Sociaal-Economische Raad
Vakbeweging wil overleg met kabinet over nieuw regeerakkoord
16 mei 2003 -
FNV, CNV en MHP willen overleg met het nieuwe kabinet over de
bezuinigingsplannen. Tijdens de Raadsvergadering van 16 mei zeiden de
voorzitters van de vakcentrales dat ze ongerust zijn over de
voornemens zoals die via de media naar buiten zijn gekomen.
FNV-voorzitter L.J. de Waal liet weten dat zijn bestuur alvast een
actiecomité heeft gevormd dat eventuele acties gaat voorbereiden.
Het meeste van wat dit kabinet nu voorstelt, druist in tegen onze normen en waarden, zei De Waal. Waarom worden mensen in de collectieve sector extra gepakt? Waarom worden mensen in de bijstand extra gepakt? Dit is een aanslag op de sociale samenhang in dit land. Wordt dit doorgevoerd dan vraagt dat om verzet. Maar De Waal voegde daar wel aan toe dat hij eerst wil proberen om via overleg met regering en parlement de pijn voor zijn achterban te verzachten.
De plannen zijn een stevige aanslag op de in jaren opgebouwde sociale
zekerheid, oordeelde CNV-voorzitter D. Terpstra . De sociale
verhoudingen zullen verscherpen en acties zullen het gevolg zijn. Hij
vond dat de formerende partijen zich te veel hebben laten leiden door
het financieringstekort. Terpstra erkende dat hij de details van het
akkoord nog niet kende en zei de definitieve tekst te zullen
beoordelen aan de hand van twee criteria. Komen de zwaarste lasten op
de sterkste schouders en wordt er ook een perspectief geboden? Er moet
nu snel overleg totstandkomen, zei Terpstra. Mocht dat overleg
mislukken dan zullen wij, als het nodig is, ook het Malieveld
bezoeken.
Voorzitter A.H. Verhoeven van MHP liet het woord actie niet vallen.
Onze inzet is overleg. Wij willen niet aan andere maatregelen denken.
Dat is niet productief. Volgens hem is er voldoende te bespreken met
het nieuwe kabinet, met name over de pensioenen en het
arbeidsmarktbeleid. Onze eigen bonden hebben al gezegd dat ze niet de
maximale loonruimte willen benutten. Het lijkt mij mogelijk daarover
verstandige afspraken te maken analoog aan de afspraken voor dit jaar.
Het nieuwe regeerakkoord biedt volgens de drie voorzitters niet louter
kommer en kwel. Ze bespeuren ook enkele lichtpuntjes. Zo krijgt
ontwikkelingssamenwerking weer een eigen minister, wordt de
hypotheekrente ter discussie gesteld, komen er fiscale maatregelen om
de beloning van topmanagers in toom te houden en gaat er meer geld
naar onderwijs.
Het geluid dat ik hier van de vakbeweging hoor, is heel wat gematigder
dan wat ik in de kranten heb gelezen, reageerde voorzitter mr. J.H.
Schraven van VNO-NCW. Hij becommentarieerde het regeerakkoord als
moeilijk, maar ook moedig en noodzakelijk om Nederland weer economisch
op de been te helpen. Hij vond het goed dat er niet alleen een
snoeiagenda was maar ook een groeiagenda. Hij was blij met het extra
geld voor onderwijs en infrastructuur en de plannen om de
administratieve lastendruk aan te pakken. Schraven zei dat VNO-NCW op
basis van dit akkoord het nieuwe kabinet wel een kans wilde geven en
riep de vakbeweging op om dat ook te doen.
Op de vraag van AbvaKabo-voorzitter Van Huygevoort of VNO-NCW voelt
voor een centraal akkoord, gaf Schraven geen eenduidig antwoord. Het
kan een middel zijn om tot loonmatiging te komen, maar laat ik het
voorzichtig zeggen de kans daarop is minder groot dan vorig jaar,
gezien de uitlatingen van de bonden in de media.
Ook op de vraag van CNV-voorzitter Terpstra naar wat de werkgevers de
werknemers zouden kunnen bieden in ruil voor loonmatiging, ging
Schraven niet inhoudelijk in.
Net als Schraven toonde ook voorzitter drs. J. de Boer van
MKB-Nederland zich verrast over de manier waarop de bonden tijdens de
vergadering op de plannen van het nieuwe kabinet reageerden. Dat is op
een constructieve manier gedaan. Hier is een goede basis gelegd voor
overleg met de vakbeweging. Maar De Boer zei ook dat in dat overleg de
werkgevers de vakbeweging weinig te bieden hebben. Op de lange termijn
profiteren ze allebei van het economisch herstel dat loonmatiging moet
opleveren. Voor de korte termijn valt er niet veel te ruilen. Hij vond
verder dat er meer aandacht moet komen voor het beroepsonderwijs,
vooral voor het hoge aantal drop outs.
FNV-voorzitter De Waal bestreed de suggestie van de beide
werkgeversvoorzitters dat hij tijdens de SER-vergadering andere dingen
zou hebben gezegd dan eerder in de media. We hebben nooit gezegd dat
we niet willen praten, maar dan moet er natuurlijk wel wat te praten
zijn.
© SER 2003 16/5/2003