Nederlands Huisartsen Genootschap
Naast Aanvulling Telefoonwijzer nu ook Draaiboek SARS voor huisartsen
4 juni 2003
Voorbereidingen SARS
Nog steeds is de mondiale SARS-epidemie niet onder controle. Het is
daarom voorstelbaar dat een patiënt die recent uit één van de
risico-gebieden is teruggekomen zich met klachten als koorts of
luchtwegproblemen wendt tot een huisartsenpraktijk of een
huisartsenpost.
Vanwege de ernst van de aandoening en de besmettelijkheid ervan is het
voor huisartsen, praktijkassistentes en telefonistes op
huisartsenposten belangrijk om rekening te houden met SARS. Het
Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG) heeft recent de implicaties
hiervan voor het aannemen van verzoeken om een consult of visite nog
eens op een rijtje gezet in de vorm van een aanvulling op de
NHG-Telefoonwijzer (voor downloaden: zie hieronder). Het NHG en de
Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV) zijn van mening dat de eerste
diagnostiek en de eventuele thuisbehandeling van SARS zoals in het
draaiboek beschreven tot de taak van de huisarts moeten worden
gerekend.
NHG-Telefoonwijzer: extra vragen voor patiënten
De richtlijn voor SARS betekent een uitbreiding van het aantal vragen
die door de assistentes worden gesteld bij het in kaart brengen en
beoordelen van soortgelijke klachten. De extra vragen dienen te worden
gesteld aan patiënten met meldingen over koorts, hoesten, verkoudheid
en kortademigheid.
LCI draaiboek SARS
De telefoonwijzer is slechts bedoeld als leidraad voor het eerste
contact met patiënten (triage). Het is voor de huisarts echter
belangrijk om meer te weten van SARS en de praktische implicaties voor
de praktijk. Het NHG en de LHV kregen hier ook veel vragen over van
huisartsen. De Landelijke Coördinatiestructuur
Infectieziektebestrijding (LCI) heeft om die reden, in samenwerking
met een groot aantal organisaties, een draaiboek samengesteld die op
veel praktische zaken een antwoord geeft. Dit draaiboek geeft
richtlijnen voor huisartsen GGD-en, ziekenhuizen en laboratoria in het
kader van een importgeval van SARS. Effectieve samenwerking is
cruciaal voor een succesvolle infectieziektebestrijding en het
voorkomen van transmissie van SARS in de Nederlandse populatie.
Het draaiboek is in een kort tijdsbestek opgesteld. Gezien de
actualiteit van het onderwerp kunnen onderdelen van het draaiboek in
de tijd worden bijgesteld. Het is aan te raden regelmatig de website
van de LCI (www.infectieziekten.info) te bezoeken voor de meest
recente versie.
Belangrijkste adviezen in draaiboek
Het is belangrijk dat iedere huisarts zich op de hoogte stelt van de
inhoud van het draaiboek. In het draaiboek zijn adviezen te vinden
over:
- Samenwerking met de GGD. De GGD(arts infectieziekten) is de
casemanager rondom een geval van SARS. In het draaiboek staan
criteria voor een verdacht geval van SARS conform de richtlijnen van
de Inspectie voor de Gezondheidszorg. Deze criteria zijn minder strikt
dan de casusdefinitie van SARS. Reeds bij een verdenking dient contact
opgenomen te worden met de GGD om over verdere diagnostiek en
eventuele verwijzing te overleggen. De GGD draagt zorg voor
diagnostiek, maar zal in de praktijk vaak aan de huisarts vragen
monsters voor diagnostiek af te nemen. De GGD draagt ook zorg voor
het vervoer van monsters in overleg met het laboratorium van het
ziekenhuis Daarnaast regelt de GGD de informatievoorziening en
monitoring van personen die in contact zijn geweest met een mogelijk
SARS-geval.
- Beoordeling patiënt thuis. Het advies om bij een vermoeden
van SARS de patiënt bij voorkeur in de eigen thuissituatie te
beoordelen blijft gehandhaafd.
- Materialen die op voorraad moeten zijn. Er wordt
geadviseerd om de volgende materialen beschikbaar te hebben: minimaal
2 mondneusmaskers klasse FFP2, bereik van 1 micron;
onderzoekshandschoenen; wegwerp schort met lange mouwen;
oogbescherming; 70% alcohol; handalcohol; huishoudelijke
schoonmaakmiddelen inclusief chloor.
- Verdere diagnostiek (met name röntgendiagnostiek) of
behandeling. Een röntgenfoto is niet obligaat om een zeker of
vermoedelijk geval van SARS te kunnen vaststellen. Een verwijzing voor
verdere diagnostiek dient in overleg met de GGD arts en
SARS-contactarts van het ziekenhuis te worden genomen. Het wordt
afgeraden om patiënten met een vermoeden op SARS met eigen vervoer en
zonder voorafgaand overleg naar het ziekenhuis te laten gaan. Er zal
de komende tijd een lijst beschikbaar komen van ziekenhuizen die voor
de opvang van mogelijke SARS-patiënten zijn toegerust.
Informatie over SARS
Er is door de verschillende partijen afgesproken dat de
informatievoorziening aan het algemene publiek en aan de
gezondheidswerkers wordt gecoördineerd door het Ministerie van VWS.
Indien u vindt dat het draaiboek op bepaalde praktische onderdelen
onvoldoende informatie geeft dan kunt u contact opnemen de lokale
GGD.
* pdf Aanvulling NHG-Telefoonwijzer inzake SARS (versie 1 mei
2003)
Bedoeld voor assistentes en telefonistes in de huisartsenpraktijk
en op de huisartsenpost
* pdf Draaiboek SARS van de Landelijke Coördinatiestructuur
Infectieziektebestrijding (LCI)
(versie 26 mei)
Nuttige hyperlinks
Op de volgende websites meer gedetailleerde en actuele informatie aan
over SARS:
www.minvws.nl
aspecten van SARS die de volksgezondheid betreffen
www.infectieziekten.info
protocol en draaiboek SARS, kijk onder protocollen en draaiboeken
in de linker kolom van deze internetpagina.
www.igz.nl
circulaires van de Inspectie voor de Gezondheidszorg voor de
medische beroepsgroepen
www.minbuza.nl
reisadviezen
www.who.int
Engelstalige informatie over SARS