Katholieke Universiteit Nijmegen

Eisen aan samenwerking tussen rechters

Promovenda pleit voor volle openbaarheid bij samenwerkende rechters

Rechters gaan steeds meer samenwerken. In Vreemdelingenzaken was het een noodzaak omdat er tussen 1994 en 2001 geen mogelijkheid was van hoger beroep. Vreemdelingenrech-ters zochten samenwerking in de Rechtseenheidskamer die, na uitvoerig intern overleg, rich-tinggevende uitspraken deed. Ook maakten de vreemdelingenrechters afspraken in het zoge-noemde Vreemdelingenberaad, de maandelijkse vergadering van de vijf rechtbanken die vreemdelingenzaken behandelden. In de nieuwe Vreemdelingenwet is weliswaar een beperkt hoger beroep mogelijk, maar de samenwerking tussen de rechters bestaat nog steeds. En ook op andere terreinen van het recht vindt steeds meer samenwerking plaats.
De Nijmeegse promovenda Ashley Terlouw vindt dat die samenwerking niet alleen in het vreemdelingenrecht, maar ook daarbuiten, in volle openbaarheid moet gebeuren. Daarmee stellen rechters zich bloot aan kritiek, maar juist daardoor kan de samenwerking een volwaar-dig onderdeel zijn van de rechtspraak.
Mr. Terlouw promoveert op donderdag 4 september aan de Katholieke Universiteit Nijmegen.

Gevaren en belangen

Samenwerking tussen rechters draagt bij aan rechtseenheid en efficiëntie, verbetering van de interne controle en kwaliteit van de uitspraken. Een collegiale controle zou de rechter bijvoor-beeld kunnen dwingen tot een specifiekere motivering van zijn keuzen. Bezwaren zijn echter dat de samenwerkende rechter een ruimere taak op zich neemt dan die van geschillenbeslechter in individuele zaken. Als rechters over inhoudelijke kwesties met el-kaar tot overeenstemming komen, leidt dat tot verschuivingen in machtsverhoudingen: de verhouding van de rechter tot wetgever en bestuur, de verhouding van de rechter tot procespartijen en de verhouding van de rechter tot collega-rechters. Dat roept een aantal vragen op. Rechters die samenwerken zouden bijvoorbeeld te veel opschuiven in de richting van de algemene regelgever en afdwalen van hun eigenlijk taak, het rechtspreken. Door samenwerking zou ook de individuele onafhankelijkheid en verantwoordelijkheid van de rechter ten opzichte van zijn collega's en college in gedrag kunnen komen.

Eisen voor samenwerking

Op basis van empirisch onderzoek formuleert mr. Terlouw een aantal eisen voor samenwerking. Bijzondere aandacht is er voor de invloed die deze samenwerking heeft op de verhoudingen tussen de rechter en de wetgever en het bestuur, tussen de rechter en zijn collega's, en tussen de rechter en procespartijen. Terlouw geeft antwoorden op de volgende vragen: Mag samenwerking tussen rechters resulteren in richtinggevende uitspraken of inhoudelijke afspraken? Welk gezag mogen rechters aan die uitspraken of afspraken toekennen? Welke invloed moeten procespartijen hebben op de samenwerking? In het boek wordt verslag gedaan van vijftig interviews met vreemdelingenrechters en andere betrokkenen en van uitvoerig archief en bronnenonderzoek naar die samenwerking.

De promovenda

Ashley Terlouw (1960) studeerde rechten aan de Universiteit Utrecht. Ze was daar onder meer coördinator van de Wetenschapswinkel Rechten. Ze werkte als juridisch beleidsmede-werker bij het Landelijk Bureau VluchtelingenWerk en bij het Landelijk Strafbureau Vreemdelingenzaken van de Rechtbank in Den Haag. Van 1999 - 2001 was ze hoofd van de afdeling Vluchtelingen van Amnesty International Nederland. Sinds 2001 is zij als universitair docent migratierecht verbonden aan het Centrum voor Migratierecht van de KU Nijmegen.

Uitspraak en afspraak. Samenwerking tussen vreemdelingenrechters bij ontbreken van hoger beroep, Ashley Terlouw, promotie 4 september 2003 KU Nijmegen.
Het boek wordt uitgegeven bij Boom Juridische Uitgevers, Den Haag, ISBN 90-5454-346-9.
28-8-2003