Economisch Instituut voor de Bouwnijverheid

Persbericht

Innovatie en bouwbedrijf

---

Bouwbedrijf is wel degelijk innovatief

Innovatie verloopt in het bouwbedrijf traag maar gestaag. Veel innovaties zijn incrementeel, wat wil zeggen dat zij door het bouwbedrijf geleidelijk aan worden doorgevoerd zonder al te veel risicos te nemen. Verbetering van de concurrentiepositie door verlaging van de kosten is voor bouwbedrijven het belangrijkste motief om te innoveren. De meeste innovaties worden echter ingekocht en bestaan uit materieel, gereedschappen en materialen. Het zelf ontwikkelen van innovaties is voor de meeste bedrijven geen haalbare kaart. De hoge kosten die hiermee gepaard gaan en de onzekerheid over het in voldoende mate kunnen toepassen van innovaties bij toekomstige projecten vormen een belangrijke belemmering. Wel blijken veel ideeën voor vernieuwing van het bouwbedrijf afkomstig. De ontwikkeling en productie komen echter veelal voor rekening van toeleveranciers.

Dit blijkt uit de publicatie Innovatie en bouwbedrijf van het Economisch Instituut voor de Bouwnijverheid (EIB) te Amsterdam.

Vaak wordt de bouw nog gezien als een ambachtelijke bedrijfstak waarin het productieproces vergeleken met andere bedrijfstakken weinig of niet is gemechaniseerd. Het grote aantal kleine ondernemingen, de vele partijen in het bouwproces en de grote arbeidsintensiteit van het productieproces worden als belemmering gezien voor het ontwikkelen en toepassen van innovaties. Het EIB heeft bij duizend hoofdaannemingsbedrijven onderzocht in hoeverre dit beeld een juiste weergave is van hun dagelijkse praktijk.

Een andere conclusie van het onderzoek is dat bouwproducten en bouwbedrijven zon grote verscheidenheid kennen dat een algemene uitspraak over de innovatiegerichtheid van de sector niet mogelijk is. In sommige sectoren oogt het productieproces vrij ambachtelijk; bijvoorbeeld in het kleinschalige onderhoud en in de renovatie in de b&u (burgerlijke en utiliteitsbouw). In andere sectoren bruist het van de technische vernieuwingen: bijvoorbeeld in de kabel- en buizensector (nieuwe boor-, kabel- en buissystemen) of in de beton- en waterbouw (nieuwe tunnelboorsystemen).

Wat innovatiegerichtheid betreft is er een duidelijk verschil tussen kleine en grote bedrijven en tussen b&u- en gww-bedrijven. Het grootbedrijf heeft meer financiële en organisatorische mogelijkheden tot het ontwikkelen en toepassen van innovaties dan het midden- en kleinbedrijf. In de grond-, water- en wegenbouw (gww) zijn bedrijven meer op innovatie gericht dan in de b&u. Belangrijke oorzaken hiervan zijn de leidende positie van het grootbedrijf in de gww, de beperkte productdiversiteit en de invloed van de opdrachtgever op het bouwproces.
Zie publicatie: Innovatie en bouwbedrijf