Wageningen Universiteit

Persbericht Wageningen Universiteit, nr. 067, 7 oktober 2003

Wageningen helpt boeren in Uruguay aan strategische bedrijfsvoering

Computermodel verhoogt inkomen boeren en vermindert erosie

Economische veranderingen gedurende de laatste tien jaar dwingen de groenteteeltsector in Uruguay om meer, goedkoper en producten van een betere kwaliteit te produceren om haar inkomen te handhaven. Onderzoekers van Wageningen Universiteit hebben simulatiemodellen ontwikkeld om bedrijfsinkomens te optimaliseren. Bovendien vermindert hiermee de bodemerosie en verbetert de bodemvruchtbaarheid.

Onderzoeker Santiago Dogliotti (geboren in Uruguay) concentreerde zich in Wageningen Universiteit op deze simulatiemodellen. Het groenteteeltgebied Canelón Grande (50 km ten noorden van Montevideo) heeft als onderzoeksgebied gediend. Een kenmerk van dit gebied is dat 54 procent van de bedrijven groenteteelt als belangrijkste bron van inkomen heeft. Daarbij is het gebied een van de meest erosiegevoelige gebieden van Uruguay. Het klimaat maakt gewasgroei het hele jaar mogelijk. De onderzoeker promoveerde 6 oktober op dit onderwerp.

De tot nu toe bestaande wetenschappelijke modellen richtten zich op duurzame ontwikkeling en innovaties, maar vaak houden deze modellen geen rekening met de complexe gewasrotaties en de diversiteit aan grondsoorten op de bedrijven. Deze aspecten komen in de modellen op bedrijfsniveau van Dogliotti juist extra naar voren. De nieuwe simulatiemethode van Dogliotti opent nieuwe perspectieven voor de groentetelers. De simulatiemodellen zijn nu nog uitsluitend door wetenschappers te gebruiken, maar op termijn worden de gebruiksmogelijkheden voor de minder geschoolde belanghebbenden in het gebied onderzocht.

De uitkomsten van de methode


-laten op een transparante wijze aan belanghebbenden nieuwe en onbekende alternatieven voor landgebruik zien;


-beschrijven alternatieven binnen de gewasrotaties en nemen de interactie tussen gewassen tijdens de rotatie mee;


-wijzen het landgebruik toe aan verschillende grondsoorten binnen een bedrijf, rekening houdend met zowel de sociaal-economische en milieukundige doelen, en met de specifieke omstandigheden waarin elke ondernemer moet werken (land, arbeid, machinepark, irrigatiemogelijkheden) en zijn voorkeuren (aantal en typen gewassen, rotatieduur en aantal rotaties per bedrijf).


-verkleinen het risico om veelbelovende opties over het hoofd te zien, omdat de methode zeer veel alternatieve productiesystemen beschrijft.

Tijdens de ontwikkeling van de methode is veel gebruik gemaakt van de gegevens van de lokale bedrijven, en van de doelstellingen en overwegingen van de boeren. Met behulp van de methode heeft onderzoeker Dogliotti 128 theoretische bedrijfstypen gedefinieerd, waarin alle groenteteeltbedrijven in Canelón Grande ingedeeld kunnen worden. In veel gevallen kan de bodemerosie met een factor 2-4 worden gereduceerd en de afname van het organischestofgehalte in de bodem kan worden omgebogen tot een toename. Tegelijkertijd kan het inkomen toenemen met een factor 1,5 tot 3. De gunstige effecten worden vooral bereikt door een verlaging van het areaal groentegewassen, door introductie van ruimere en veel gezondere rotaties (waarin ook grasland en groenbemesters een plaats hebben) en integratie van rundvleesproductie.

De methode biedt grote potenties om het vernieuwingsproces van de sector in het gebied een belangrijke impuls te geven. De gepresenteerde strategische mogelijkheden doorbreken het kortetermijndenken, wat leidt tot het achter de markt aanlopen en uitputten van gronden. Ongedachte mogelijkheden worden gepresenteerd, die een rijke voedingsbodem kunnen vormen voor een werkelijk vernieuwingsproces.