NIERSTICHTING NEDERLAND

Kans sterven op wachtlijst in Nederland het grootst

23 juni 2003, Bussum. Nierpatiënten in Nederland die wachten op een niertransplantatie hebben, vergeleken met andere Europese landen, de grootste kans te sterven op de wachtlijst. Dit komt doordat Nederland zeer weinig donoren en zeer weinig niertransplantaties per miljoen inwoners telt. Dit schrijft Compliance Consult in haar rapport Vrijblijvendheid remt donatie van nieren; een verkenning van internationale verschillen van niertransplantaties. Volgens dit rapport kan een bezwaarregistratiesysteem, vooral in combinatie met goede organisatie in ziekenhuizen en wervende promotie, aanzienlijk meer donoren en dus meer transplantaties opleveren.

Compliance Consult heeft in opdracht van de Nierstichting en Nierpatiëntenvereniging LVD onderzoek gedaan naar de verschillen in Europese landen op het gebied van niertransplantaties. Aanleiding van het onderzoek is de schrijnende situatie in Nederland voor nierpatiënten die wachten op een transplantatie. Momenteel staan er 1272 nierpatiënten op de wachtlijst en is de gemiddelde wachttijd opgelopen tot 4,5 jaar. De wachtlijst groeit niet meer verder omdat patiënten op de wachtlijst sterven, terwijl ze wachten op een nieuwe nier.
Het rapport van Compliance laat zien dat de kans dat nierpatiënten overlijden op de wachtlijst in Nederland het grootst is. Het rapport maakt inzichtelijk dat landen met een bezwaarregistratie systeem, daarbij is iedereen donor tenzij hij of zij aangeeft geen donor te willen zijn, meer niertransplantaties realiseren dan landen met een toestemmingsregistratie (zoals in Nederland). Landen als Spanje, Oostenrijk en België (met een bezwaarregistratie systeem )hebben achtereenvolgens 32.5, 23.7 en 21.6 donoren per miljoen inwoners. Daarentegen hebben landen met een toestemmingsregistratie zoals Duitsland, Engeland en Nederland slechts 13.1, 13.1 en 11.7 miljoen donoren per miljoen inwoners.

Veilig verkeer nauwelijks invloed op aantal orgaandonaties Het NIVEL, dat in opdracht van VWS ook onderzoek heeft gedaan naar het donorpotentieel, schrijft dat het relatief lage aantal verkeersdoden in Nederland een belangrijke oorzaak is voor het lage aantal orgaandonoren. Dat is een misverstand, aldus Paul Beerkens, algemeen directeur Nierstichting Nederland, en kan er ten onterechte toe leiden dat de schrijnende situatie rond orgaandonatie in Nederland wordt beschouwd als niet-te-beïnvloeden.
De belangrijkste doodszoorzaak bij donoren is namelijk CVA (hersenvaatletsel) en niet een verkeersongeval. Nederland heeft een gemiddeld aantal mensen dat overlijdt ten gevolge van CVA en een laag aantal dat overlijdt aan een verkeersongeval. Vergeleken met andere landen presteert Nederland slecht en realiseert met deze potentiële donoren een laag aantal transplantaties.

Wachttijd terugdringen naar maximaal 2 jaar
De Nierstichting vindt het onacceptabel dat nierpatiënten gemiddeld vier jaar moeten wachten op een donornier en heeft zich ten doel gesteld de wachttijd voor een niertransplantatie te verkorten tot maximaal 2 jaar. De focus ligt hierbij op het overtuigen van de overheid van de noodzaak van een andere wet. De huidige Wet op de Orgaandonatie gaat uit van een vrijblijvende toestemmingsregistratie. Van de ruim 12 miljoen Nederlanders boven de 18 jaar heeft circa 60% zich niet geregistreerd. Bij niet-registratie gaan nabestaanden er vaak van uit dat de overledene zijn organen niet wilde afstaan. Hierdoor gaat een heel groot deel van het toch al geringe donorpotentieel verloren. De Nierstichting pleit daarom bij de overheid voor de invoering van een bezwaarregistratie systeem, om zo het donorpotentieel substantieel te vergroten.
Daarnaast start de Nierstichting in het najaar een grote landelijke voorlichtingscampagne Weet u het al van elkaar? De Nierstichting wil met de campagne mensen stimuleren om op zijn minst met elkaar te praten over orgaandonatie. Zodat bij het stellen van de donatievraag aan de nabestaande, het huidige aantal nee-zeggers afneemt.

Noot voor de redactie,