Vrije Universiteit Amsterdam

Informatie voor de pers. Vrije Universiteit Amsterdam. 18/11/2003


---

Nederland slecht beveiligd tegen overstroming

De kans op overstromen van laag gelegen Nederland is groter dan maatschappelijk verantwoord, ondanks dat er na de stormvloed van 1953 veel is geïnvesteerd in de veiligheid van ons land. De rivierafvoer is groter en de golven van de Noordzee zijn krachtiger dan voorzien. Bovendien zijn de polders verder gedaald en wonen er veel meer mensen achter de dijk dan toen het Deltaplan, midden vorige eeuw, werd ontwikkeld. Klimaatverandering maakt de situatie nog onzekerder. Dat concludeert prof. dr. ir. Pier Vellinga in de publicatie Klimaatverandering en de veiligheid van Nederland.

Nederland gaat veel nonchalanter om met de kans op een overstromingsramp dan met nieuwere risico"s van chemische fabrieken, vliegverkeer, tunnels en gevaarlijk transport en vuurwerkopslagplaatsen. Dat blijkt uit een grondige analyse van het risicobeleid van de ministeries van Verkeer en Waterstaat en VROM. Dit is opmerkelijk, vooral omdat de schade en het aantal dodelijke slachtoffers bij een overstromingsramp veel groter zijn. In het geval van een dijkdoorbraak ten oosten van Rotterdam tijdens een uitzonderlijk zware, maar niet onmogelijke storm loopt heel Zuid-Holland onder water met tienduizenden slachtoffers als gevolg.

Vellinga pleit voor verhoging van de veiligheid door slaperdijken te herstellen, laag gelegen gebieden in compartimenten te verdelen, dijken te verhogen en vluchtvoorzieningen te creëren. Met name voor dichtbevolkte gebieden in de laaggelegen polders van Noord- en Zuid-Holland is de huidige veiligheidssituatie onder de maat.