Universiteit Maastricht

Universiteit Maastricht
Persbericht
10 april 2003

Legitimiteit en onpartijdigheid bij vervolging
dissertatie van Paul van der Lee

De politiek moet het vervolgingsbeleid bepalen en de leden van het Openbaar Ministerie moeten dezelfde rechtspositie krijgen als die van rechtsprekende ambtenaren. Deze conclusies trekt Paul van der Lee in zijn promotie-onderzoek, waarin hij een rechtsvergelijkende analyse maakt van de relatie tussen het Openbaar Ministerie en de politiek in Frankrijk, Italië en Nederland.

Het Openbaar Ministerie is één van de meest dubbelzinnige instellingen van de centrale overheid. Enerzijds verdient het afstand, of autonomie, anderzijds eist de politiek gezag op over de vervolging. Het kan onderdeel zijn van de rechterlijke macht, maar ook van een bestuursorgaan. Deze dubbelzinnigheid tekent de relatie tussen het OM en de politiek: de eisen van democratische legitimatie enerzijds en van onpartijdige objectiviteit anderzijds staan op gespannen voet met elkaar.
Het promotie-onderzoek van mr. Paul van der Lee legt deze contrasten bloot in de stelsels van Nederland, Frankrijk en Italië. Deze vergelijking gaat over in een betoog waarin argumenten voor onderschikking of autonomie tegen elkaar afgewogen worden.
De conclusie luidt dat de politiek het vervolgingsbeleid moet bepalen. De minister van Justitie mag echter niet de opsporing en vervolging van individuele zaken verhinderen. De rechtspositie van de leden van het Openbaar ministerie moet ook verbeteren. Zij dienen net zo behandeld te worden als rechters.

Titel van het proefschrift: Legitimiteit en onpartijdigheid bij vervolging. Een vergelijking van de verhouding tussen het Openbaar Ministerie en de minister van Justitie in Frankrijk, Italië en Nederland. De promotie vindt plaats op 17 april 2003 om 14.00 uur.
Promotor is prof.dr. Aalt-Willem Heringa; copromotor is mr. Reiner de Winter.