Verbond van Verzekeraars

Marktvergadering sector Leven, Schade en Zorg

Vlak voor de Algemene Ledenvergadering van het Verbond, die op 25 juni plaatsvond, werden de martkvergaderingen van de sectoren gehouden.
* Frits de Leeuw, voorzitter van de sector Levensverzekering, benadrukte in zijn inleiding dat "een verhoging van de arbeidsparticipatie niet via de fiscale weg moet worden gezocht".
* Sectorvoorzitter Henri van Lent (Schade) ging voornamelijk in op het terrorismedossier en toonde zich zeer verheugd dat de onlangs gevonden oplossing voor alle branches geldt en geheel is gebaseerd op solidariteit.

* En tijdens de martkvergadering voor de sector Zorg tenslotte, hield voorzitter Erno Kleijnenberg de aanwezige leden voor dat ze horen tot het selecte groepje verzekeraars van de sector waar grote ontwikkelingen op stapel staan.


---

Marktvergadering sector Leven

Verhoging arbeidsparticipatie moet anders

De fiscale kaders voor pensioen en prepensioen moeten in onze visie niet worden beperkt. De inrichting van pensioenregelingen is namelijk een taak van sociale partners. De verhoging van de arbeidsparticipatie kan beter op een andere manier worden vormgegeven. Sectorvoorzitter Frits de Leeuw ging tijdens de marktvergadering Leven vooral in op de actuele politieke ontwikkelingen.

Het afschaffen van de fiscale faciliëring voor de VUT en prepensioen, zoals dat in het regeerakkoord is opgenomen, is volgens De Leeuw niet de beste weg om de arbeidsparticipatie te verhogen. Het zet meer zoden aan de dijk als mensen worden gestimuleerd langer door te werken, bijvoorbeeld door het werken in deeltijd op latere leeftijd te stimuleren. Natuurlijk kan de levensloopregeling hierbij een belangrijke rol spelen, aldus De Leeuw, maar dan moet er wel meer geld worden uitgetrokken voor een fundamentele levensloopregeling. De tweehonderd miljoen euro die het kabinet-Balkenende voor een levensloopregeling heeft gereserveerd, noemde hij veel te mager.

Derde pijler

Om de toegankelijkheid in de derde pijler te verbeteren, moeten de knelpunten in de fiscale wetgeving, die voornamelijk zijn ontstaan door IB 2001 en het Belastingplan 2003, worden opgelost. Daarnaast meent De Leeuw dat het kabinet moet zoeken naar betere mogelijkheden om mensen in staat te stellen hun pensioentekort te repareren.

Intussen zitten de levensverzekeraars allerminst stil om hun standpunten voor het voetlicht te brengen, benadrukte hij. Zo zijn er zowel tijdens de (in)formatie als na het verschijnen van het regeerakkoord gesprekken met ministeries, politici en andere stakeholders geweest. Daarnaast heeft de sector een actieve inbreng geleverd, in samenwerking met onder meer het ministerie van SZW, bij de ontwikkeling van de levensloopregeling. Verder is er met politici en andere stakeholders een brainstormsessie gehouden over de levensloop.

Tijdpad

Vervolgens zette De Leeuw voor de aanwezige leden nog even kort het tijdpad voor de komende periode uiteen. Tussen nu en augustus zullen de diverse betrokken ministeries het Belastingplan 2004 concreet uitwerken. In augustus vindt de goedkeuring van dat plan plaats in de ministerraad, zodat het een maand later naar de Tweede Kamer kan. Voor oktober en november staat dan de behandeling in de Eerste Kamer gepland en de beoogde inwerkingtreding van het Belastingplan 2004 is logischerwijs op 1 januari.

Het Verbond zal vanaf nu doorlopend overleg voeren met de ministeries van Financiën en SZW, de politieke partijen, de vakbeweging, de werkgevers en de pensioenkoepels. Na het verschijnen van het Belastingplan zullen wij de lobby in de Tweede en Eerste Kamer verscherpen en ten slotte zullen we een sterk accent leggen op de PR, met name ook om het pensioenbewustzijn aan te wakkeren.

Pensioenvoorlichting

Maarten Dijkshoorn, voorzitter van de Issuecommissie Pensioenvoorlichting, benadrukte vervolgens de complexiteit van de term pensioen. Hij vroeg zich daarbij hardop af of pensioen eigenlijk wel uit te leggen ís. Maar, zo benadrukte hij, pensioenvoorlichting staat steeds meer in de politiek-maatschappelijke schijnwerpers en iedereen is het er wel over eens dat pensioenregelingen transparanter moeten.

Dijkshoorn gaf volmondig toe dat het beeld dat men daarbij van verzekeraars had, aanvankelijk niet al te positief was en dus bijstelling behoefde. Het Verbond is ook voorstander van het bevorderen van transparantie en heeft de roep om een betere pensioenvoorlichting ter harte genomen. Verzekeraars zijn zelfs al een eind op weg.

De afgelopen periode heeft het Verbond zich onder meer gebogen over de mogelijkheden om de jaarlijkse pensioenopgave te verbeteren. Ook is er, naar aanleiding van een aanbeveling van de Commissie Nationaal Pensioendebat, een haalbaarheidsonderzoek ingesteld naar een centraal pensioenregister. Beide initiatieven kunnen bijdragen aan een eenduidige en voor de consument inzichtelijke en begrijpelijke presentatie van de opgebouwde pensioenaanspraken. Volgens Dijkshoorn lijkt het er in ieder geval op dat verzekeraars zich langzaam maar zeker wat positiever op de pensioenvoorlichtingskaart weten te plaatsen. Er is nog een lange weg te gaan, maar ik heb het volste vertrouwen in een goede afloop.

Interne klachtenregeling

De Leeuw greep zijn inleiding tijdens de marktvergadering ook aan om het belang van een goede interne klachtenregeling onder de aandacht van de leden te brengen. Het CVS heeft onderzocht in hoeverre het Verbondsadvies over de opzet en werkwijze van een interne klachtenregeling, dat in 1997 is verschenen, wordt nageleefd. En hoewel de overgrote meerderheid van de verzekeringstransacties foutloos wordt verwerkt, gaat er natuurlijk ook wel eens iets mis. In zon geval is het prettig voor de consument als hij weet waar hij met een klacht terecht kan, aldus De Leeuw.

Uit het onderzoek blijkt dat slechts 59% van de verzekeraars de klant informeert over de klachtenregeling, meestal via de polisvoorwaarden en/of foldermateriaal. Daarnaast is gebleken dat verzekeraars de klachten op verschillende manieren behandelen. Slechts bij de helft van de respondenten worden klachten bij een klachtenbureau of een centraal punt gemeld, terwijl het de voorkeur verdient een klacht niet te laten behandelen door de werknemer die bij de transactie betrokken was, maar door een multidisciplinair klachtenbureau.

Positief is dat bijna 85 procent van de verzekeraars beschikt over interne regels over de afhandelingstermijn, maar daar staat weer tegenover dat minder dan driekwart van de medewerkers bekend is met de klachtenprocedure en slechts een kwart op cursus gaat. Tot slot zijn bestaande medewerkers in 30 procent van de gevallen niet bekend met het klachtenbeleid en ontvangen nieuwe medewerkers vaak geen informatie over de klachtenprocedure. Er kan dus nog wel het een en ander worden verbeterd, besloot De Leeuw.

naar boven

---

Marktvergadering sector Schade

Praktijk is soms weerbarstiger dan theorie

Sectorvoorzitter Henri van Lent spitste zijn inleiding tijdens de marktvergadering schade, die vlak voor de Algemene Ledenvergadering plaatsvond, vanzelfsprekend toe op het terrorismedossier. Hij noemde het zeer verheugend dat de gevonden oplossing voor alle branches geldt en helemaal is gebaseerd op solidariteit, maar riep de branche ook op om de massale polismutatie bij de eerstvolgende individuele gelegenheid nog eens te benadrukken.

De grootscheepse communicatiecampagne die half juni van start is gegaan, is de grootste die ooit door verzekeraars is gevoerd. Alle deelnemers aan de Nederlandse Herverzekeringsmaatschappij voor Terrorismeschaden, de NHT, doen aan de campagne mee. Naast een huis-aan-huisbrief, waarin alle belangrijke informatie met betrekking tot de dekking van het terrorismerisico is opgenomen, verschijnen er advertenties in de krant en wordt er de nodige gratis publiciteit opgeroepen.

De individuele verzekeraars zullen op polisniveau hun verzekerden in kennis moeten stellen van de polismutaties. Daarbij geldt, aldus Van Lent, dat hoe later dit gebeurt, hoe minder helder het verband met de collectieve campagne wordt. Ik roep u dan ook op om de mutaties, zoals die in de algemene brief zijn verwoord, bij de eerstvolgende gelegenheid dat u met de verzekerden communiceert, te herhalen. Dat hoeft niet morgen te zijn, maar tussen morgen en een paar jaar ligt een groot verschil. Overigens kunt u bij die herhaling volstaan met een verwijzing naar de huis-aan-huisbrief en het aanbod de stukken op verzoek toe te sturen.

Preventie en criminaliteit

Ander zeer belangrijk onderwerp voor de sector Schade is de praktische en pragmatische bestrijding van criminaliteit en het werken aan preventie. Van Lent noemde het opvallend dat juist daar waar de preventiebevordering en criminaliteitsbestrijding dicht tegen verzekeringsproducten aanligt zoals bij autos, pleziervaartuigen en caravans resultaten kunnen worden geboekt. Om de resultaten verder te verbeteren, heeft het Verbond verzekeraars, gemeenten, brandweer en andere overheden opgeroepen om samen aan de slag te gaan. De afdeling Brand zal dan ook gezamenlijke projecten opstarten met concrete doelstellingen, maar de resultaten zijn wel altijd afhankelijk van de wijze waarop de politie bereid is tot aanhouding of vervolging over te gaan. En daar zit de grote bottleneck, meent de sectorvoorzitter, die eraan toevoegde dat de bereidheid van verzekeraars om op de wat langere termijn te denken een ander belangrijk punt is.

Weerbarstige praktijk

Bovendien laten recente gebeurtenissen, zoals de Tipgeldregeling die uitvoerig in de Telegraaf is besproken, ook nog eens zien dat de praktijk soms weerbarstiger is dan de theorie, vervolgde Van Lent. In het Verbondsbestuur is enkele maanden geleden al besloten dat preventiebevordering en criminaliteitsbestrijding een speerpunt binnen de sector Schade zullen worden. Het sectorbestuur heeft daarop besloten een Issuecommissie Preventie en Criminaliteit in te stellen, die rechtstreeks onder het sectorbestuur valt en een belangrijke plaats binnen de organisatie krijgt. Van Lent riep de aanwezige verzekeraars op de marktvergadering alvast op om ruimhartig mee te doen als hen wordt gevraagd aan activiteiten mee te werken.

Eén actuariële commissie

Van Lent stond aan het einde van zijn inleiding ook nog even stil bij de organisatie en de kosten van de sector Schade. Samen met de secretaris heb ik in het eerste halfjaar een aantal gesprekken gevoerd met de voorzitters van de afdelingscommissies. Daarbij zijn onder meer de kosten van de afdelingen aan de orde gekomen, de organisatie van de sector en de samenstelling van de afdelingscommissies. De voorzitters rapporteerden allemaal dat zij de verhouding met het sectorbestuur als adequaat ervaren, dat er enthousiast wordt deelgenomen aan de vergaderingen van de afdelingscommissies en dat het nog altijd mogelijk is deze goed te bezetten. Maar in deze gesprekken kwam ook de wens naar voren om tot één actuariële commissie Schade te komen en de actuariële commissies per afdeling dus niet te handhaven. Ook wij als sectorbestuur denken dat het goed is als we kunnen beschikken over actuele en de hele sector omvattende cijfers. Er is met andere woorden dus besloten om over te gaan tot de instelling van één commissie Actuariële Zaken voor de sector Schade, maar vanzelfsprekend zal daarbij rekening worden gehouden met de wensen die bepaalde afdelingen hebben uitgesproken.

naar boven

---

Marktvergadering sector Zorg

Bij zorg gebeurt het

Voorzitter Erno Kleijnenberg hield de aanwezigen bij de marktvergadering Zorg voor dat ze horen tot het selecte groepje verzekeraars van de sector waar hét gebeurde. De grote ontwikkelingen zitten bij zorg, zei hij.

Kleijnenberg doelde niet alleen op de (overigens al jaren durende) discussie over verandering van het zorgstelsel en op de noodzaak voor een betere aansluiting tussen zorg en sociale zekerheid, maar ook op de mooie cijfers die inkomensverzekeraars dit jaar konden laten zien. Dat mocht ook wel eens, na de jaren waarin deze verzekeringstak diep in de rode cijfers verkeerde. In zijn inleiding drukte de voorzitter van de sector de aanwezigen nog eens op het hart om meer werk te maken van een goede interne klachtenprocedure.

Kabinetsplannen

Jeroen van den Oever (Zilveren Kruis) ging in zijn bijdrage aan de vergadering dieper in op die grote ontwikkelingen in de zorg, met name in relatie tot de kabinetsplannen. Hij nuanceerde de nodige teksten in het regeerakkoord. Als er bijvoorbeeld stond dat verzekeraars niet mogen differentiëren op persoonlijke kenmerken (van verzekerden), betekende dat dan dat ze dat wel op andere kenmerken zouden mogen? Bijvoorbeeld op de werkgever? Van den Oever: Een verzekeraar maakt dan een afspraak met een werkgever dat als zijn werknemers deelnemen aan een collectief contract nieuwe stijl, de premie bijvoorbeeld vijf procent lager wordt. De korting komt voort uit het onderhandelingsproces tussen verzekeraar en werkgever. Korting ontstaat niet doordat de verzekerde gezonder is, maar doordat hij deelneemt.

Een andere mogelijkheid is (in ons land een novum, maar in de VS al volop gebruik) dat de verzekeraar een managed care-contract aanbiedt aan verzekerden. Daarbij belooft de verzekerde dat hij alleen naar die zorgverleners gaat die zijn aanbevolen door de verzekeraar. Van den Oever zag daar nog wel mogelijkheden voor particuliere verzekeraars.

Einde collectieve contracten?

Somberder was hij over de toekomst van de collectieve contracten. Als de aantrekkelijkheid daarvan voor werkgevers verloren gaat, zouden die zich wel eens van deze markt kunnen terugtrekken, waarschuwde hij. De kans is reëel dat het nieuwe stelsel eruit gaat zien zoals nu het ziekenfonds is. De werkgever betaalt straks wel zijn deel van de premie, natuurlijk alleen níet meer aan zijn verzekeraar, maar aan de fiscus. Hij zal dat gaan beschouwen als een sociale last waarvoor hij verder geen verantwoordelijkheid voelt, maar de werknemer heeft de vrije keuze voor een verzekeraar. In de particuliere markt is sprake van collectieve contracten, omdat de werkgever afspraken kan maken met de verzekeraar, en de werkgever via de CAO een tegemoetkoming in de kosten aan de werknemer kan verstrekken, mits deze deelneemt aan zon contract. De kans bestaat dat die mogelijkheid straks vervalt. Dan krijgt de werknemer gewoon wettelijk die bijdrage van de werkgever; de prikkel die de werkgever kan inbouwen vervalt dus. Ergo: exit collectieve contracten.

Rest slechts om deze prikkel via de aanvullende verzekering te scheppen, maar dat betekent wel dat de werkgever meer moet gaan betalen dan hij nu doet, en bovendien is die lokker veel kleiner. Daarbij gaat het om een paar euro per maand, terwijl het nu om een paar honderd euro per maand kan gaan.

Resultaten

Waar zowel de branche Leven als Schade teruglopende resultaten laten zien, springt Zorg er met 5,4 procent stijging ten opzichte van 2001 goed uit. Daarbij moet worden aangetekend dat de resultaten van ziektekosten met -2,5 procent (140 miljoen euro) nog altijd zwaar negatief zijn. De lasten bij ziektekosten zijn nog altijd permanent hoger dan de opbrengsten. Het overall positieve resultaat bij Zorg is het gevolg van de mooie cijfers die de inkomensverzekeraars hebben behaald. Die zijn voornamelijk het gevolg van een betere beheersing van de schade, aldus bestuurslid Pieter Polet.

naar boven

Bondig, juli 2003