Openbaar Ministerie
Arnhem, 27 mei 2003
Geen cassatieberoep tegen vrijspraak André de V.
De advocaat-generaal bij het ressortsparket te Arnhem stelt geen
beroep in cassatie in tegen het arrest d.d. 12 mei jl. van het
gerechtshof te Arnhem, waarbij André de V. werd vrijgesproken van de
hem telastegelegde brandstichting op het terrein van S.E. Fireworks te
Enschede.
Met een zeer uitgebreide motivering oordeelde het hof dat er weliswaar
wettige bewijsmiddelen waren, maar dat het hof niet door die wettige
bewijsmiddelen de overtuiging heeft bekomen dat verdachte het hem
telastegelegde heeft begaan, zodat hij daarvan moest worden
vrijgesproken.
Het gerechtshof is de laatste instantie die een feitelijk oordeel kan
geven over de strafzaak. De Hoge Raad kan slechts een oordeel vellen
over de juridische aspecten van de zaak, niet over een feitelijke
weging van bewijsmiddelen.
Slechts als er sprake is van schending van rechtsregels of van
vormverzuimen kan een toetsing door de Hoge Raad met succes worden
gevraagd. Onder vormverzuim kan ook worden begrepen een motivering die
de beslissing niet kan dragen. De Hoge Raad noemt dan de motivering
'onbegrijpelijk'.
De advocaat-generaal komt na grondige bestudering van het betreffende
arrest en overige relevante stukken tot de conclusie dat daarvan geen
sprake is. De motivering die door het hof is gegeven kan naar de
criteria van de Hoge Raad de vrijspraak dragen en is derhalve niet
'onbegrijpelijk'. Van overige vormverzuimen of van schending van
rechtsregels is de advocaat-generaal niet gebleken.
De uitspraak van het hof kan derhalve naar zijn oordeel niet met
succes in cassatie worden aangevochten.
Het hof had alle door de verdediging gevoerde juridische verweren,
zoals het inzetten van een undercoveragent in het Huis van Bewaring,
verworpen en het Openbaar Ministerie ontvankelijk verklaard in zijn
strafvervolging. Dit gedeelte van het arrest levert voor het Openbaar
Ministerie derhalve evenmin grond op voor toetsing door de Hoge Raad.