Onderhandelingen CAO Dagbladjournalisten opgeschort
Aan het einde van de vierde onderhandelingsronde voor een nieuwe
CAO voor Dagbladjournalisten heeft de NVJ het CAO-overleg
opgeschort. Reden voor de opschorting is vooral het feit dat de NVJ
tijdens de 4e ronde een structurele looneis op tafel heeft gelegd
van 2% voor 2003 terwijl de werkgevers niet verder kunnen gaan dan
1% structureel plus een eenmalige uitkering van 0,5% in 2003. De
looneis van de NVJ overschrijdt de mogelijkheden die werkgevers
binnen het bestaande loongebouw hebben voor 2003; de grens van het
mandaat is bereikt. Het jaar 2003 is voor de dagbladondernemingen
zeer zorgwekkend, met name veroorzaakt door structureel sterk
teruggelopen advertentieinkomsten en laat geen tot zeer weinig
ruimte over voor structurele loonsverbeteringen. In de afgelopen 12
tot 18 maanden is de werkgelegenheid als gevolg van noodzakelijke
reorganisaties binnen de uitgeverijsector al met 10% gekrompen. In
vergelijking met andere bedrijfstakken is dit een uitzonderlijk
hoog percentage.
De werkgevers hebben tijdens het CAO-overleg wel openingen geboden
om de door de NVJ gewenste structurele loonsverhoging van 2% te
realiseren in 2003 door een koppeling te leggen met het lopende
onderzoek naar een nieuwe indelings- en beloningssystematiek voor
dagbladjournalisten. Met dit onderzoek is een paritaire
studiecommissie bezig in opdracht van de besturen van NDP en NVJ.
De commissie wordt hierin bijgestaan door een extern bureau,
Deloitte & Touche. Indien in 2004 op basis van het onderzoek een
nieuw marktconform loongebouw met een valide indelingssystematiek
wordt gerealiseerd, zijn werkgevers bereid om, vooruitlopend
hierop, reeds in 2003 een structurele loonsverhoging voor de
dagbladjournalisten af te spreken. De systematiek van het huidige
loongebouw legt een té groot beslag op de beschikbare loonruimte.
De kosten van het huidige loongebouw leiden er nu toe dat
rekeninghoudend met de gemiddelde schaaltrede van 5% in combinatie
met de eerdere looneis van de NVJ van 3,5% de totale loonstijging
van een dagbladjournalist in 2003 8,5% zou bedragen. Aangezien ruim
50% van de dagbladjournalisten reeds aan het einde van hun
salarisschaal zijn beland, bedraagt de stijging van de structurele
loonkosten als geheel gemiddeld nog altijd een zeer fors
percentage, namelijk (2,5 + 3,5 =) 6%! Door de weigering van de NVJ
om bovenstaande koppeling te leggen, is er juist voor de groep
eindlijners geen tot nauwelijks loonruimte beschikbaar. Zolang er
geen sprake is van een marktconform loongebouw, zal deze situatie
zich blijven voordoen en het CAO-overleg telkenjare ernstig
hinderen.
De NVJ heeft tijdens het CAO-overleg een alternatief op tafel
gelegd voor een nieuw loongebouw voor Dagbladjournalisten met een
eigen interpretatie van het begrip marktconformiteit, een verlaging
van de gemiddelde schaaltrede met ¼ en het aanbrengen van extra
salarisstappen bovenop de hogere salarisafdelingen, zonder hierbij
evenwel afspraken te willen maken over het hanteren van een
adequaat beoordelingssysteem. Werkgevers staan uiteraard positief
tegenover het idee van een nieuw loongebouw, maar vinden dat dit
niet even binnen het CAO-beraad moet worden gerealiseerd doch moet
worden overgelaten aan de bovengenoemde studiecommissie die
CAO-partijen zelf hiermee eind vorig jaar hebben belast. Het maken
van een nieuw loongebouw vergt naar het oordeel van de werkgevers
een grote mate van zorgvuldigheid en expertise. Werkgevers zijn er
daarom voorstander van om de paritaire commissie aan te sporen in
2003 te komen met een voor beide partijen bevredigend resultaat.
Werkgevers gaan ervan uit dat de NVJ thans haar achterban zal
raadplegen en verwachten dat de NVJ zal aangeven wanneer zij het
CAO-overleg wil hervatten. De NVJ heeft voorts aangegeven
constructief te willen zijn tijdens haar beraad met de achterban.
Nederlands Uitgeversverbond