uitlopers van deze ganglion cellen, zogeheten axonen.
Doordat de axonen ook afsterven, wordt de zenuwvezellaag dunner bij
glaucoompatiënten. Scanning laser polarimetry is een techniek waarbij
de dikte van de zenuwvezellaag in het netvlies kan worden gemeten. Een
dunne zenuwvezellaag is dus verdacht voor glaucoom. De scanning laser
polarimeter die in dit proefschrift werd onderzocht is commercieel
verkrijgbaar en heet de GDx.
De GDx scan die van elke patiënt wordt gemaakt wordt door een software
algoritme beoordeeld. De belangrijkste bevinding was dat de
sensitiviteit en specificiteit voor het opsporen van glaucoom met de
GDx op deze manier 86% en 82% bedroeg. Dit is vrij goed voor een
enkele glaucoom test, zeker als je bedenkt dat een foto met de GDx
binnen een paar minuten gemaakt is. De GDx is verder
patiëntvriendelijk, objectief, en levert kwantitatieve digitale data.
Ook bijzonder is het dat een groot gedeelte van de patiënten (ongeveer
96%) in aanmerking komt voor een meting. Dit is lang niet met elke
test voor glaucoom het geval. Ook ontdekte de promovendus dat wanneer
een ervaren arts de scans beoordeelt, de sensitiviteit en
specificiteit nog enkele procent punten stijgt.
Een voorwaarde voor deze goede uitslagen was wel dat de GDx scans van
goede kwaliteit moesten zijn. Als het oog van de patiënt bewogen had
tijdens de meting traden er verstoringen op, waardoor de
zenuwvezellaag dikte te hoog uitviel. Voor deze verstoringen
introduceerde Colen de term motion artifacts. Motion artifacts kunnen
ertoe leiden dat glaucoom patiënten onopgemerkt blijven, of dat
gezonde ogen worden overbehandeld.
De GDx blijkt ook gebruikt te kunnen worden voor het meten van
amblyope ogen (luie ogen) en ogen die een anterieure ischemische
opticus neuropathie hadden doorgemaakt.
De manier van scans interpreteren vormde ook het onderwerp van de door
Colen ontworpen The Rotterdam GDx Course. Deze cursus werd in de loop
van de laatste jaren aan honderden oogartsen, assistenten en
paramedisch personeel gegeven. Een uitnodiging om op de American
Academy of Ophthalmology les te geven aan Amerikaans oogartsen die de
GDx gebruiken illustreert wellicht de impact van deze cursus. Een
groot deel van de Nederlandse oogartsen heeft deze cursus inmiddels
ook gevolgd. Hierdoor kunnen steeds meer artsen van deze techniek
gebruik maken. De cursus is onlangs ook als CD-ROM uitgebracht.
Promotor prof.dr. G. van Rij, Oogheelkunde
Noot voor de pers
Promotie 3 april 2003, 16.00 uur
Plaats: Woudestein, Senaatszaal
Info: afdeling Communicatie, tel. (010) 408 1216/1777
e-mail persberichten@daz.eur.nl
pixel.gif] r1pixg.gif]