VU ziekenhuis
Toevoeging aminozuur arginine kan gunstig zijn voor kritieke
patiënten.
Amsterdam, 4 april 2003
Het toevoegen van het aminozuur arginine aan de voeding van ernstig
zieke patiënten kan gunstig zijn. Op dit moment wordt met name op
intensive care-afdelingen in Nederland soms extra arginine gegeven.
Kennis over dosering en precieze indicatie ontbreekt in veel gevallen.
In zijn proefschrift probeert Hubert Prins aan te geven in welke
gevallen het gunstig is dit aminozuur toe te voegen aan de voeding.
Arginine is een aminozuur dat een rol speelt bij verwijding van de
bloedvaten. Het heeft dus een belangrijke functie bij de doorbloeding
van organen, vooral ten tijde van stress. Mensen die met een trauma,
shock, sepsis, brandwonden of na een operatie in het ziekenhuis zijn
opgenomen hebben vaak een te lage arginineplasmaspiegel. Het toevoegen
van arginine aan de voeding is een makkelijke methode om de arginine-
plasmaspiegels op het juiste fysiologische niveau te houden en heeft
bewezen therapeutische effecten.
De werking van arginine berust op de productie van stikstofmonoxide
(NO). Laatstgenoemde stof is direct verantwoordelijk voor de
bloedvatverwijding. De hemodynamische consequenties van lage
arginineplasmaspiegels zijn daarom groot. Hubert Prins promoveert op 9
april aan de Vrije Universiteit.