Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Postbus 90801 2509 LV Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Anna van Hannoverstraat 4 der Staten-Generaal Telefoon (070) 333 44 44 Telefax (070) 333 40 33 Binnenhof 1a
2513 AA s'-GRAVENHAGE

Uw brief Ons kenmerk Van 1 augustus 2003 AAM/B&R/03/60909 Kenmerk: 2020315550

Onderwerp Datum Kamervragen van SP-lid De Ruiter 25 augustus 2003

./. Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van SP-lid De Ruiter over fraude door uitzendbureaus.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,

(M. Rutte)



Kenmerk 2020315550
Vragen van het lid De Ruiter (SP) over fraude door uitzendbureaus.

Vraag 1: Hebt u kennisgenomen van het artikel "Fraude uitzendbureaus loopt spuigaten uit"?
Antwoord 1: Ja

Vraag 2: Kunt u inzicht geven in de ontwikkeling van het aantal fraudegevallen sinds de afschaffing van het vergunningenstelsel voor uitzendbureaus per ultimo 1997? Antwoord 2: Fraudegevallen hebben betrekking op verschillende terreinen van wetgeving. De AI, de SIOD en UWV houden zich bezig met fraude binnen de uitzendbranche.

Uit onderzoek van UWV blijkt dat het aantal bij UWV geregistreerde uitzendbureaus sinds 1995 aanmerkelijk is toegenomen. UWV heeft het aantal fraudeonderzoeken sinds die periode geïntensiveerd van 1 onderzoek per 1000 uitzendbedrijven in 1995 naar 10 per 1000 in 2001. De selectie van te onderzoeken bedrijven wordt gebaseerd op een risicoanalyse. Over de hele periode bezien is het aantal geconstateerde fraudegevallen toegenomen. In de periode 1998- 2002 schommelt het aantal geconstateerde fraudegevallen afgezet tegen het aantal onderzoeken tussen de 50 en 60%.

Uitzendbedrijven

Jaar Aantal Aantal Aantal Aantal Aantal onderzoeken
verricht door fraude aanvang uitz.bedrijven UWV consta- onderzoeken fraude consta- Onderzoek teringen per 1.000 teringen uitz.bedrijven per 1.000 uitz.bedrijven

1995 1.972 1 1 1 1 1996 2.665 6 4 2 2 1997 3.494 13 10 4 3 1998 4.692 37 21 8 4 1999 6.440 35 18 5 3 2000 7.591 87 45 11 6 2001 8.160 84 55 10 7

De Arbeidsinspectie ziet toe op naleving van de Wet Arbeid Vreemdelingen (Wav) en heeft de afgelopen jaren de capaciteitsinzet met betrekking tot intermediairs (uitzendbureaus en handmatige agrarische loonbedrijven) geïntensiveerd. Doordat de Arbeidsinspectie sinds 1998 meer intermediairs controleert, zijn er ook meer fraudegevallen geconstateerd. In de periode 1998-2002 heeft de AI een toename van het aantal Wav-overtredingen geconstateerd, afgezet tegen het aantal onderzoeken (van 10 naar bijna 15 %).

De SIOD (Sociale Inlichtingen- en Opsporingsdienst) is sinds 2002 actief op het terrein van fraude bij uitzendbureaus. Een aantal van deze onderzoeken heeft veel aandacht in de media gekregen, onder andere de onderzoeken naar de tewerkstelling van Zuid-Afrikaanse medici en van Indiaas automatiseringspersoneel in Nederland. Hiernaast zijn er ook onderzoeken geweest bij uitzendbureaus waarbij grote aantallen niet tot werken gerechtigde personen werden aangetroffen, waar geen correcte administratie werd gevoerd en waarbij op grote




---

schaal sprake was van identiteitsfraude en van premie- en belastingfraude. Het ging bij deze onderzoeken om benadelingsbedragen van 1.000.000 en meer. Op dit moment is de SIOD bezig een beter inzicht te krijgen inde omvang van de fraude rondom uitzendbureaus. Daartoe is de SIOD fraudemonitor in ontwikkeling.

Vraag 3: Herinnert u zich uw opmerkingen tijdens het mondelinge vragenuur, waarbij u zei geen voorstander te zijn van herinvoering van voornoemd vergunningenstelsel voor uitzendbureaus?
Antwoord 3: Ja.

Vraag 4: Kunt u inmiddels inzicht geven in de stand van zaken rond het HAL-project inzake het certificeren van uitzendbureaus?
Antwoord 4: op 7 augustus 2003 bedroeg het aantal in het kader van het HAL-project gecertificeerde bedrijven 177. Het aantal is nog steeds groeiende.

Vraag 5: Wat is uw opvatting over het pleidooi van het UWV, om in het licht van grootscheepse fraude met uitzendbureaus het vergunningenstelsel weer in te voeren? Vraag 11: Bent u bereid het vergunningenstelsel voor uitzendbureaus opnieuw in te voeren, en hierbij tevens een goed handhavingsbeleid te voeren? Zo ja, kunt u melden hoeveel voorbereiden deze herinvoering zou kosten, Zo neen, kunt u goed gemotiveerd onderbouwen wat uw bezwaren tegen herinvoering van dit vergunningenstelsel zijn, mede afgezet tegen de dringend gewenste aanpak van fraude door/met uitzendbureaus?

Antwoord 5 +11: Illegaliteit rondom uitzendbureaus is zeer moeilijk te bestrijden. Ik ben van mening dat we een meersporenbeleid moeten voeren om een goed effect te bereiken. Zowel door het exploreren van nieuwe ideeën, het stimuleren van zelfregulatie en een krachtige controle en handhaving. Zo is er op dit moment overleg gaande tussen SZW en UWV over de UWV voorstellen gedaan in het UWV rapport "Dweilen of de kraan dicht". Ik waardeer het dat UWV meedenkt over structurele verbeteringen en ga daar actief op in. Ik zal de Kamer informeren over de resultaten en mijn conclusie naar aanleiding van het overleg met het UWV. Zelfregulering in de branche, via certificatie of registratie kan eveneens een belangrijke bijdrage leveren baan de bestrijding van de illegaliteit in deze sector. Welwillende uitzendbureaus en inleners kunnen hiervan profiteren. Een krachtige controle en handhaving is daarnaast het middel om de twee actoren in de uitzendbranche die winst halen uit malafide praktijken, namelijk degenen die zich onttrekken aan een systeem van regulatie en degenen die uitzendkrachten inhuren (de inleners) aan te pakken. Het zonder meer herinvoeren van het vergunningensysteem oude stijl lijkt mij niet een adequate oplossing voor deze categorie. Uitzendbureaus die zich niet aan wet- en regelgeving willen houden blijken geen vergunning aan te vragen (of vragen, als de vergunning is ingetrokken, de volgende dag onder een andere naam een nieuwe aan). Zolang het voor inleners loont om uitzendkrachten te betrekken van malafide bureaus, zal er een categorie zijn die dat doet. Een krachtige handhaving kan de lonendheid aanzienlijk verminderen.

Vraag 6: Bent u ervan op de hoogte dat de burgemeester van Den Haag eveneens een herinvoering van het vergunningenstelsel voor uitzendbureaus bepleit? Antwoord 6: Ja.

Vraag 7: Weet u dat de Vakcentrale FNV eveneens voorstander is van herinvoering van het vergunningenstelsel voor uitzendbureaus?




---

Antwoord 7: Ja.

Vraag 8: Bent u ervan op de hoogte dat de Vakcentrale CNV al vanaf de afschaffing van het vergunningenstelsel herinvoering hiervan bepleit en destijds tegen de afschaffing gekant was, zij het met de kantekening dat het vergunningenstelsel alleen goed werkt indien dit ook goed gehandhaafd wordt?
Antwoord 8: Ja.

Vraag 9: Herinnert u zich dat u zei dat "administratieve lastenellende" u ervan weerhoudt het vergunningenstelsel voor uitzendbureaus opnieuw in te voeren? Zo ja, kunt u inzicht geven in de omvang van deze "administratieve lastenellende"? Vraag 10: Is het door voortschrijdend inzicht in de digitale sector sinds ultimo 1997 mogelijk deze administratieve processen te vereenvoudigen? Zo neen, waarom niet? Antwoord 9+10: De administratieve lasten van het vergunningenstelsel bevonden zich bij de uitvoeringsorganisatie en bij het uitzendwezen zelf. Door Arbeidsvoorziening moesten de vergunningen worden afgegeven en de Arbeidsinspectie was belast met de controle op de naleving door vergunninghouders.Uitzendbureaus moesten een vergunning aanvragen. Elektronisch afhandelen van delen van het proces zou eventueel kunnen worden bewerkstelligd. Dit is echter niet de kern van de zaak. Een vergunningenstelsel, zoals dat vóór 1998 fungeerde, leverde weliswaar een aanzienlijke bureaucratische procedure op, waarin vergunningen werden aangevraagd en afgegeven, maar waarbij fraude met premies en belastingen en niet- nakomen van de WAV toch voorkwamen.

Vraag 12: Kunt u inzicht geven in de waarborgen die een eigen certificering door uitzendbureaus als bedoeld in het HAL-project biedt tegen dit soort fraudegevallen en de mogelijkheden deze waarborgen door handhaving te effectueren, zulks vergeleken met de waarborgen die een door de overheid opgelegd vergunningenstelsel biedt, mits dit laatste goed gehandhaafd wordt?
Antwoord 12: Bij de certificering van uitzendbureaus/loonbedrijven in het kader van het HAL-project wordt gekeken naar solvabiliteit en de juiste afdracht van premies en belastingen. Daarnaast wordt getoetst op de naleving van de Wet arbeid vreemdelingen en op de wijze waarop uitzendbureaus/loonbedrijven omgaan met de controle van identiteitsdocumenten. Twee maal per jaar vindt hercontrole plaats. Als bij hercontrole blijkt, dat een gecertificeerd bedrijf niet meer binnen het wettelijk kader werkt, dan wordt deze van de lijst van gecertificeerde bedrijven verwijderd. Hoewel het uitzendbureau/loonbedrijf in theorie zijn werkzaamheden wel kan blijven voortzetten kan het verlies van het certificaat voor inleners een aanleiding zijn om geen zaken meer te doen. Dan is het systeem effectief. Een waterdicht systeem van waarborgen kan een certificering op zich niet geven. Het HAL-project is echter wel breed van opzet en draagvlak. Bij een vergunningenstelsel kan de vergunning worden ingetrokken, waardoor legale voortzetting van de bedrijfsactiviteiten niet meer mogelijk is.

In beide gevallen is het echter mogelijk dat bedrijven zich in de praktijk toch niet aan de wettelijke kaders houden. Via een goede controle en handhaving van de regelgeving moeten deze misstanden worden aangepakt.