Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
http://www.minszw.nl
RECTIFICATIE: MIN SZW Toespraak minister De Geus
RECTIFICATIE
Nr. 2003/90
26 juni 2003
Embargo:
26 juni 2003 tot
17.00 uur
Minister De Geus: extra aandacht voor integratie allochtone vrouwen
Minister De Geus van Sociale Zaken en Werkgelegenheid wil de komende
tijd als verantwoordelijk bewindspersoon voor emancipatiezaken meer
aandacht voor de integratie van allochtone meisjes en vrouwen.
Op de slotbijeenkomst van het SZW-project 'Mannen worden er beter van'
in Den Haag noemde minister De Geus de positie van allochtone vrouwen
kwetsbaar. Hij kondigde aan samen met zijn collega voor
Vreemdelingenzaken en Integratie, minister Verdonk, een plan van
aanpak op te zullen stellen. Voor minister De Geus is het thema
emancipatie en integratie 'één van de belangrijkste onderwerpen van
het emancipatiebeleid deze kabinetsperiode'.
Het project 'Mannen worden er beter van' bestond onder meer uit een
website en had tot doel burgers mee te laten denken over het
emancipatiebeleid. In een half jaar tijd bezochten meer dan 55.000
mensen de website. De opmerkingen en ideeën die op bijeenkomsten en op
de website binnenkwamen, worden meegenomen in het
emancipatiebeleid.
Toespraak door minister mr. A.J. de Geus van Sociale Zaken en
Werkgelegenheid tijdens de slotbijeenkomst 'Mannen worden er beter
van. En vrouwen ook!' op 26 juni 2003 in Den Haag.
Als minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid mag ik me sinds kort
ook inspannen voor emancipatie en familiezaken. Daar ben ik blij om.
Daarbij wil ik voorop stellen dat ik het principe huldig dat
emancipatiebeleid zowel over vrouwen als over mannen gaat. En daarmee
realiseer ik me terdege dat het emancipatiebeleid nog lang niet af
is.
Er is de afgelopen decennia veel bereikt. En, om bij het thema van
vandaag te blijven, de meesten van ons zijn er aanzienlijk beter van
geworden.
Vandaag aan mij de eer het traject: Mannen worden er beter van. En
vrouwen ook af te sluiten.
Een half jaar lang bent u, wat we zo mooi noemen, interactief aan het
werk geweest. Via een website kon eenieder die dat wilde zijn zegje
doen over het emancipatiebeleid. En Nederland zou Nederland niet zijn
als daar niet volop gebruik van was gemaakt: de laatste cijfers laten
zien dat inmiddels meer dan 55.000 mensen de site hebben bezocht. Ook
waren er meer dan 1600 discussiebijdragen en werden werkbijeenkomsten
druk bezocht.
Een prima manier om mensen meer bij het emancipatiebeleid te
betrekken.
De opmerkingen en ideeën die op de website binnen kwamen en tijdens de
werkbijeenkomsten, zijn samengevat in deze afsluitende rapportage.
Daarin wordt onder meer geconcludeerd dat emancipatie een 'continu
proces is dat onder invloed van de samenleving verandert'. Dat
betekent dat er steeds nieuwe dingen opdoemen die om vernieuwend
beleid vragen. De aanbevelingen en conclusies die u trekt zijn
inspirerend voor dat noodzakelijke vernieuwende emancipatiebeleid.
Vraag is hoe pakken we dat verder aan?
Als ik uitga van de core business van een minister van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid dan liggen mijn verantwoordelijkheden vooral bij de
zorg voor werk en inkomen.
Veel van uw aanbevelingen hebben daar betrekking op.
De afgelopen decennia zijn steeds meer vrouwen gaan werken. Uit recent
onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau blijkt dat het
gemiddelde aantal uren dat vrouwen per week werken, de afgelopen
vijfentwintig jaar meer dan verdubbeld is.
Dat is op zich een goede zaak. Niet alleen met het oog op economische
zelfstandigheid en persoonlijke ontwikkeling. Maar ook als antwoord op
vergrijzing en uitstroom op de arbeidsmarkt waar we na 2010 in alle
hevigheid mee geconfronteerd worden. En niet in de laatste plaats om
onderwijs, zorg en sociale zekerheid betaalbaar te houden.
Daarbij past een gezinsvriendelijk emancipatiebeleid.
Met als motto 'Werkende ouders en tevreden kinderen'.
Nederland kent het fenomeen van anderhalfverdieners. In veel gevallen
gaat het om een bewuste keuze van vrouwen niet full time te willen
werken. Anderzijds blijkt een kwart van de vrouwen meer te willen
werken als hun partner maar meer in het huishouden zou gaan doen.
Een meer evenwichtige verdeling van verantwoordelijkheden thuis is dus
een belangrijke stap naar een grotere arbeidsparticipatie van
vrouwen.
Daarom doen we een beroep op mannen, werken we tegelijkertijd aan een
goede Wet basisvoorziening kinderopvang, willen we naar een moderne
levensloop toe waarin werknemers er een tijdje tussenuit kunnen en
meer mogelijkheden krijgen om bijvoorbeeld arbeid met studie en zorg
te combineren.
Maar de overheid moet niet zeggen dat de traditionele rolverdeling
niet meer mag. Dàt moeten mensen zelf beslissen.
Dat betekent ook voortzetting van de successen die we hebben bereikt
in het kader van de projecten dagindeling: gemeentelijke en
particuliere initiatieven die het gemakkelijker maken werk en privé te
combineren.
De Commissie Dagarrangementen heeft in haar eindadvies vijftien
aanbevelingen gedaan. Die zijn erop gericht onderwijs, opvang en vrije
tijd beter af te stemmen op de leefstijl en tijdsbesteding van ouders
en hun kinderen.
Zo is bijvoorbeeld 57 procent van de gemeenten bezig met het
ontwikkelen van de brede school waarin sprake is van intensieve
samenwerking tussen verschillende voorzieningen in de sociale
infrastructuur, het onderwijs, hulpverlening enzovoorts.
Mijn inzet is de komende tijd via de Europese structuurfondsen geld
voor voortzetting van deze initiatieven vrij te maken.
Ik noemde al de Wet basisvoorziening kinderopvang. Willen we vrouwen
in de gelegenheid stellen te blijven werken, dan moet er voldoende en
kwalitatief goede kinderopvang zijn. Ook in de aanbevelingen wordt
daarop gewezen.
Daarom heeft dit kabinet, ondanks de miljardenbezuinigingen die helaas
onvermijdelijk zijn, structureel honderd miljoen euro extra
vrijgemaakt voor deze wet die op 1 januari 2005 van kracht moet
worden.
Ik erken dat die honderd miljoen niet genoeg is om de stijging van
prijs en aantal kindplaatsen op te vangen. Dat betekent dat ook de
beide andere partijen
- werkgevers en werknemers - een aandeel moeten leveren.
Hoe we het beste tot een evenwichtige, werkbare en verantwoorde
verdeling van de lasten kunnen komen, daarover komt het kabinet met
voorstellen waarover we vervolgens met de Kamer van gedachten zullen
wisselen.
Tot slot nog een ander punt dat in uw rapportage terecht veel aandacht
krijgt. Namelijk de zorg voor allochtone Nederlanders. Het is
uiteraard belangrijk dat alle groepen - allochtoon en autochtoon -
betrokken worden bij het emancipatiebeleid. De positie van allochtone
meisjes en vrouwen is kwetsbaar en vraagt extra aandacht. We zullen
ook in gesprek moeten met allochtone mannen die nog al te vaak alleen
oog hebben voor de traditionele rolverdeling waarbij de zorg exclusief
aan vrouwen toekomt.
Het thema emancipatie en integratie is wat mij betreft één van de
belangrijkste onderwerpen in het emancipatiebeleid deze
kabinetsperiode. Samen met mijn collega voor Vreemdelingenzaken en
Integratie, minister Verdonk, bereid ik momenteel een plan van aanpak
voor.
Daarnaast blijven mensenrechten en het uitbannen van huiselijk geweld
aandacht verdienen. In de laatste decennia is de hulpverlening voor
vrouwen aanzienlijk verbeterd. Zowel de preventie als de opvang.
Terecht is één van uw aanbevelingen gericht op het evenwichtig
inrichten van het hulpverleningscircuit voor vrouwen èn mannen.
Geweld binnenshuis is overigens geen zaak die zich vooral of alleen in
de beslotenheid van de allochtone gemeenschap afspeelt.
De achtergronden mogen verschillend zijn, maar geweld tegen vrouwen èn
mannen komt voor in alle culturen en in alle maatschappelijke milieus
en vraagt dus brede aandacht.
We sluiten nu de internetactie 'Mannen worden er beter van' af.
Maar daarmee zijn we er nog niet.
Ik begon met te zeggen dat emancipatiebeleid over vrouwen èn mannen
gaat.
Dat ook mannen belang hebben bij een evenwichtige verdeling van werken
en zorgen is evident. Ook mannen hebben op een aantal terreinen
achterstand opgelopen, dat blijkt eens te meer uit de reacties op de
website. Het voorbeeld van echtscheidingen waarbij kinderen vrijwel
altijd aan de moeders worden toegewezen en waar vaders het moeten doen
met een bezoekregeling, wordt vaak genoemd.
Emancipatie van mannen verloopt wellicht anders dan die van vrouwen.
Interessant is dat in kaart te brengen door er onderzoek naar te
doen.
Hoe dan ook zal veel van de mensen zelf moeten komen. Deze vorm van
interactieve beleidsvorming is een uitstekende manier om van de wensen
en meningen van de samenleving op de hoogte te blijven.
En daar worden we dan allemaal -mannen en vrouwen- nog beter van!
- LET OP EMBARGO -
26 jun 03 17:00