Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu
Persberichten
Milieuvooruitgang in Europa bedreigd door
niet-duurzame economie 13 mei 2003
In de afgelopen tien jaar is het milieu in Europa in verscheidene
opzichten verbeterd, maar een flink deel van de vooruitgang zal
waarschijnlijk door economische groei teniet gaan. Regeringen moeten
nog altijd wezenlijke maatregelen nemen om milieudruk los te koppelen
van economische activiteit.
Dit is een van de belangrijkste punten in de nieuwste milieubalans van
Europa die het Europees Milieuagentschap vandaag heeft gepubliceerd.
Het milieu in Europa:de derde balans
is opgesteld voor de ministeriële conferentie Environment for Europe
(milieu voor Europa) die van 21 tot en met 23 mei plaatsvindt in Kiev,
Oekraïne, onder de auspiciën van de Economische Commissie voor Europa
van de Verenigde Naties (UNECE).De twee voorgaande balansen heeft het
Agentschap in 1995 en 1998 gepubliceerd voor de conferenties in het
Bulgaarse Sofia en het Deense Aarhus.
Het nieuwe rapport dekt 52 landen, voor het eerst inclusief heel
Rusland en de 11 overige landen in Oost-Europa, de Kaukasus en
Centraal-Azië (OEKCA).
Het blijkt dat de meeste milieuverbeteringen zoals voorheen resulteren
uit end-of-pipe maatregelen om de vervuiling te beperken, of het
gevolg zijn van economische recessie en herstructurering in grote
delen van Europa.
"We hebben in het verleden gezien dat een dergelijke vooruitgang weer
verloren gaat zolang economische groei gebaseerd blijft op gangbare
milieubelastende activiteiten en er niet gekozen wordt voor duurzamere
alternatieven", aldus Gordon McInnes, interim-directeur van het EEA.
"Dit dreigt vooral in de kandidaat-lidstaten van de EU en de OEKCA-staten, waarheen een deel van de verwerkende industrie van West-Europa en elders is overgebracht", voegde hij eraan toe.
Het rapport laat grote verschillen zien in de milieusituatie tussen én
binnen de verschillende regios. Maar het bevestigt ook dat goed
ontwikkeld en doorgevoerd milieubeleid op verscheidene terreinen tot
belangrijke milieuverbeteringen en tot minder milieubelasting heeft
geleid.
Zo is de uitstoot van stoffen in Europa die de ozonlaag in de
atmosfeer aantasten substantieel afgenomen.Vermindering van de
uitstoot van verzurende stoffen in de lucht en van puntbronuitstoot
zoals fabrieken heeft over het algemeen de kwaliteit van lucht en
water verbeterd.Ook de bescherming van de habitats van biologisch
gezien belangrijke planten- en diersoorten heeft voor enige
verbetering gezorgd.
Daarentegen heeft het beleid om de enorme hoeveelheid afval te
beperken niet veel succes gehad en nemen overbevissing en de belasting
van bodem en land nog altijd toe.Stedelijke ontwikkeling en
vervoersinfrastructuur nemen grote delen van de productieve bodem in
beslag en versnipperen op veel plaatsen natuurterreinen.Lozingen
vanuit diffuse bronnen, zoals de landbouw, blijven een probleem.
De economische en sociale veranderingen sinds begin jaren negentig waarbij West-Europa evolueerde naar een economie die meer op de dienstverlening is gericht en de rest van het continent zich ontwikkelde in de richting van een markteconomie, zij het niet allemaal in hetzelfde tempo hebben geresulteerd in milieuverbeteringen op sommige terreinen, maar ook in verslechteringen op ander vlak.
Europa heeft over het algemeen de uitstoot van broeikasgassen zien
afnemen.In Midden- en Oost-Europa en in de OEKCA-staten nam de druk op
waterbronnen vanuit landbouw en industrie af.In genoemde landen was de
economische herstructurering de belangrijkste oorzaak van de
vermindering van luchtvervuiling.
Aan de andere kant wordt de biodiversiteit bedreigd door het braak
laten liggen van land wegens de economische herstructurering in
Midden- en Oost-Europa en de OEKCA-landen. Door de economische groei
is het voor veel West-Europese landen moeilijker hun nationale
streefcijfers voor de beperking van de uitstoot van broeikasgassen te
halen.
Aangezien milieuverbeteringen op deze terreinen voornamelijk bepaald
worden door de algemene economische situatie, zal veel van de huidige
vooruitgang waarschijnlijk niet blijvend zijn wanneer de economische
groei aanhoudt of weer aantrekt. Tegelijkertijd zullen de negatieve
gevolgen waarschijnlijk nog toenemen.
Deze tendens is al zichtbaar in de vervoerssector, waar duidelijk
sprake is van een verschuiving naar transport over de weg en door de
lucht, in plaats van naar milieuvriendelijker vervoerswijzen. Daardoor
nemen het energieverbruik en de uitstoot van broeikasgassen toe.
De volksgezondheid blijft kampen met een reeks milieugerelateerde bedreigingen.De productie van gevaarlijk afval neemt in heel Europa toe.De kwaliteit van het drinkwater blijft zorgen baren, en de blootstelling aan stofdeeltjes in de lucht vormt nu de grootste dreiging voor de gezondheid van de West-Europese stedelijke bevolking.
Het rapport concludeert dat de formulering en uitvoering van integraal beleid dat volledig rekening houdt met milieuproblemen, versneld moeten worden, wanneer Europa zijn milieu goed wil beschermen en met succes wil overstappen op een duurzamere ontwikkeling.
"De Strategie voor duurzame ontwikkeling van de EU is een stap in de goede richting, maar de rijke lidstaten moeten meer doen om op milieugebied geloofwaardig te blijven", zei Gordon McInnes.
Hij voegde hieraan toe:"Wat wij het meeste missen is een besluitvormingskader dat rekening houdt met tegenstrijdige, maar vaak ook complementaire economische, sociale en milieu-overwegingen.De verschillende initiatieven voor Europese regionale samenwerking op het gebied van energie vormen een goed voorbeeld van een dergelijk kader."
De engelse samenvatting van het rapport is beschikbaar op http://reports.eea.eu.int/environmental_assessment_report_2003_10-sum.
De nederlandse samenvatting van het rapport is beschikbaar via:
http://www.rivm.nl
Het volledige engelse rapport is beschikbaar op:
http://reports.eea.eu.int/environmental_assessment_report_2003_10
Noot voor redacteuren
* De ministeriële conferentie in Kiev is de vijfde bijeenkomst sinds
het proces Environment for Europe in 1991 van start ging.
Informatie over de conferentie kan worden ingewonnen op de
adressen http://www.unece.org/env/wgso/index_kyivconf.htm en
http://www.kyiv-2003.info/main/index.php.
* Bedoelde landen in Oost-Europa, de Kaukasus en Centraal-Azië
(OEKCA) zijn Armenië, Azerbeidzjan, Belarus (Wit-Rusland),
Georgië, Moldavië, de Russische Federatie, Oekraïne, Kazachstan,
Kirgizië, Tadzjikistan, Turkmenistan en Oezbekistan.
Over het Europees Milieuagentschap (EEA)
Het EEA is de belangrijkste informatiebron voor de Europese Unie en
haar lidstaten bij de ontwikkeling van het milieubeleid.Het Agentschap
heeft tot doel duurzame ontwikkeling te ondersteunen en bij te dragen
tot significante, meetbare verbeteringen van het milieu in Europa door
het verstrekken van tijdige, doelgerichte, relevante en betrouwbare
informatie aan beleidsmakers en het algemene publiek.Het werd in 1990
opgericht door de EU en is sinds 1994 in Kopenhagen operationeel. Het
EEA vormt de kern van het Europese Milieuobservatie- en
-informatienetwerk (Eionet); met behulp van dit netwerk van zon 300
organen in heel Europa, verzamelt en verspreidt het Agentschap
milieugerelateerde gegevens en informatie.
Het EEA staat open voor alle naties die zijn doelstellingen delen en
telt momenteel 31 leden.Dat zijn de 15 lidstaten van de EU, IJsland,
Noorwegen en Liechtenstein (landen van de Europese Economische Ruimte)
en de 13 kandidaat-lidstaten Bulgarije, Cyprus, Estland, Hongarije,
Letland, Litouwen, Malta, Polen, Roemenië, Slovenië, Slowakije,
Tsjechië en Turkije (sinds deze maand).Het EEA is het eerste EU-orgaan
waarvan de toetredingslanden al volledig lid zijn.Ook wordt er met
Zwitserland onderhandeld over het EEA-lidmaatschap.
EEA en Milieu- en Natuurplanbureau van het RIVM
Het Milieu -en Natuurplanbureau van het RIVM is voor Nederland het National Focal Point van het EEA. Dat wil zeggen dat het RIVM de wetenschappelijke afstemming en coördineert tussen het EEA en Nederlandse onderzoeksinstituten (Alterra, AOO, CBS, EC-LNV, ECN, RIKZ, RIZA, RIVM, RIVO). Daarnaast geeft het RIVM leiding aan het Thematisch centrum Lucht en Klimaatverandering van het EEA. Tenslotte verricht het RIVM regelmatig studies in opdracht van het EEA of de Europese Commisie, zoals onlangs een onderzoek naar de baten van klimaatbeleid op luchtverontreiniging in Europa.
Nadere informatie voor Nederland via:
RIVM
Afdeling Communicatie
Marieke Timmer
T 030 274 40 49
Info@rivm.nl
Postbus 1, 3720 BA Bilthoven, T:030-2749111, F:030-2742971
Home Agenda Vacatures Contact Route Help