Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Toespraak van de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
Clémence Ross Van Dorp,
bij de Voorjaarsborrel ING en MKB-Nederland
Den Haag, 3 april 2003
Dames en heren,
Vorige week las ik het volgende bericht in een Brabantse krant:
In Breda heeft De Werve plannen om van een verzorgingshuis te veranderen in een
'zorgknooppunt': een centrum met 24 uur per dag zorg, voor alle inwoners van de
wijk, met apotheek, huisarts en een kleine supermarkt.
Ik haal dit artikel aan omdat het een goed voorbeeld is van een ondernemend
verzorgingshuis dat zijn diensten uitbreidt om klanten beter tegemoet te komen.
Want daar hebben we het vanmiddag over: ondernemerschap in de zorg. Een
actueel en aansprekend thema. Ik ben dan ook graag ingegaan op het verzoek om
vandaag hierover een inleiding te verzorgen.
Ik zal eerst in algemene zin spreken over het thema ondernemerschap in de zorg.
Daarna komen enkele beleidslijnen aan bod en tot slot wil ik ingaan op hoe wij
samen kunnen optrekken.
Het is u bekend dat we in de zorg de omslag hebben gemaakt van een
aanbodgestuurde organisatie naar een vraaggestuurde organisatie. De klant en wat
hij of zij wil, staat daarbij centraal. In vergelijking tot enkele jaren geleden is dat een
forse ommezwaai. In plaats dat de instellingen bedenken wat goed is voor de
mensen, bepalen nu de klanten zélf wat ze willen. Het uitgangspunt is niet langer:
zorgen vóór, maar zorgen dát.
In ondernemerstermen vertaald zou je kunnen zeggen: de instellingen gaan meer
marktgericht werken. Ze moeten weten welke zorgbehoeften er leven onder de
mensen en wat daarvoor het beste aanbod is.
Het is duidelijk dat we te maken hebben met een andere doelgroep dan enige
decennia geleden. Mensen die nu een beroep doen op de zorg, zijn steeds vaker
mondige klanten. Ze weten precies wat ze willen, en dat laten ze ook horen. Zo
willen ouderen bijvoorbeeld zo lang mogelijk zelfstandig blijven wonen en zélf
beslissen welke zorg ze wel krijgen en welke niet. Dat vereist een heel andere
organisatie van de zorg dan wanneer ouderen in een verzorgingshuis gaan wonen
en afhankelijk zijn van wat dat tehuis hen te bieden heeft. Maar soms kan ook zo'n
verzorgingshuis "ondernemend" inspelen op de wensen van de klanten... en daar
gaat het ons om.
1
Het is noodzakelijk dat de zorgaanbieders goed luisteren naar wat de klanten willen.
Want op basis daarvan kunnen ze de juiste producten aanbieden. Hoe dat allemaal
precies moet en welke instrumenten daarvoor ingezet kunnen worden, is te leren
van het bedrijfsleven, dat al gepokt en gemazeld is door het marktmechanisme.
De visie van VWS op ondernemerschap ontwikkelt zich mee met deze
veranderingen in de zorg. Daarom is het belangrijk dat VWS met partijen als MKB
Nederland, de brancheorganisaties in de zorg en ook met diverse individuele
vernieuwende koplopers in de zorg in gesprek gaat en blijft. Op die manier kunnen
we veel leren en onze visie aanscherpen.
Daarnaast brengen wij in kaart welke belemmeringen er zijn voor ondernemerschap
in de zorg. Hier bij werken wij onder andere samen met het ministerie van
Economische Zaken
Om het marktgericht werken in de zorg vanuit de overheid te stimuleren, is een
aantal beleidsmaatregelen genomen. Van groot belang is de modernisering van de
Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten, de AWBZ. Twee dagen geleden, op 1 april,
is een aantal maatregelen in werking getreden, die bijdragen aan een
vraaggestuurde zorg.
Zo is sinds 1 april het persoonsgebonden budget uitgebreid en vereenvoudigd.
Mensen kunnen zelf kiezen of ze een PersoonsGebonden Budget willen of liever
zorg in natura.
Als iemand kiest voor het persoonsgebonden budget, dan betaalt het zorgkantoor
het betreffende budget rechtstreeks aan hem of haar uit. De klant kiest vervolgens
zelf een zorgaanbieder. Deze werkwijze dwingt ondernemers hun zorgaanbod goed
kenbaar te maken aan zorgkantoren én klanten. Het kennen van de vraag van
klanten, klantgerichte informatie over inhoud, prijs en kwaliteit van dienstenaanbod
is dan natuurlijk een voorwaarde, anders verkoop je niks.
De vernieuwde AWBZ biedt ook mogelijkheden aan klanten en zorgkantoren om
met nieuwe aanbieders zaken te doen. Zo zijn er het laatste half jaar vijf nieuwe
thuiszorginstellingen en een verzorgingshuis bijgekomen. En door ontschotting
kunnen de bestaande aanbieders in de gehele AWBZ zorg leveren. Een verpleeghuis
kan nu ook verpleging thuis aanbieden. Hierdoor is de keuzemogelijkheid voor
klanten toegenomen. Deze nieuwe aanbieders moeten nog wel een positie
verwerven op de markt van wonen-welzijn-zorg. Dat betekent dat de nieuwe
ondernemer zijn aanbod goed moet profileren. En net als in het gewone
bedrijfsleven, kunnen zorgaanbieders besluiten om samen te werken, om zo een
nog beter en completer product aan te bieden.
Deze veranderingen in de zorg kunnen alleen succesvol zijn als er een eerlijke
marktverhouding is. Dat schrijft u ook in uw nota's. De overheid treedt langzaam
terug, veldpartijen krijgen meer verantwoordelijkheid en er komt meer ruimte voor
2
onderhandelingen. In zo'n situatie neemt het belang van het Mededingingstoezicht
toe, ook in relatie tot prijsregulering. Het nieuwe kabinet zal dan ook een besluit
nemen over de introductie van een marktmeester voor de zorg waar deze taken in
een hand gebracht worden. Zo'n Marktmeester zal gebruik maken van de algemene
bepalingen in de mededingingswet, zoals het voorkomen van misbruik van een
economische machtspositie en toezien op het kartelverbod. Wellicht is aanvullende,
sectorspecifieke mededingingsregulering nodig.
Andere beleidsontwikkelingen op dit terrein spelen in de farmacie en in de curatieve
sector. Door bij geneesmiddelen zorg en handel te scheiden, kan de apotheker zich
beter ontwikkelen tot een professionele zorgverlener en daarmee zijn ondernemende
rol binnen een maatschappelijke context waarmaken. In de curatieve zorg krijgen
zelfstandige behandelcentra meer ruimte om te concurreren met gevestigde
ziekenhuizen. We schaffen enkele beperkende regels af om daarmee toetreding van
nieuwe aanbieders te vergemakkelijken.
Dames en heren, ik heb u in het kort een beeld geschetst van hoe het met de
vraagsturing in de zorg is gesteld. De vraag die ik nu wil stellen is, hoe kunnen wij
op dit gebied samen optrekken?
Het MKB spreekt zich uit voor de zogenaamde derde weg in de zorg. Daarin speelt
het rechtstreekse contact tussen aanbieder en cliënt een centrale rol. Zoals ik net al
schetste, gebeurt dat reeds met behulp van het persoonsgebonden budget. Vooral
in de sectoren die MKB Nederland vertegenwoordigt, zoals verpleging en
verzorging, zijn hiervoor veel mogelijkheden. Daar is het PGB instrument dan ook
een groot succes.
Maar de zorg is een product met specifieke kenmerken. Zo is het voor de klant vaak
moeilijk om te beoordelen of hij of zij de juiste zorg en de juiste medicijnen
ontvangt. Bovendien is het noodzakelijk om in de zorg solidariteit te waarborgen en
om niet zelf te dragen risico's te verzekeren
Deze specifieke kenmerken van de zorg brengen de verzekeraars nadrukkelijk in
beeld. Verzekeraars hebben een belangrijke rol in de zorg. Ze hebben een regierol en
brengen vraag en aanbod bij elkaar. Tevens doen zorgverzekeraars bijvoorbeeld aan
wachtlijstbemiddeling en kopen zij zorg in, soms ook in het buitenland. En
zorgkantoren kunnen ook informatie verschaffen over het beschikbare aanbod. MKB
Nederland heeft deze centrale rol van de verzekeraars ook wel de tweede weg
genoemd.
Ik wil graag benadrukken dat de derde en de tweede weg niet haaks op elkaar
staan. Ze lopen juist parallel. De tweede weg heeft een goede derde weg nodig!
Ondernemende aanbieders zijn nodig om de markt te verkennen en de juiste
zorgdienst op het juiste moment aan de juiste persoon te verlenen. De
tweebaansweg wordt zo een autosnelweg waardoor de klant sneller en
comfortabeler van A naar Beter komt!
3
Ik ben blij met de aandacht van de ING Bank en MKB-Nederland voor het
ondernemerschap in de zorg. U heeft beiden nota's uitgebracht met daarin
prikkelende aanbevelingen. Terecht vraagt u in de nota Randvoorwaarden voor
goed ondernemerschap om heldere wet- en regelgeving voor ondernemers.
Terecht onderstreept u beiden de eigen verantwoordelijkheid van ondernemers voor
hun bedrijfsvoering en voor een transparante structuur. Ook in de onlangs
gepresenteerde nota "Vraagsturing in de Zorg" doet MKB Nederland concrete
suggesties, sommige vergaand, andere minder vergaand.
Sommige zaken hebben ook rechtstreeks te maken met de inrichting van het stelsel. Dit zijn zaken die in de formatie verder besproken worden en waarover in het Regeerakkoord keuzes gemaakt moeten worden. Andere aanbevelingen kunnen we nu al meenemen. Ik denk bijvoorbeeld aan uw pleidooi voor een sterkere positie van de klant en de nadruk die u legt op het belang van een transparante markt.
Wij denken graag met u mee hoe we de sector meer ondernemend kunnen krijgen.
Tegelijkertijd past bescheidenheid van de kant van de overheid: échte ondernemers
laten zich niet door de overheid vertellen hoe ze moeten ondernemen. Dat weten ze
zelf namelijk het allerbeste.
Ik wens u allen heel veel succes.
4
---- --