Openbaar Ministerie

Maastricht, 18 april 2003

Boete voor overtreden Wet herstructurering varkenshouderij

Op 2 april 2003 is door de economische meervoudige kamer van de rechtbank te 's-Hertogenbosch uitspraak gedaan in een van de eerste grote strafrechtelijke onderzoeken inzake de Wet herstructurering varkenshouderij. De rechtbank heeft een varkensbedrijf uit Haaren veroordeeld tot een onvoorwaardelijke geldboete van ¤ 45000,- en voorwaardelijke gehele stillegging van de onderneming waarin het economische delict is begaan voor de duur van 6 maanden met een proeftijd van 2 jaar.
De directeur van het varkensbedrijf is veroordeeld tot een onvoorwaardelijke geldboete van ¤ 45000,-, bij gebreke van betaling te vervangen door hechtenis voor de duur van 360 dagen, alsmede een gevangenisstraf van 3 maanden geheel voorwaardelijk, proeftijd 2 jaar. De officier van justitie heeft ter terechtzitting aangekondigd dat er tegen het bedrijf nog een vordering zal worden gedaan ter ontneming van het wederrechtelijk verkregen voordeel zodra het ontnemingsrapport door de Algemene Inspectiedienst is voltooid.

Zowel verdachten als het Openbaar Ministerie zijn tegen de straffen in hoger beroep gegaan. Het Openbaar Ministerie heeft hoger beroep ingesteld omdat de geëiste geldboeten, die in overeenstemming waren met de landelijke richtlijn voor strafvordering van de Wet herstructurering varkenshouderij, aanzienlijk hoger waren (¤ 180.000,-) dan de geldboeten die uiteindelijk door de rechter werden opgelegd.

Op grond van de Wet herstructurering varkenshouderij, welke op 1 september 1998 van kracht is geworden, mag een varkensbedrijf slechts varkens houden indien daar een voldoende groot varkensrecht tegenover staat. Overtreding van dit voorschrift is als economisch delict strafbaar gesteld. Indien sprake is van opzet betreft het een misdrijf en kan een gevangenisstraf van ten hoogste 6 jaar en een geldboete worden opgelegd.

De strafrechtelijke handhaving van deze wet vormt een belangrijke schakel in het mestbeleid van het Ministerie van LNV. De Algemene Inspectiedienst is belast met de opsporing van de strafbare feiten op grond van deze wet. Het Landelijk Expertisecentrum Landbouw en Visserij is namens het Openbaar Ministerie met de strafrechtelijke vervolging belast.

Verweren van de raadslieden ten aanzien van de geldigheid van de Wet herstructurering varkenshouderij zijn door de rechtbank niet gehonoreerd.