Socialistische Partij
ABN-AMRO bombardeert eigen gedragscode
Onlangs ondertekende ABN-AMRO een gedragscode van de Wereldbank
waarbij de bank belooft niet te investeren in projecten die
vervuiling, gezondheidsrisico's of sociaal onrecht opleveren. Toch
heeft de bank nog altijd een belangrijk aandeel in het
clusterbombedrijf Insys, waardoor het spaargeld van haar klanten
uiteindelijk 'collateral damage' oplevert.
door Ronald van Raak en Krista van Velzen, resp. Eerste- en
Tweede-Kamerlid voor de SP
In Irak kwamen, volgens cijfers van de Europese Commissie, alleen al
in april meer dan 340 mensen om het leven door niet-geëxplodeerde
landmijnen en clusterbommen. Driekwart van de verwondingen van
kinderen in Noord-Irak is volgens deskundigen aan deze clusterbommen
te wijten. ABN-AMRO heeft nog steeds een belang in het Britse bedrijf
Insys, dat de door het Engelse leger gebruikte clusterbommen in Irak
operationeel houdt. Clusterbommen strooien boven de grond duizenden
granaten uit en vernietigen alles en iedereen over een oppervlakte van
enkele voetbalvelden. 10 tot 30 procent van deze granaten ontploft
echter niet direct. In Kosovo en Afghanistan en recentelijk ook in
Irak komen nog altijd burgers om het leven doordat granaten na de
strijd alsnog ontploffen, bijvoorbeeld als boeren hun land bewerken of
kinderen speelgoed denken te vinden: Unicef wijst op de groengele
kleur, waardoor de clusterbommen kinderen sterk aantrekken.
De SP heeft het afgelopen jaar met succes acties gevoerd tegen de
clusterbomconnectie van ANB-AMRO; in november 2002 liet de bank weten
dat zij geen nieuwe investeringen in clusterbombedrijven zal doen.
Tegelijkertijd kondigde de bank echter aan het bestaande contract
tussen Insys en de Britse overheid, dat pas in 2006 afloopt, niet te
zullen ontbinden. Onder druk van nieuwe protesten maakte Rijkman
Groenink, de voorzitter van de Raad van Bestuur van ABN-AMRO, tijdens
de aandeelhoudersvergadering van 29 april bekend dat de bank alsnog
haar belangen in Insys wil verkopen. Tot op heden is het echter bij
mooie woorden gebleven en is de bank nog steeds een medefinancier van
clusterbommen.
Niet alleen het Britse, maar ook het Nederlandse leger bezit
clusterbommen. Van de ruim 700 bommen is eveneens een deel afkomstig
van Insys. Niet alleen ABN-AMRO, maar ook de Nederlandse regering zou
afstand moeten doen van deze wapens en zich moeten inzetten voor een
internationaal verbod op de productie en het onderhoud van
clusterbommen. Nederland was in 1999 één van de ondertekenaars van een
Landmijn-Conventie, die het gebruik van anti-persoonsmijnen verbiedt.
De ondertekenaars hebben zich verbonden aan een verbod op gebruik,
productie, bevoorrading en export van landmijnen. Helaas gaat dit
verdrag uit van een nauwe definitie van 'anti-persoonsmijnen'.
Uitgegaan wordt van de intentie waarmee een wapen gebruikt wordt en
niet van de reële effecten. Een clusterbom is volgens deze definitie
niet een anti-persoonsmijn, omdat deze bom geacht wordt te ontploffen
nog voor hij wordt aangeraakt. De praktijk is echter anders;
niet-ontplofte clusterbomgranaten blijken dezelfde uitwerking te
hebben als anti-persoonsmijnen. Het uitblijven van een verbod op
clusterbommen stelt ABN-AMRO in staat nog steeds te investeren in
Insys.
De Nederlandse regering moet zich sterk maken voor een internationaal
verbod op clusterbommen; zij moet duidelijk aangeven wat
maatschappelijk verantwoord ondernemen is. Ook ABN-AMRO heeft echter
een sociale verantwoordelijkheid. Zolang de bank niet stopt met de
financiering van Insys, legt zij niet alleen een bom onder haar eigen
gedragscode, maar wordt Nederlands spaargeld omgezet in 'collateral
damage'. Wij zijn er van overtuigd dat de klanten van ABN-AMRO dat
niet voor hun rekening willen nemen.
Deze opinie verscheen op 21 juni en 23 juni 2003 in verschillende
regionale kranten.
---