Openbaar Ministerie
Werkstraf voor juwelier wegens mishandeling overvaller
---
De rechtbank Breda heeft een Tilburgse juwelier tot een werkstraf van 200
uur en 3 maanden voorwaardelijke gevangenisstraf veroordeeld wegens het
mishandelen van een van de overvallers op zijn juwelierszaak. De overval
vond plaats op 28 februari 2002. De juwelier schopte de overvaller tegen het
hoofd terwijl deze al was overgedragen aan de politie en geboeid op de grond
lag.
Daarnaast is de juwelier veroordeeld voor het bezit van wapens en munitie
zonder daarvoor een vergunning te hebben. De juwelier is echter ontslagen
van rechtsvervolging voor wat betreft het schieten op de twee overvallers,
waarbij een van de overvallers aan zijn verwondingen is overleden. Ook is
hij vrijgesproken voor het feit dat hij niet aan de politie heeft gemeld dat
een van de overvallers medische hulp nodig had.
De rechtbank staat in het vonnis stil bij de toename van gewelddadige
overvallen waarmee de juweliersbranche te maken heeft en waarbij zelfs doden
zijn te betreuren. De rechtbank wijst op het gevaar om het recht in eigen
hand te nemen. De rechtbank is echter van mening, evenals de Officier van
Justitie en de advocaat van de verdachte, dat het schieten door de juwelier
op de twee overvallers in dit specifieke geval als zelfverdediging
aangemerkt mag worden. De reden hiervoor is dat er op dat moment een
levensbedreigende situatie bestond voor de in de zaak aanwezige personen.
Toch wijst de rechtbank er met nadruk op, dat de handelwijze van de juwelier
geen navolging verdient, omdat de zaak uit de hand had kunnen lopen en er
meer slachtoffers hadden kunnen vallen.
Verder is de rechtbank van mening, dat de juwelier moreel een verplichting
had om te melden aan de politie dat de overvaller mogelijk gewond was. Voor
de rechtbank staat vast dat de schoten en het ontbreken van tijdige medische
hulp het overlijden van de overvaller tot gevolg hebben gehad. Een
rechtsplicht om dit te melden ontbreekt echter. De juwelier, die wist dat
hij een strafbaar feit had gepleegd, zou immers door dit te melden meewerken
aan zijn eigen veroordeling. Ten aanzien van dit onderdeel van de
beschuldiging wordt de juwelier, hoezeer de rechtbank de handelwijze moreel
ook verwerpelijk vindt, vrijgesproken.
De juwelier wordt veroordeeld voor verboden wapenbezit vanwege de gevaren
die dit met zich mee kan brengen. De rechtbank is van oordeel dat hier tegen
streng opgetreden dient te worden. Daarnaast wordt de juwelier veroordeeld
wegens het schoppen tegen het hoofd van de overvaller terwijl deze al was
ingerekend. Volgens de rechtbank ging de juwelier hierbij koelbloedig en
berekenend te werk. De rechtbank ziet het schoppen als een poging tot zware
mishandeling. Dit wordt door de rechtbank ten zeerste afgekeurd.
De volledige tekst van het vonnis is te lezen op www.rechtspraak.nl