De Unie


AEGON-Geen overeenstemming over herstructurering

24 oktober 2003 - Het overleg over de personele aspecten van de voorgenomen herstructurering heeft helaas niet tot overeenstemming tussen partijen geleid. AEGON heeft een eindbod uitgebracht, dat wij u binnenkort wanneer wij over de uitgewerkte tekst beschikken zullen voorleggen. Hieronder gaan we alvast in op enkele belangrijke onderwerpen en daarover gemaakte afwegingen.

Zoals u weet hadden partijen na de onderhandelingssessie op 1 oktober jl. een time-out ingelast om zich intern te beraden. Samen met de Kadergroep hebben we ons in het bijzonder gebogen over:
* non-ontslaggarantie

* interne en externe plaatsingstermijnen

* om- her en bijscholing, m.n. ook voldoende tijd voor bijscholing/inleren bij ingrijpende wijziging van functie-inhoud
* ouderenbeleid

* verhuiskostenregeling gekoppeld aan recht om het werk te volgen
* faciliteiten bij sluiting vestiging (Nabestaandenzorg) en verplaatsing van het werk (reistijd- en kostencompensatie, aangepaste werktijden, telewerken, kinderopvang, )
* looptijd overeenkomst

* Het zal duidelijk zijn dat bovenstaande punten ook in onderlinge samenhang bezien moeten worden en dat concessies op een of meer onderdelen ook consequenties kunnen hebben voor de betekenis of uitwerking van andere punten.

Alvorens de onderhandelingen te hervatten is er nog informeel contact geweest om standpunten over en weer te verhelderen respectievelijk af te tasten waar mogelijkheden voor een compromis zouden liggen. Hoewel het kunnen bereiken van overeenstemming over enkele punten niet eenvoudig leek te zullen worden, hadden wij de indruk dat een wederzijds acceptabel compromis over het totaal haalbaar was.

Bij hervatting van de onderhandelingen bleek echter dat AEGON zodanig positie had gekozen dat de ruimte voor het overbruggen van de belangrijkste nog resterende verschillen van inzicht bij voorbaat uiterst beperkt was. Wij moesten reeds bij aanvang vernemen dat het zou neerkomen op een keuze van bonden tussen een principe-akkoord, waarbij een tweetal onderwerpen als onbespreekbaar werden geduid, en een eindbod van AEGON. Wij hopen dat hiermee niet een nieuwe trend gezet is.

De 2 onbespreekbare onderwerpen betroffen een onderdeel van het ouderenbeleid (het treffen van maatwerk-regelingen voor oudere medewerkers zonder reëel perspectief in de nieuwe organisatie) en een verhuiskostenregeling voor medewerkers wier werk verplaatst wordt.

Van onze kant is aangegeven dat wij voldoende mandaat hadden om nadere stappen naar AEGON toe te zetten, maar dat een totaalresultaat waaraan enkele belangrijke onderdelen volledig ontbreken, onvoldoende draagvlak voor een principe-akkoord zou hebben.

Vervolgens hebben partijen alle (hoofd)punten opnieuw de revue laten passeren en zijn enkele niet onbelangrijke barrières genomen: het verlengen van de Gedragslijnen voor de volle looptijd van het herstructureringsproces (t/m 31-12-2006) en de daarmee samenhangende toepassing van aanvullende Spelregels. Ook is vooruitgang geboekt met betrekking tot de faciliteiten voor de medewerkers van Nabestaandenzorg (Groningen). Onze inzet was erop gericht om generieke, dus principieel voor iedereen geldende, maatregelen + voorzieningen overeen te komen, en de toepassing op basis van maatwerk (collectief resp. individueel) te laten bepalen. AEGON weigerde dat echter, men stelde zich op het standpunt dat bepaalde regelingen slechts van toepassing dienen te zijn waar sluiting van een vestiging aan de orde is. Mocht echter blijken dat ook elders vergelijkbare personeelsproblematiek zich voordoet of zal voordoen, dan is dat onderwerp van overleg tussen partijen. Dat hebben wij geaccepteerd.

Zoals u kunt afleiden uit het hoofdlijnen-overzicht dat AEGON op Intranet heeft geplaatst, is sprake van een pakket regelingen dat kwalitatief tegemoetkomt aan een aantal uitgangspunten die vakorganisaties vooraf geformuleerd hadden. De kwantificering, het concreet maken van acties, termijnen en te zetten stappen, is minder ver doorgevoerd. Dat vinden wij een minpunt, dat o.i. grotendeels kan worden overbrugd door blijvende betrokkenheid van de COR en ondernemingsraden, periodiek voortgangsoverleg met vakbonden en het snel op ontwikkelingen inspelen door de Begeleidingscommissie.

Wat het ouderenbeleid betreft hadden wij ondermeer voorgesteld om selectieve toepassing van een mogelijkheid om vervroegd uit te treden toetsbaar te maken door de Begeleidingscommissie. Dit zou o.i. kunnen met gebruikmaking van bestaande interne maar niet geformaliseerde criteria, met enige welwillendheid te hanteren. Wij hebben ons van meet af aan immers niet gericht op een generieke ouderenregeling, maar hebben een opening gezocht om een bestaande praktijk van goed werkgeverschap wat meer handen en voeten te geven. Ook varianten voor voltijdse uittreding, bijvoorbeeld deeltijdpensioen, passen o.i. in een zich verder ontwikkelend ouderenbeleid, dat ook in de herstructureringsoperatie effectief zou kunnen zijn. We hebben voorgesteld daarop samen te gaan studeren. Op dit punt is AEGON ons niet tegemoet gekomen. De harde non-ontslaggarantie voor 55+, die wij als zeer positief beschouwen, en de formule sociaal-/medische indicatie in de Spelregels bieden o.i. echter voldoende soelaas voor het oplossen van individuele situaties.

Daartegenover staat een door velen ongetwijfeld als verslechtering ervaren versnelde oriëntering op externe banen (na 9 maanden). Dat vonden wij een brug te ver. Wij weten hoezeer u betrokken bent bij AEGON en dat u behoud van het gunstige sociaal klimaat erg belangrijk vindt, met inbegrip van optimaal kunnen benutten van de interne plaatsingsmogelijkheden. De termijnverschuiving was voor ons een obstakel voor het bereiken van een principe-akkoord of positief onderhandelingsresultaat. De trend die zich elders aftekent naar kortere, sneller extern gerichte, plaatsingstrajecten werkt echter niet mee. AEGON zegde weliswaar toe dat de eerste 3 maanden van het extern gerichte traject ook intern gezocht blijft worden, de druk om een personeelsreductie van ca. 15% in 3 jaar te realiseren - terwijl het natuurlijk verloop de laatste jaren lager lag - kan ook hier ongewenste effecten oproepen. Wij hadden dan ook liever juist bij ingrijpende wijziging van functie-inhoud een langere dan de huidige interne zoektermijn gezien; wie dat wenst zou immers eerder voor (ook) extern zoeken kunnen opteren.

Een tweede twistappel bleef de weigering van AEGON om medewerkers wier werk verplaatst wordt èn die ervoor kiezen hun werk te volgen, in materiële zin te faciliteren. Anders gezegd: verhuizen mag, maar volledig op eigen kosten (met uitzondering van sleutelfunctionarissen, die in aanmerking komen voor de verhuisregeling van het P-boek). De stelling van AEGON dat medewerkers en hun gezinnen veel ellende bespaard blijft wanneer niet primair zijzelf moeten verhuizen, maar hun werk wordt verplaatst, willen wij niet op voorhand bestrijden. Aan een aanbod van geheel andersoortig werk kunnen echter ook forse nadelen kleven. Inspanningen om betrokkenen te helpen op de plek waar zij nu werken, zijn ondanks de goede intenties o.i. niet voldoende om tegemoet te komen aan die bezwaren. Ook hier dienen wat ons betreft gerichte voorzieningen beschikbaar te worden gesteld. Wij vinden dat het arbeidsrechtelijke uitgangspunt dat de mens het werk moet/mag volgen, ook betekenis heeft voor de vraag welke partij de lasten behoort te dragen, met name daar waar geboden alternatieven onvoldoende gelijkwaardig zijn.

Ons laatste compromisvoorstel hierin luidde: Medewerkers die een functie aangeboden krijgen op een lager niveau en/of waarvoor men meer dan 6 maanden moet bijleren, dienen, als zij ervoor zouden kiezen hun oorspronkelijke werk te volgen, recht te hebben op een beperkte verhuiskostenregeling bestaande uit 12% van het inkomen, vergoeding van de inboedeltransportkosten en een nader overeen te komen beperkt aantal extras. Dat wil zeggen een regeling die minder is dan de verhuisregeling van het P-boek, die volledig uitgaat van een verzoek van werkgever. Dit voorstel vonden wij in de context van het totale pakket verdedigbaar om tot een positief resultaat te komen.

AEGON bleef op beide punten echter bij haar standpunt, hetgeen inhoudt dat de vakbonden de bereikte eindstand in de onderhandelingen als eindbod van uw werkgever aan u zullen voorleggen. Wij sturen u de integrale tekst toe zodra wij die van AEGON hebben ontvangen.

Met vriendelijke groet,

Dennis Kohen De Unie
Margot Steffens FNV Bondgenoten
Ahmed Kansouh CNV Dienstenbond
Gabriëlle Verberne BBV


* Intropagina Commerciele Verzekeringen

vrijdag, 24 oktober 2003