RABOBANK NEDERLAND

Te veel bezuinigingen, te weinig impulsen

EMBARGO TOT DINSDAG 16 SEPTEMBER 2003, 15.15 UUR

Commentaar Rabobank-economen n.a.v. Miljoenennota: TE VEEL BEZUINIGINGEN, TE WEINIG IMPULSEN

Het is goed dat het kabinet bezuinigt en ombuigt, maar de omvang is te groot en de timing verkeerd. Het kabinet bezuinigt meer dan nodig om een solide begroting te kunnen presenteren. Bovendien is de timing van de maatregelen ongunstig omdat de meeste ombuigingen en lastenverzwaringen plaatsvinden in de conjunctureel zwakste jaren. Meer impulsen zijn nodig om te voorkomen dat het kwetsbare vertrouwen en de zwakke binnenlandse bestedingen leiden tot een verdere verdieping van de laagconjunctuur, met een onnodige verdere stijging van de werkloosheid tot gevolg. Het devies van de economen van de Rabobank is dan ook dat niet meteen alle budgettaire verslechteringen die het gevolg zijn van de lagere groei en daarmee samenhangende lagere belastinginkomsten hoeven te worden opgevangen met ombuigingen.

Herstel vertrouwen en binnenlandse bestedingen
De voortdurend gemaakte vergelijking met het begin van de jaren tachtig heeft het Nederlandse consumenten- en producentenvertrouwen en de koop- en investeringsbereidheid verlaagd tot historische dieptepunten. Dit ondanks het feit dat het merendeel van het Nederlandse bedrijfsleven en ook van de Nederlandse huishoudens er financieel veel sterker voor staat dan destijds. Paul van de Ven, hoofd Stafgroep Economisch Onderzoek Rabobank Nederland: 'Het kabinet vraagt vele offers van de burgers, maar stelt daar - ook psychologisch
- weinig tegenover. Dit verklaart mede waarom de door het kabinet gewenste loonmatiging zo langzaam optreedt. Deze wordt dit keer niet ondersteund door een gedeeltelijke lastenverlichting, zodat de burger ook niet het gevoel heeft dat de lasten eerlijk worden gedeeld.' Volgens Van de Ven mist dit beleid hierdoor tevens haar beoogde conjunctureel effect: 'Loonmatiging is belangrijk om op korte termijn de concurrentiepositie te versterken en het economisch herstel te bespoedigen, maar is niet effectief op langere termijn vanwege de geleidelijk verkrappende arbeidsmarkt.'

Bedrijfsinvesteringen moeten omhoog
De economen van de Rabobank wijzen op de sterk achterblijvende ontwikkeling van de bedrijfsinvesteringen. Het CPB voorspelt dat deze in 2004 voor het vierde jaar op rij zullen dalen, waardoor de investeringsquote verder wegzakt. Duidelijk is dat de bedrijfsinvesteringen meebewegen met de conjunctuur, maar op dit moment - anders dan bijvoorbeeld in de Verenigde Staten - geen zelfstandige factor meer vormen voor het economisch herstel. Ook heeft het bedrijfsleven last van de zwakke binnenlandse bestedingen. Verbetering van het ondernemersklimaat en ondernemerschap en vermindering van de administratieve lasten worden beschreven als beleidsdoelen maar hebben nog nauwelijks tot concrete resultaten geleid. Voor versterking van de kenniseconomie en innovatie geldt in wezen hetzelfde.
Van de Ven juicht de oprichting van het Innovatieplatform toe evenals het buiten schot blijven van het bedrijfsleven bij de lastenverzwaringen. Maar hij stelt ook: 'Geen woorden, maar forse concrete impulsen zijn nodig om de bedrijfsinvesteringen weer een stuwende factor achter het Nederlands groeivermogen te doen zijn.'

Woningmarkt
De ontwikkelingen op de Nederlandse koopwoningenmarkt vormen een belangrijke factor voor de Nederlandse conjunctuur. Een steeds groter deel van het vermogen en de schulden van huishoudens zijn hiermee immers verbonden. Nu de laagconjunctuur heeft geleid tot een forse afkoeling op de koopwoningmarkt zijn de zorgen over de toekomstige huizenprijsontwikkeling toegenomen. Daarbij lijkt er op dit moment een delicaat evenwicht te bestaan tussen enerzijds een nog steeds krappe woningmarkt door achterblijvende nieuwbouwproductie en anderzijds een zeer afwachtende houding bij aspirant-kopers, een zwakke inkomensontwikkeling en een wat gestegen rente. 'Doorbreking van dit evenwicht, bijvoorbeeld door kabinetsplannen gericht op het verder beperken van de hypotheekrente-aftrek, zou de huizenprijsontwikkeling in negatief vaarwater kunnen brengen. Hierdoor zou een zichzelf versterkend proces kunnen ontstaan. Dit zou het economisch herstel in ons land zware schade kunnen berokkenen. Het verdient dan ook de voorkeur om eerst een integrale visie te ontwikkelen op de fiscale behandeling van de eigen woning en deze te vertalen in een financieel houdbaar, evenwichtig samenhangend pakket maatregelen, dat eerst met alle betrokkenen wordt doorgesproken op haar effectiviteit', aldus Paul van de Ven.

Uitvoerbaarheid van beleid
Het kabinet stelt een aantal regelingen voor die op korte termijn tot uitvoering zouden moeten worden gebracht. Het gevaar bestaat dat hierdoor een zorgvuldige en werkbare uitvoering in het gedrang wordt gebracht. Te denken valt aan de invoering van de levensloopfaciliteit, die voor het MKB en voor de beoogde uitvoerders/ aanbieders geen onnodige administratieve rompslomp moet worden. Ook is het belangrijk om het risico van eventuele wijziging of afschaffing van dit soort faciliteiten in de toekomst te verkleinen.