Gemeente Utrecht
Veiligheidsprogramma 2004: investeren in buurten waar dat nodig is en intensieve aanpak van de doelgroep jongeren
Halverwege 2003 laten de veiligheidscijfers een positieve ontwikkeling zien in Utrecht. De extra investeringen in het project Utrecht Veilig! dat doen we samen werpen hun vruchten af. In 2004 zullen de investeringen vooral ook gericht zijn op het vasthouden van het eerste succes. Nog niet alle buurten en alle delictsoorten delen echter in dat succes.
In het veiligheidsprogramma voor 2004 stelt de gemeente daarom twee prioriteiten: investeren in buurten waar dat nodig is en een intensieve aanpak van de doelgroep jongeren. De inzet van de gemeente is neergelegd in het Wijkveiligheidsprogramma, het programma Veilig Opgroeien en het programma Veilig Ondernemen voor 2004. Deze programma's ondersteunen de Utrechtse aanpak van de veiligheid in het kader van Utrecht Veilig! dat doen we samen, waarin gemeente, politie en openbaar ministerie samenwerken.
Het wijkveiligheidsprogramma 'Veiligheid in de wijken 2004' is een uitwerking op wijkniveau van het Stadsveiligheidsplan 2001 - 2006 en beschrijft de inzet van de gemeente in de wijken op het gebied van veiligheid. Het gaat vooral om preventieve maatregelen. De prioriteit in 2004 ligt bij het terugdringen van overlast, vandalisme en autokraak met een gebiedsgerichte aanpak in een beperkt aantal probleembuurten. Deze gebiedsgerichte aanpak wordt opgezet in minimaal 16 buurten. Ook zal meer doelgroepgericht worden gewerkt, met name gericht op jongeren. Zowel uit metingen als uit reactie van bewoners komt naar voren dat (jongeren-)overlast grote invloed heeft op de veiligheidssituatie in de wijken. Om te voorkomen dat jongeren afglijden naar crimineel gedrag is het nodig om een totaal pakket te hebben, gericht op de jongeren, het gezin en de omgeving van de jongeren.
In het programma 'Veilig opgroeien 2004' wordt beschreven welke activiteiten de gemeente wil ondernemen om te voorkomen dat jongeren afglijden naar jeugdcriminaliteit. Het gaat om preventieve en curatieve maatregelen om risicojongeren een toekomstperspectief te bieden. Daarbij zet de gemeente in op: gezin, school werk en vrije tijd. Belangrijkste punten uit 'Veilig Opgroeien 2004 zijn dat de Jongeren op Straat-aanpak in alle wijken wordt ingevoerd. In de politiedistricten Tolsteeg, Marco Polo en Noord worden de jongerenteams voortgezet en zo mogelijk uitgebreid. Voor probleemjongeren in Zuid en Zuidwest staat een team van uitvoerende hulpverleners klaar om de situatie van de jongere te saneren. De zogenoemde individuele trajectbegeleiding wordt in deze wijken uitgebreid. Het doel van het programma School & Veiligheid is dat alle basisscholen en 14 van de 17 scholen voor voortgezet onderwijs meedoen. In twee wijken komt intensieve buitenschoolse opvang en begeleiding van risicojongeren onder de 12 jaar. Ook zet de gemeente actief in op begeleiding van en voorlichting aan meisjes in het VMBO om meisjesprostitutie tegen te gaan.
Het programma Veilig Ondernemen wordt voor het eerst formeel vastgesteld. Het is tot stand gekomen met de Kamer van Koophandel, de politie en vertegenwoordigers van ondernemersorganisaties. In Veilig Ondernemen 2004 staan maatregelen beschreven om de veiligheid voor ondernemers, personeel en klanten in Utrecht te vergroten. Veilig Ondernemen loopt al in zeven gebieden waar de problemen het grootst zijn en waar ondernemers bereid zijn om zich actief in te zetten om de problemen op te lossen. In de uitvoering is de rol van ondernemers zelf van groot belang. De betrokken gebieden zijn: winkelcentra Overvecht, Rokade en Oost, woonboulevard Kanaleneiland en de bedrijventerreinen Lage Weide, Cartesiusweg en Overvecht. In het Programma Veilig Ondernemen staat de publiek-private samenwerking centraal. Zo werd nog recent in grootwinkelcentrum Kanaleneiland cameratoezicht in publiek-private samenwerking tot stand gebracht.
Voor de uitvoering van het Wijkveiligheidsprogramma is in 2004 ruim EUR 3 miljoen beschikbaar, voor de uitvoering van het programma Veilig Opgroeien is in 2004 ruim EUR 2 miljoen beschikbaar en voor Veilig Ondernemen is een basis bedrag van ruim EUR 6 ton beschikbaar. Afhankelijk van het aantal projecten dat uitgevoerd kan worden kan dat laatste bedrag nog worden aangevuld met rijkssubsidies en externe geldstromen.
Noot voor de media:
Voor meer informatie kunt contact opnemen met Hans Scholten, bestuurscommunicatie, 030-286 10 15.
Utrecht, 4 november 2003.