Wageningen Universiteit

Persbericht Wageningen Universiteit: nr 037, 4 juni 2003

Inauguratie prof. Van Woerkum

Het gesproken woord loodst organisaties door veranderingsproces

Nieuwe organisaties hebben na een pionierfase de neiging om te verstarren. Dit autonome proces voltrekt zich volgens een vast bouwplan, waaraan organisaties zich alleen kunnen onttrekken door zich zeer bewust te zijn van zo'n veranderingsproces. Alleen dan kunnen zij maatregelen nemen die de noodzakelijke aanpassing aan de omgeving versoepelen. Gebeurt dat niet dan marginaliseert de organisatie zich in de maatschappij en zal uiteindelijk verdwijnen. Om een noodzakelijke gemeenschappelijke koers uit te zetten is het gesproken woord het adequate middel. Dat betoogt prof.dr. Cees van Woerkum in zijn inaugurele rede op donderdag 5 juni aan Wageningen Universiteit.

Volgens prof. Van Woerkum, die de nieuwe leerstoel Communicatiemanagement bekleedt, is het einde van doel-middelbenadering in zicht als het gaat om het overleven van organisaties in een veranderende omgeving. In zijn oratie Organisaties in hun biotoop: over de communicatie van organisaties stelt de Wageningese hoogleraar dat het doel-middeldenken te veel gericht is op beheersen van de omgeving. Daar hoort de gedachte bij dat relaties met de omgeving te sturen zijn. Dat is een illusie gebleken. Een organisatie wordt juist succesvoller, wanneer ze meer nadruk legt op een sterk gemeenschappelijk richtingsgevoel waarbij tegelijkertijd ingezet wordt op kansrijke situaties. Die juiste koers wordt gevonden in interne reflecties, en vooral in interacties, dialogen en experimenten met de omgeving. Deze stapsgewijze benadering levert in complexe en dynamische milieus waarin organisatie verkeren meer op dan de doel-middelplanning.

Van Woerkum ziet communicatie als informatieoverdracht dan ook niet langer als de berichtgeving van zender naar ontvanger, maar benadert communicatie als een co-productie tussen beiden. De ontvanger maakt een eigen beeld van de inhoud van de boodschap van de zender, gebaseerd op zijn eigen voorkennis en de nieuwe informatie. Van 'ontvangers' is daarom feitelijk geen sprake meer.

Gesproken woord

Ondanks de huidige dominerende beeldcultuur is de hegemonie van het oog niet onweersproken. De snelle visuele informatieoverdracht mag aanlokkelijk zijn door fraaie plaatjes, zelfs ordenend door de opsomming (bijvoorbeeld in Power points slides) of details verschaffen, zoals cijfermateriaal, maar ze blijft in gebreke als 'stof om over te praten'.

Daarentegen dient een nieuwe oraliteit zich aan: rap-muziek, stand-up comedians, de zeer verbale tv-soaps, gesproken poëzie, management-by-speech en vooral de praatplaag via mobieltjes. We kunnen niet sneller horen dan er gesproken wordt, maar snelheid is niet de voornaamste factor bij het voltrekken van een veranderingsproces. Terwijl het beeld afstand houdt, mobiliseert het gesproken woord betrokkenheid, vanwege zijn persoonlijke expressie en overtuigende kracht. Ook ten opzichte van geschreven taal is het gesproken woord in het voordeel wanneer het gaat om de bedoeling en de kern van het verhaal. En juist de bedoelingen zijn van belang om een gemeenschappelijk richtingsgevoel binnen de organisatie te kweken.