Ministerie van Verkeer en Waterstaat

Begroting 2004: Houwen voor bouwen

Het ministerie van Verkeer en Waterstaat geeft de komende vier jaar prioriteit aan het onderhoud van wegen, spoorwegen en vaarwegen. De extra middelen uit het Kwartje van Kok (een verhoging van de accijns op autobrandstof uit 1991) worden aangewend voor dat onderhoud én voor een gerichte aanpak van de files. Dat staat in de begroting 2004 die minister Peijs en staatssecretaris Schultz van Haegen vandaag aan de Tweede Kamer hebben aangeboden.

Het 'Kwartje van Kok' is echter ontoereikend om alle knelpunten aan te pakken. Tot en met 2010 bedraagt het tekort voor de nu gepresenteerde plannen ongeveer 1,3 miljard euro. Bovendien moet er binnen het Meerjarenprogramma Infrastructuur en Transport (MIT) ruim 1 miljard euro worden bezuinigd. Keuzes zijn dus onvermijdelijk. Daarom zal VenW binnen het MIT vooral projecten in de planstudiefase vertragen of bevriezen en flink in de subsidies snijden. Er is slechts beperkt ruimte voor nieuwe aanleg van infrastructuur.

Via deze herprioritering van het MIT wordt tevens geld vrijgemaakt om verbeteringen mogelijk te maken op het gebied van veiligheid en leefbaarheid.
Om de geluidsoverlast en luchtverontreiniging op een innovatieve wijze aan te pakken, wordt 330 miljoen euro extra vrijgemaakt. Een innovatieprogramma voor geluid is al gestart. Slimme toepassingen zijn onder meer stiller asfalt, stillere banden en de zogenaamde fluistertreinen. In 2004 begint een innovatieprogramma voor luchtkwaliteit, dat moet bijdragen aan minder luchtvervuiling op onderdelen van de infrastructuur.
De verkeers- en vervoersambities tot 2020 worden beschreven in de Nota Mobiliteit, die in het voorjaar van 2004 verschijnt.

Wegen
Voor wegen is tot en met 2010 een extra bedrag beschikbaar van ruim
1,6 miljard euro. Hiervan is 600 miljoen euro beschikbaar voor onderhoud. Met dit geld wordt 1300 kilometer nieuw asfalt op de rijkswegen aangebracht.
Voor gerichte aanpak van de files is 715 miljoen euro extra beschikbaar. Dit is vooral bedoeld voor een vervolg op het plan ZSM (Zichtbaar-Slim-Meetbaar). In aansluiting op de Spoedwet Wegverbreding ontwikkelde VenW vorig jaar het plan ZSM. De uitvoering van deze projecten 150 kilometer extra spitsstroken op de belangrijkste knelpunten zal volgens planning in 2006 worden afgerond. Spitsstroken helpen aantoonbaar tegen files. Verkeer en Waterstaat zal daarom binnenkort starten met ZSM 2. In ZSM 2 worden vanaf 2006 onder meer extra spitsstroken aangelegd op de A1, A12, A20, A27 en A28. Een extra bedrag van 330 miljoen euro is van 2006 tot en met 2010 beschikbaar voor specifieke projecten die van belang zijn voor de economie, zoals de aanleg van de A4 Midden-Delfland.

Het uiteindelijke resultaat van alle landelijke maatregelen is niet dat over vier jaar de files zijn opgelost, maar wel dat de doorstroming met minimaal dertig procent verbeterd is op de knelpunten waar maatregelen zijn getroffen. VenW zal de automobilist elk half jaar vragen of ook in zijn beleving de ergernissen afnemen en de doorstroming verbetert. In het najaar wordt een landelijk telefoonnummer geopend waar de weggebruiker terecht kan met klachten en ideeën.

VenW stelt extra middelen beschikbaar voor de regionale bereikbaarheid. Hiervoor reserveert VenW van 2005 tot en met 2010 360 miljoen euro. Over de aanpak vindt nog overleg plaats met de betrokken regios.

Veiligheid
Het ministerie van Verkeer en Waterstaat geeft hoge prioriteit aan de verbetering van de sociale veiligheid in het openbaar vervoer door zwartrijden, agressie en overlast terug te dringen. VenW heeft daarvoor, samen met andere ministeries, gemeenten en openbaarvervoerbedrijven, een Aanvalsplan Sociale Veiligheid ontwikkeld. Zo is er structureel 18 miljoen euro per jaar vrijgemaakt voor toezichthouders in het openbaar vervoer in de vier grote steden. In het najaar 2003 komt minister Peijs met een standpunt over de financiële bijdrage aan de landelijke invoering van de chipkaart. De sector begint in 2004 met pilot-projecten die in 2005 worden geëvalueerd. De doelstelling is dat de chipkaart in 2007 is ingevoerd. De beleving van de burger in het openbaar vervoer wordt periodiek onderzocht.
Voor wat betreft verkeersveiligheid ligt deze kabinetsperiode de nadruk op educatie, voorlichting en handhaving. Samen met gerichte ingrepen in de regelgeving kan hiermee het aantal verkeersdoden verder dalen van ongeveer 1000 nu naar 900 in 2010.

Spoor
Tot en met 2010 zal 853 miljoen euro extra worden geïnvesteerd in de verbetering van het onderhoud (fase 1 van het Herstelplan Spoor), waarvan 578 miljoen euro in deze kabinetsperiode. In de begroting is voor de tweede fase van het plan betrouwbaar benutten 1075 miljoen euro gereserveerd voor de periode 2006 tot en met 2012. Hiervan is 734 miljoen euro voor de periode 2006 tot en met 2010. Over de exacte inhoud van de tweede fase valt halverwege deze kabinetsperiode een definitief besluit. Doelstelling is dat er in 2007 circa 35 tot 40 procent minder storingen zijn aan het railnet dan in 2000 en dat de punctualiteit stijgt van 81 procent in 2002 naar 87-89 procent in 2007. De maatregelen betreffen onder meer de aanpak van acute knelpunten, een groene golf voor goederentreinen en vereenvoudiging van de dienstregeling, waardoor het aantal gevolgvertragingen wordt beperkt.

Vaarwegen
Een goed beheer en onderhoud van de vaarwegen is nodig om een deel van de toekomstige groei van het goederenvervoer op te vangen. Ook hier is de onderhoudssituatie nijpend. In de begroting is hiervoor tot 2010 700 miljoen euro gereserveerd. De prioriteit ligt bij de verbinding van de havens van Rotterdam en Amsterdam naar zee en de corridors Amsterdam/Rotterdam-Duitsland en Rotterdam-Antwerpen. Bovendien wordt in 2005 begonnen met het uitbaggeren van het Noordzeekanaal en de Waalroute.

Overstromingen en wateroverlast
Het klimaat verandert: het wordt warmer, de winters worden natter, de zomers worden droger en we krijgen te maken met extremen in alle jaargetijden. Door zeespiegelstijging, toenemende regenval, bodemdaling, intensievere bebouwing en zwaardere golfslag dan bekend was, zijn extra maatregelen aan de kust en langs de rivieren nodig. Het kabinet stelt tot 2010 225 miljoen euro extra beschikbaar voor versterking van de zeedijken en de waterkeringen langs het Marker- en IJsselmeer.
De relatie tussen ruimtegebruik en water wordt in de toekomstige Nota Ruimte weergegeven. In 2004 wordt deel I van de PKB Ruimte voor de Rivier afgerond. In dit kabinetsstandpunt wordt een voorkeursalternatief voor een pakket maatregelen gepresenteerd. Deze maatregelen leiden ertoe dat de Rijn in 2015 een rivierafvoer van 16.000 kubieke meter per seconde veilig kan verwerken in plaats van de huidige 15.000 en dat de ruimtelijke kwaliteit is verbeterd. Daarnaast zijn maatregelen nodig om de wateroverlast in de regionale watersystemen zoveel mogelijk te beperken. Hiertoe heeft het kabinet op 2 juli 2003 het Nationaal Bestuursakkoord Water gesloten. VenW stelt deze kabinetsperiode 100 miljoen euro beschikbaar voor een versnelde aanpak van de regionale wateroverlast. Uiterlijk in 2007 is het eerste maatregelenprogramma uitgevoerd. In 2003/2004 beginnen de regionale waterbeheerders en de provincies met de uitvoering van de volgende projecten voor waterberging: De Oostpolder bij Anna Paulowna (Noord-Holland), de polders Lappenvoort, Glimmermade en het Oostenland (Groningen/Drenthe), het reservaat Groote Brekken bij Lemmer (Friesland) en het glastuinbouwgebied in Delfland (Zuid-Holland). Verkeer en Waterstaat levert een financiële bijdrage aan deze projecten.

Luchtvaart
Het kabinet heeft besloten de luchthavenbesluiten Schiphol aan te passen. Hiermee wordt de fout in de invoergegevens van Schiphol en de Luchtverkeersleiding Nederland hersteld. Met het herstel van de fout houdt het kabinet vast aan de afspraken die in de nieuwe Wet Luchtvaart zijn vastgelegd: meer groei, minder overlast. Aanpassing van de luchthavenbesluiten vindt in 2004 plaats. Hiervoor is een (aanvullende) milieueffectrapportage nodig waarop inspraak mogelijk is.