Centraal Planbureau
Onderwerp: persbericht
Nummer: 14
Datum: 10 april 2003
Inlichtingen bij Jacqueline Timmerhuis (tel: +31-70-3383477), of bij
Alex Hoen (tel: +31-70-3383497)
Marktsector groeit dit jaar nauwelijks, in 2004 voorzichtig herstel in
meeste bedrijfstakken
Naar verwachting blijft de groei van de Nederlandse marktsector in
2003 nog achter bij de totale economische groei van 0,75%. De
groeivooruitzichten voor de marktsector zijn met 0,25% nog erg mager;
vergeleken met de productiedaling van 0,7% vorig jaar betekent dit
echter wel herstel. Dit is vooral te danken aan de oplevende export
van goederen en diensten. De binnenslands geproduceerde
goederenuitvoer blijft in 2003 nog onder druk staan vanwege de scherpe
concurrentie van buitenlandse aanbieders op de belangrijkste
afzetmarkten. Met name voor de metalektro-industrie is het beeld om
die reden ook dit jaar nog tamelijk somber. De grootste groei komt dit
jaar van de energiesector, de communicatiebedrijven en de chemie.
In de raming voor volgend jaar trekt de productiegroei van de
marktsector verder aan tot 2,5%. De markt kan dan zijn rol als motor
voor de Nederlandse economie weer op zich nemen. Dit is het gevolg van
een verdere opleving van de export en van toenemende binnenlandse
consumptieve bestedingen. De verwachte opleving zal voor vrijwel alle
bedrijfstakken een voortgaand groeiherstel inhouden.
Dit schrijft het Centraal Planbureau (CPB) in het vandaag verschenen Centraal Economisch Plan 2003 (CEP). Op 27 maart heeft het CPB al het eerste, samenvattende hoofdstuk van het CEP gepubliceerd, nog zonder bedrijfstakkenbeeld. Zie hiervoor CPB-persbericht 2003/10.
Tegelijk met het CEP publiceert het CPB vandaag op zijn website
(www.cpb.nl) een aantal 'CEP's op maat' voor de volgende
bedrijfstakken:
* metalektro-industrie
* chemische industrie
* overige industrie
* ICT-sector
* bouwnijverheid en toeleveranciers
De geraamde ontwikkelingen in de diverse bedrijfstakken lopen nogal
uiteen. Binnen de marktsector groeien de energiesector, de
bouwnijverheid en de tertiaire diensten dit jaar meer dan gemiddeld.
De energiesector zal na twee warme winters kunnen profiteren van de
veronderstelde terugkeer naar normale, lagere temperaturen, de
bouwnijverheid van een toename van de overheidsinvesteringen in de
grond-, weg en waterbouw en de zakelijke dienstverlening van het
conjuncturele herstel. De vooruitzichten voor volgend jaar zijn voor
de meeste sectoren gunstiger, maar relatief somber voor de
bouwnijverheid.
Industrie
Voor de industrie wordt voor dit jaar slechts een zeer beperkte
productiegroei voorzien van 0,25%. Wel verbetert de situatie in
vergelijking met het afgelopen jaar, waarin de productie met 1,9%
afnam. Pas volgend jaar zal naar verwachting een substantiële groei
(2%) van het productievolume volgen.
Het verwachte groeiherstel van de wereldhandel brengt dit jaar nog
geen productiegroei voor de Nederlandse metalektro-industrie. Daarvoor
zijn twee redenen. Ten eerste zal de metalektro-industrie ook dit jaar
nog marktaandeel verliezen, omdat Nederlandse producenten de daling
van de prijzen van buitenlandse concurrenten niet volledig zullen
kunnen volgen. De relatief hoge arbeidskosten per eenheid product
belemmeren dat. Deze zullen ook dit jaar nog stijgen, zij het minder
dan in vorige jaren. Ten tweede zal de verplaatsing van Nederlandse
productiecapaciteit naar lage-lonen-landen zich waarschijnlijk
voortzetten. Voor volgend jaar wordt wel een duidelijke productiegroei
van de metalektro-sector verwacht. Deze wordt gedragen door
exportgroei als gevolg van de stijgende wereldhandel. Bovendien
vermindert, mede door de voor volgend jaar voorziene loonmatiging, de
druk van prijsconcurrentie. De winstmarges zullen zich daardoor ook
enigszins kunnen herstellen. Dit jaar en volgend jaar daalt de
werkgelegenheid in de metalektro echter sterk, namelijk met 21 duizend
voltijdbanen.
De vooruitzichten voor de chemie zijn erg onzeker door de
internationale politieke spanningen. Als de oorlog in Irak, zoals het
zich nu laat aanzien, van korte duur zal blijken, kan het omzetvolume
van chemische en kunststofproducten ook in dit jaar doorgroeien. De
groei wordt gestuwd door capaciteitsuitbreidingen en het in gebruik
nemen van nieuwe, grootschalige productie-eenheden bij onder andere
Dow en Lyondell. De afzetprijzen en winsten blijven onder druk staan
vanwege een dure euro en hoge loonkosten. Volgend jaar zal de omzet in
de chemie verder aantrekken door het economisch herstel en de
groeiende buitenlandse vraag. Personeelsreducties en loonmatiging
zullen de concurrentiepositie van de Nederlandse chemie dan verder
versterken. Deze kostenbesparingen dragen ook bij aan het
winstherstel.
Dit jaar en volgend jaar zullen bescheiden groeicijfers ook het
kenmerk zijn van de bedrijven die tot de voedingsmiddelenindustrie
worden gerekend. Enerzijds zal de stagnatie in de dierlijke landbouw
haar stempel blijven drukken op de zuivel-, vlees- en veevoerbranches.
Verderop in dit persbericht wordt ingegaan op de oorzaken van deze
stagnatie in de agrarische sector. Anderzijds bemoeilijken
marktverzadiging en geringe inkomensgroei in de belangrijkste
afzetlanden expansie van de bedrijven die geen last hebben van de
perikelen in de binnenlandse landbouw. Bovendien zal de bedrijfstak
negatieve gevolgen ondervinden van de vogelpest. Daarnaast zal de dure
euro een drukkend effect op de uitvoer uitoefenen, vooral op die van
de drankensector.
De ontwikkelingen in de overige industrie worden voor een belangrijk
deel bepaald door de conjunctuur. Voor de meeste branches wordt pas
volgend jaar groeiherstel verwacht. De grafische industrie heeft
daarnaast te kampen met structurele problemen zoals de daling van
dagbladoplagen en het advertentievolume, en met de overgang van
"papieren" naar elektronische producten. De textielindustrie en de
meubelproducenten worden gehinderd door toenemende internationale
concurrentie op de binnenlandse markt. Hierdoor blijft de afzet van
Nederlandse producenten in Nederland achter bij die van buitenlandse
bedrijven.
ICT
Het gaat op dit moment niet goed met de ICT-sector. Nadat vorig jaar
de productie verminderde, neemt de omzet dit jaar nauwelijks toe. Voor
volgend jaar zijn de verwachtingen voor de ICT-sector positiever. Met
een volumegroei van ruim 4% ligt de groeiprojectie dan weer ruim boven
die van de rest van de marktsector. Dit herstel is vooral te danken
aan het sterk aantrekken van de productiegroei in de ICT-industrie. De
ICT-industrie had meer te lijden van de groeivertragingen sinds 2000
in de ICT-sector dan de ICT-diensten.
Bouwnijverheid
Dit jaar zal de bouwproductie zich weer enigszins herstellen, nadat
vorig jaar de bedrijvigheid in de bouwnijverheid voor het eerst afnam
na een periode van zes jaar van forse jaarlijkse productiestijgingen.
Het voor dit jaar verwachte herstel is voornamelijk het gevolg van de
sterke toename van overheidsuitgaven aan GWW-werken (grond-, weg- en
waterbouw). De investeringen in bedrijfsgebouwen zullen afnemen in
reactie op de toename van de leegstand en de verslechterde economische
situatie. De hierdoor vrijkomende capaciteit zal gedeeltelijk gebruikt
worden om de productie van nieuwbouwwoningen te verhogen. Per saldo
neemt de productie in de burgerlijke en utiliteitsbouw echter
nauwelijks toe.
Het herstel van dit jaar zal volgend jaar grotendeels verloren gaan
door het aflopen van een aantal grote projecten in de GWW-sector. Ook
in de burgerlijke en utiliteitsbouw daalt de productie. De toename van
de woningbouwproductie is fors, maar net niet voldoende om de sterke
afname van de investeringen in bedrijfsgebouwen te compenseren.
De toename van de winstgevendheid in de bouwnijverheid zet door,
hoewel deze in vergelijking met eerdere jaren beperkt van omvang is.
De afname van het aantal werknemers is grotendeels verantwoordelijk
voor de verbetering van de winstgevendheid.
Tertiaire diensten
Het aarzelende karakter van het voor dit jaar verwachte economisch
herstel weerspiegelt zich ook in een geringe stijging van het
productievolume van de tertiaire dienstverlening (0,5%). Voor 2004
wordt een substantiëlere stijging geraamd, van 2,5%.
Verwacht wordt dat de horeca-afzet in volume-termen zich dit jaar en
volgend jaar weer enigszins zal herstellen, vooral door de meer
gematigde prijsstijgingen in 2003. Zolang de internationale spanningen
aanhouden, zullen toeristen van andere continenten een bezoek aan
Europa voorlopig nog uitstellen. Voor de duurdere hotels is het
wegblijven van met name Amerikanen een tegenvaller. Op diensten van de
andere onderdelen van de niet-zakelijke commerciële dienstverlening
(zoals de recreatiesector en de overige dienstverlening van
bijvoorbeeld kappers) zal de consument niet zo snel geneigd zijn te
bezuinigen. Ook voor deze branches wordt voor dit en volgend jaar
uitgegaan van een geringe afzetgroei.
Voor de uitzendbranche was vorig jaar, net als 2001, teleurstellend.
De krapte op de arbeidsmarkt trof de uitzendbranche feitelijk dubbel.
Enerzijds was er minder aanbod van uitzendkrachten vanwege de
concurrentie van vacatures met een vast dienstverband. Anderzijds
hielden bedrijven personeel langer vast dan op basis van een
efficiënte bedrijfsvoering verwacht mocht worden, om maar verzekerd te
zijn van geschikte arbeidskrachten voor het geval de economie weer zou
aantrekken. Deze arbeidsbuffer zorgt ervoor dat bedrijven bij
conjunctuurherstel in eerste instantie kunnen volstaan met hun eigen
personeel en minder snel een beroep hoeven doen op uitzendbureau=s. Nu
intussen een flinke arbeidsuitstoot plaats heeft, zal naar verwachting
eind dit jaar, begin volgend jaar de vraag naar uitzendwerk weer
aantrekken. Knelpunten bij het aanbod van uitzendkrachten zullen zich
in veel mindere mate voordoen dan in de afgelopen jaren vanwege de
stijging van het aantal werkzoekenden. Voor detachering, waarbij het
gaat om uitzendwerk voor langere tijd, wordt pas in de loop van 2004
herstel voorzien.
De groei van het datacommunicatie-verkeer zal dit jaar en volgend jaar
vermoedelijk bepalend zijn voor een voortzetting van de groei in de
telecommunicatiesector. Enerzijds zorgt de verdere toename van het
aantal breedbandige aansluitingen (ADSL, kabel) voor een groter volume
internetverkeer over het vaste netwerk. Anderzijds zal een verdere
opkomst van het mobiele dataverkeer tot een continuering van de groei
leiden in de markt voor mobiele communicatie.
De marktgroei voor zakelijke diensten zal dit jaar naar verwachting de
groei van de totale marktsector weer te boven gaan. Outsourcing zal
opnieuw kunnen bijdragen aan de marktgroei. Ook activiteiten die
gericht zijn op a) de beveiliging van het betalingsverkeer via
Internet, b) het toepassen van nieuwe jaarverslagrichtlijnen, en c)
kostenbesparing en innovatie zullen sterk kunnen bijdragen aan de
groei.
Land- en tuinbouw
De groeiverwachtingen voor de land- en tuinbouw weerspiegelen de
problematische externe omstandigheden waarmee de agrarische sector te
maken heeft. Milieumaatregelen, quotumregelingen, maatregelen op het
gebied van de ruimtelijke ordening en verzadigingsverschijnselen op de
belangrijkste afzetmarkten (inclusief de Nederlandse) zijn er de
oorzaak van dat het volume van de bruto productie nauwelijks zal
groeien: stagnatie. De processen van schaalvergroting zullen
daarentegen onverminderd doorgaan.
De op 1 maart uitgebroken vogelpest is een onzekere factor in de
ramingen. Wel kan worden opgemerkt dat de macro-economische betekenis
van de kippensector, inclusief de toeleverende en verwerkende
sectoren, met 0,35 % van het BBP, betrekkelijk bescheiden is. In
termen van werkgelegenheid gaat het in totaal om iets minder dan 25
000 arbeidsplaatsen. Deze getallen geven de bovengrens aan van de
mogelijke schade. Blijft de uitbraak beperkt tot de huidige gebieden
en tot enige maanden, dan zal de macro-economische schade enige
honderdsten van een procent van het BBP bedragen.
Het Centraal Economisch Plan 2003, ISBN 90-1209-821-1, is vanaf heden
verkrijgbaar bij:
Sdu Servicecentrum Uitgeverijen
Postbus 20014
2500 EA Den Haag
Telefoon: 070-3789880
Telefax: 070-3789783
De prijs is 31 euro.
De volledige publicatie is (gratis) beschikbaar als PDF-file op de
website van het Centraal Planbureau.