Centrale Raad van Beroep Utrecht >
Actueel
Voorwaarden voor toekenning studiefinanciering geldt zowel voor
Nederlands studerenden als voor studerenden uit andere lid-staten EER
Bron: Centrale Raad van Beroep Utrecht
Datum actualiteit: 16-05-2003
Door ambtshalve aan het bepaalde in artikel 3:47 van de Awb te
toetsen, is de rechtbank naar het oordeel van de Raad buiten de
grenzen van het aan haar voorgelegde geschil getreden, zodat de
aangevallen uitspraak reeds om die reden voor vernietiging in
aanmerking komt. De in artikel 32, tweede lid, WSF neergelegde
voorwaarde voor toekenning van studiefinanciering geldt gelijkelijk
voor zowel Nederlandse studerenden als voor studerenden afkomstig uit
andere lid-staten van de Europese Economische Ruimte aan wie op grond
van het arrest van het Hof van Justitie van 8 juni 1999, AB 1999/362,
aanspraak op studiefinanciering toekomt. De Raad is niet gebleken van
(zeer) bijzondere omstandigheden op grond waarvan met ingang van een
eerdere datum (dan datum aanvraag) studiefinanciering had moeten
worden toegekend. Het enkele feit dat door een rechterlijke uitspraak
aan een wettelijk voorschrift een bepaalde uitleg wordt gegeven,
betekent niet dat alle voorafgaande toepassingen van dat voorschrift
in overeenstemming met die (nieuwe) uitleg moeten worden gebracht.
Dergelijke verstrekkende gevolgen van rechterlijke uitspraken zouden
het -ook ten behoeve van gedaagde- geldende beginsel van
rechtszekerheid te zeer aantasten.
Ga naar betreffende uitspraak met nummer: AF8436
Zie het origineel
http://www.rechtspraak.nl/act...d=11824&i=52&ti=5
http://www.rechtspraak.nl/act...t_id=11824&i=&ti=
.
Zie het origineel
http://www.rechtspraak.nl/act...d=11824&i=52&ti=5
.