Artsen zonder Grenzen
Centraal Bureau Fondsenwerving Winnaar van de: Nobel Prijs voor de
Vrede
Bangladesh zet Birmese vluchtelingen onder zware druk om terug te
keren
vrijdag 19 september 2003
De overheid van Bangladesh oefent zware druk uit op duizenden Rohingya
vluchtelingen om terug te keren naar Myanmar (Birma). De Rohingya
vluchtelingen zijn bang om terug te gaan, maar hebben geen andere
keuze meer nu het leven hen in Bangladesh onmogelijk wordt gemaakt.
De vluchtelingen verblijven al meer dan 11 jaar in vluchtelingenkampen
in het zuiden van Bangladesh. Artsen zonder Grenzen heeft op verzoek
van UNHCR de medische zorg in de vluchtelingenkampen overgedragen aan
het ministerie van Volksgezondheid van Bangladesh. Aan de vooravond
van haar vertrek blijft de organisatie grote zorgen houden over de
bescherming van de vluchtelingen. De organisatie roept de regering van
Bangladesh en UNHCR (de organisatie die verantwoordelijk is voor de
bescherming van vluchtelingen) op de rechten van de vluchtelingen te
waarborgen en hun keuzevrijheid te respecteren.
In de afgelopen maanden kregen medewerkers van Artsen zonder Grenzen
550 klachten van families over allerlei soorten van dwang om mensen
terug te doen keren naar Myanmar. De klachten varieerden van
intimidatie tot regelrechte bedreigingen met geweld. Hoewel de
levensomstandigheden in de vluchtelingenkampen afschuwelijk zijn,
willen veel vluchtelingen niet terug naar Myanmar. De vluchtelingen
leven in kleine, overvolle bamboehutten en hebben onvoldoende water en
voedsel. Het is verboden voedsel in het kamp te verbouwen of buiten de
kampen te werken. Vorig jaar was 58% van de kinderen in de kampen
chronisch ondervoed.
Er zijn berichten dat sommige eerder gerepatrieerde vluchtelingen weer
zijn teruggekeerd naar Bangladesh en illegaal buiten de kampen
verblijven. Ondertussen arriveren in Bangladesh nieuwe vluchtelingen,
die Myanmar ontvluchten vanwege de nog steeds voortdurende
discriminatie door de autoriteiten daar. Zowel de weer teruggekeerde
als de nieuwe vluchtelingen klagen over het feit dat ze geen
staatsburgerschap krijgen, over voedselgebrek, toenemende afpersing en
beperking van de bewegingsvrijheid.
250.000 Rohingya moslims vluchtten in 1991 en 1992 naar Bangladesh
vanwege discriminatie, geweld en dwangarbeid opgelegd door de overheid
van Myanmar. Sinds 1992 zijn ongeveer 230.000 vluchtelingen
gerepatrieerd onder toezicht van UNHCR. Er zijn vaak vraagtekens gezet
bij het vrijwillige karakter van dit repatriëringsprogramma. Momenteel
verblijven nog ruim 19.000 Rohingyas in twee kampen ten zuiden van
Coxs Bazaar in Bangladesh.
Artsen zonder Grenzen heeft in de kampen 11 jaar lang de
basisgezondheidszorg verzorgd. De organisatie vraagt de regering van
Bangladesh en de UNHCR met klem hun verantwoordelijkheden na te komen
en voor adequate bescherming en gezondheidszorg voor de vluchtelingen
te zorgen. De recente pogingen van de UNHCR om de bescherming in de
kampen te verbeteren, komen voor vele gerepatrieerde vluchtelingen te
laat.
---